Broeikaseffect bedreigt graanoogsten

Nieuws

Broeikaseffect bedreigt graanoogsten

Stephen Leahy

22 september 2003

De oogst van graangewassen in 2003 valt 93 miljoen ton lager uit dan de jaarlijkse consumptie van de wereldbevolking. Stijgende temperaturen en slinkende watervoorraden maken het de boeren moeilijker om de productie te vergroten, stelt het Earth Policy Institute. De geringere graanoogst in 2003 is gedeeltelijk een gevolg van de recordhitte in Europa, maar volgens de onderzoekers is er meer aan de hand. De opwarming van de aarde zorgt voor watertekorten en bedreigt de voedselvoorziening.

De oogst van graangewassen is in de laatste acht jaar niet meer gestegen. Sinds 1999 brengen de akkers minder op dan de wereldbevolking consumeert. De graanvoorraden staan op het laagste peil in dertig jaar en prijzen voor rijst en tarwe zijn aan het stijgen, stelt Lester E. Brown, de voorzitter van het Earth Policy Institute. Ook de VN-Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) ziet de voorraden met 20 procent dalen, tot 372 miljoen ton. Brown voorspelt chaos op de granenmarkt wanneer de oogst van 2004 opnieuw een tekort oplevert.

De oogst van 2003 bedraagt naar schatting 1,818 miljard ton. De grootste teruggang is er bij de tarweoogst. De Europese recordzomer zorgde voor 25 miljoen ton minder opbrengst. De schade is het grootst in Oost-Europa, dat zijn slechtste oogst kent in dertig jaar. In Oekraïne slonk de oogst van 21 miljoen ton vorig jaar tot vijf miljoen ton.

Brown is ervan overtuigd dat klimaatverandering verantwoordelijk is voor de extreme temperaturen en de slechte oogsten, hoewel hij geen direct verband kan aantonen.We kunnen niet wachten tot we zeker zijn, want dan is het te laat, zegt Brown. Volgens Barry Smit van de universiteit van Toronto moeten nog 150 jaar data worden verzameld om met zekerheid iets te kunnen zeggen over het verband de opwarming van de aarde. De boeren lopen echter nu al meer risico. Vroeger sloeg de droogte één keer in twintig jaar toe, nu een keer in tien of vijf jaar.

In de jaren negentig voorspelden onderzoekers een gunstig effect van het broeikaseffect op de landbouw. In noordelijke gebieden zou het klimaat milder worden, terwijl de hogere koolstofdioxidewaarden de plantengroei extra zouden stimuleren in het warmere zuiden. Die stellingen zijn volgens Smit te simplistisch. In het noorden van Canada is de bodem te arm om het landbouwgebied uit te breiden. Bovendien kunnen de planten slechts meer CO2 omzetten wanneer ze ook meer water hebben, en precies daar knelt het schoentje.

Het Amerikaanse Worldwatch Institute voorspelt dat 20 procent van de watertekorten in de toekomst te wijten zullen zijn aan klimaatverandering. In arme landen zijn grillige weerpatronen nu al de oorzaak van hongersnoden voor miljoenen mensen, zo stelt de instelling. Onderzoekers van het Amerikaanse ministerie van Landbouw zijn verder tot de vaststelling gekomen dat graangewassen als rijst en soja bijzonder gevoelig zijn voor hogere temperaturen. Bij een stijging met 3 à 4 graden tijdens de bloeiperiode loopt de bevruchtingsgraad dramatisch terug.

Brown sluit niet uit dat de landbouw in de wereld een drempel heeft bereikt waarbij de technologische vooruitgang niet langer opweegt tegen hogere temperaturen, bodemerosie en insectenplagen. De grootst bedreiging zijn de watertekorten in de graanschuren van de wereld: de Verenigde Staten, China, India en Canada. De vraag naar irrigatie wordt steeds groter en de waterputten steeds dieper. Het gevolg zijn dalende grondwatertafels.

In zijn nieuwe boek Plan B: Rescuing a Planet Under Stress and a Civilisation in Trouble, pleit Brown voor een globale inspanning om een voedselcrisis af te wenden. Bovenaan het lijstje staat meer efficiënt watergebruik. Om een ton graan te produceren is momenteel 1.000 ton water nodig. Andere graansoorten en druppelirrigatie maken het mogelijk veel minder water te verbruiken, maar de technieken zijn duurder.