Birmese vluchtelingen zetten relatie China-Birma onder druk

Nieuws

Birmese vluchtelingen zetten relatie China-Birma onder druk

Mitch Moxley

20 mei 2010

China maakt zich zorgen over een mogelijke stroom nieuwe vluchtelingen uit Birma. In augustus vluchtten 37.000 mensen naar de Chinese provincie Yunnan, nadat het militaire regime in Birma een offensief had gelanceerd om etnische rebellen in de Kokang-regio te ontwapenen.

In de Kokang-regio, waar twintig jaar een staakt-het-vuren gold, wonen vooral etnische Chinezen. De actie van Birma (Myanmar) viel niet in goede aarde in China. Maar Peking heeft belang bij een stabiel Birma en heeft wellicht meer invloed op het Birmese regime dan welk ander land ook. Nu er echter verkiezingen aankomen in Birma en het militaire regime claimt dat die vrij een eerlijk zullen zijn, ontstaan er steeds meer spanningen in de relatie tussen China en Birma.

In Peking bestaat de angst dat een nieuw offensief tegen etnische groepen in het oosten van Birma een nieuwe vluchtelingencrisis zal veroorzaken in de Zuid-Chinese provincie Yunnan. Waarnemers zeggen dat de junta een campagne voorbereid tegen het dertigduizend leden tellende Verenigde Wa Staatsleger, dat etnisch Chinees is en er door de Verenigde Staten van wordt beschuldigd een drugskartel te zijn.

Sancties

“Wat er nu bij de grens gebeurt, zet de schijnwerpers op de moeilijke relatie tussen China en Birma”, zegt Ian Storey, fellow aan het Institute of South East Asian Studies in Singapore. “Het is geen relatie die gebaseerd is op wederzijds vertrouwen en vriendschap. Het lijkt erg op een verstandhuwelijk.”

In Birma bestaat veel wantrouwen tegen China. De junta heeft jarenlang geprobeerd om de afhankelijkheid van China te verminderen door andere landen, zoals India en Rusland, het hof te maken. China raakte in de afgelopen jaren gefrustreerd over het gebrek aan politieke hervormingen in Birma, zegt Storey.

Birma was een van de eerste landen die in 1949 de Volksrepubliek China erkende, maar de relatie tussen beide landen verslechterde in de jaren zestig, uitmondend in anti-Chinese rellen in de toenmalige hoofdstad Rangoon. Maar toen westerse landen Birma sancties oplegden na het neerslaan van demonstraties voor democratie in 1988, stuurde China hulp en wapens naar Birma en moedigde het handelsrelaties aan.

Sindsdien gaf China uitgebreide diplomatieke en economische steun aan de junta, die gezien wordt als een van de meest corrupte regimes in de wereld. Volgens de Chinese staatsmedia is China de op drie na grootste investeerder in Birma.

Olie

In oktober 2009 begon het Chinese staatsoliebedrijf met de bouw van een haven voor ruwe olie in Birma, als onderdeel van een pijpleiding die 12 miljoen ton ruwe olie per jaar vanuit het Midden-Oosten en Afrika, via Birma, naar China moet transporteren. Een andere pijpleiding, die in 2012 klaar moet zijn, heeft de capaciteit om jaarlijks 12 miljoen kubieke meter gas van Birma naar China te transporteren.

Via zijn havens geeft Birma China toegang tot de Indische Oceaan, niet alleen voor olie en gasimport en export naar het zuidwesten van China, maar ook voor potentiële militaire bases. De Birmese generaals zijn tegelijkertijd van China afhankelijk voor geld en wapens.