Brazilianen eten straks supervoeding
Fabíola Ortiz
18 juli 2013
In minder dan tien jaar zijn de Brazilianen erin geslaagd een hele reeks supergroenten op tafel te krijgen. Het zijn verbeterde gewassen met hogere concentraties vitamines en mineralen.
Een tekort aan vitamines en mineralen kan leiden tot bloedarmoede, blindheid, immunologische problemen en een vertraging van de groei. Volgens de VN-voedselorganisatie FAO lijden wereldwijd 2 miljard mensen aan zo’n tekort.
Via zogeheten biofortificatie, een conventionele veredeling van gewassen, proberen wetenschappers dat probleem aan te pakken.
Verborgen honger
Tien jaar geleden startte het Braziliaanse centrum voor landbouwonderzoek Embrapa, een overheidsinstelling, het project BioFort. Het paste in een internationale samenwerking om variëteiten te ontwikkelen met grote hoeveelheden micronutriënten.
Embrapa koos voor gewassen die populair zijn in de Braziliaanse huishoudens: rijst, bonen, kousenband (een lange peulvrucht), maniok, zoete aardappelen, maïs, pompoen en tarwe.
“We willen de hoeveelheid ijzer, zink en provitamine 1 verhogen” zegt voedingsingenieur Marília Nutti, coördinator van BioFort. “Dat zijn de voedingsstoffen die het vaakst ontbreken, niet alleen in Latijns-Amerika maar in de hele wereld. Ze leiden tot de zogeheten verborgen honger.”
IJzertekort
Vooral ijzer is van vitaal belang. De helft van kinderen in Brazilië kampt in meer of mindere mate met ijzertekort, zegt Nutti.
De ingenieurs kruisen planten van dezelfde soort en selecteren de zaden die tot planten met meer micronutriënten leiden. Via de veredeling kan men de hoeveelheid ijzer in bonen bijvoorbeeld optrekken van 50 tot 90 milligram per kilogram.
“Het is geen transgenese (genetische modificatie)”, zegt Nutti. ” Biofortificatie pakt het probleem bij de wortel aan en richt zich op de armste delen van de bevolking. Het is zowel wetenschappelijk als financieel haalbaar.”
Bill en Melinda Gates
Het programma heeft de steun van HarvestPlus en AgroSalud, onderzoeksconsortia die in Latijns-Amerika, Afrika en Azië actief zijn met de financiële hulp van de Bill en Melinda Gates-stichting, de Wereldbank en andere internationale ontwikkelingsorganisaties.
Het project zit nog in een proeffase. Momenteel worden al op vijftien plaatsen in Brazilië supergroenten gegeten. Het bekendste voorbeeld is Itaguaí, op 70 kilometer van Rio de Janeiro.
Daar eten nu bijna achtduizend kleuters maaltijden met veredelde groenten. Op een terrein van 1 hectare worden zoete aardappel, pompoen, bonen en maniok veredeld. Embrapa verdeelt de gewassen via de scholen, die ze verwerken in maaltijden.
Tegelijk worden kleine landbouwers opgeleid om zelf te scholen te bevoorraden.
De stad met 110.000 inwoners heeft de ambitie het project over twee jaar naar alle 17.000 leerlingen uit te breiden, met de medewerking van alle kleine landbouwers, en ook de plaatselijke markten te bevoorraden.
Brazilië is het enige land dat met acht gewassen aan de slag is. Bangladesh, Colombia, India, Mozambique, Nicaragua, Pakistan, Peru, de Democratische Republiek Congo en Oeganda zijn elk met één gewas bezig.