“Brown wast zonden multinationals weg”
Janneke Schuurman
06 mei 2008
De Britse premier Gordon Brown krijgt kritiek op zijn Business Call to Action tegen armoede, een initiatief dat vandaag (dinsdag) gelanceerd is in Londen. Aan Call to Action doen een aantal multinationals mee met een slechte mensenrechtenreputatie, zegt War on Want, een organisatie die zich bezighoudt met armoedebestrijding.
Brown en het VN-Ontwikkelingsprogramma (UNDP) ontvangen vandaag topmensen uit het zakenleven om de aandacht te vestigen op initiatieven uit de particuliere sector die bijdragen tot het halen van de Millenniumdoelstellingen van de Verenigde Naties.
Onder de bedrijven die meedoen zijn er diverse die door War on Want genoemd zijn in recente rapporten over armoede en schending van arbeidsrechten Afrika, Azië en Latijns-Amerika. Het gaat onder meer om het Britse mijnbouwbedrijf Anglo American, dat onder vuur ligt omdat het zou profiteren van geweld tegen arme gemeenschappen in landen als Colombia, Zuid-Afrika en de Filipijnen.
Werkweken van tachtig uur
Wal-Mart is een ander bedrijf dat wereldwijd de aandacht trok vanwege de beroerde reputatie op het gebied van arbeidsrechten en de oppositie tegen vakbonden. In een recent rapport onthulde War on Want dat werknemers in Bangladesh voor Asda, een dochterbedrijf van Wal-Mart, kleding maken tegen betaling van iets meer dan 6 eurocent per uur. Ze zouden werkweken van tachtig uur maken.
Coca-Cola, dat besloot mee te doen na een oproep die Brown vorig jaar deed op het Wereld Economisch Forum in Davos, staat onder druk omdat het in landen als India en El Salvador water zou onttrekken aan bronnen van arme boeren en vanwege de vervuiling van landbouwgrond.
Regeringsfunctionarissen die Call to Action coördineren, hebben tegenover War on Want verklaard dat er niet vooraf is gekeken naar de reputatie van de bedrijven op het gebied van mensenrechten en armoede. Er zijn geen plannen om het initiatief te gebruiken om ze te overhalen hun operaties elders in de wereld anders aan te pakken.
Ook zijn er geen mechanismen om te controleren of nieuwe producten en diensten een bijdrage leveren aan de armoedebestrijding. Dit ondanks het feit dat de Britse regering betrokkenheid bij schendingen van mensen- en arbeidsrechten en vervuiling door multinationals bestempelt als “onacceptabel”, zegt War on Want.
Duizenden extra banen
De initiatieven van de grote bedrijven zouden volgens Call to Action de komende vijf jaar duizenden nieuwe banen creëren en het leven kunnen verbeteren van miljoenen mensen in ontwikkelingslanden. Volgens Kemal Dervis, hoofd van het UNDP, is het belangrijk financiële bronnen in het bedrijfsleven aan te boren, omdat daar een groot “onbenut potentieel” ligt. De bedrijven zijn de motoren achter economische groei en duurzame ontwikkeling.
Voor directeur John Hilary van War on Want is dat niet genoeg. “Dit hele evenement riekt naar een publiciteitsstunt”, zegt hij. “In plaats van deze bedrijven aan te spreken op hun handelen, geeft Gordon Brown ze de mogelijkheid zichzelf te presenteren als bondgenoten in de strijd tegen armoede. De premier zou juist de problemen die deze bedrijven veroorzaken op het gebied van armoede en mensenrechten moeten bestrijden.”
Op de lijst met bedrijven die vandaag aanwezig zijn, staan naast de eerder genoemden onder meer softwaregigant Microsoft, telecombedrijf Vodafone, farmaceutisch bedrijf Pfizer en bierbrouwer Heineken. Ook de presidenten Paul Kagame van Rwanda en John Agyekum Kufuor van Ghana zijn aanwezig.