Buitenlandexperts VS en EU pleiten voor nucleaire deal met Iran

Nieuws

Buitenlandexperts VS en EU pleiten voor nucleaire deal met Iran

Jim Lobe

16 september 2005

Vijftig prominente buitenland-deskundigen uit de VS en Europa, waaronder de voormalige Amerikaanse minister van Defensie William Perry, pleiten voor een nucleaire overeenkomst met Iran. Zij doen dat aan de vooravond van een belangrijke bijeenkomst van het Internationaal Agentschap voor Atoomenergie (IAEA) volgende week.

Als Iran volledige openheid geeft over de verrijking van uranium en het oude en nieuwe nucleaire programma, dan zouden zowel de VS als Europa daar (economische) voordelen tegenover moeten stellen. Washington zou bereidheid moeten tonen om direct met de Iraanse regering in gesprek te gaan over het normaliseren van diplomatieke en economische betrekkingen. Dat staat in de verklaring van de groep waarvan naast Perry ook plaatsvervangend minister van Buitenlandse Zaken Strobe Talbott en voormalige Spaanse en Britse topfunctionarissen deel uitmaken.

Als Iran een dergelijke overeenkomst verwerpt, dan zouden de Europese Unie het voorbeeld van de VS moeten volgen en daar economische en diplomatieke sancties tegenover stellen. Ook als die niet worden goedgekeurd door de VN-Veiligheidsraad. De geloofwaardigheid van het westerse non-proliferatiebeleid staat op het spel. De Europese Unie en de VS hebben er allebei belang bij om Iran weer aan de onderhandelingstafel te krijgen en het land over te halen de koers te wijzigen, zegt de verklaring. De beste manier om dat te doen, is door een gezamenlijk standpunt in te nemen.

De groep deskundigen werd in februari van dit jaar opgericht om een bijdrage te leveren aan betere transatlantische verhoudingen. De relatie tussen Europa en de VS liep grote schade op tijdens de eerste regeertermijn van de Amerikaanse president George W. Bush. De groep wil onder meer dat Europa Washington ruimhartiger steunt bij de strijd in Irak en dat de VS de onderhandelingen steunen die Duitsland, Groot-Brittannië en Frankrijk (de Europese drie) voeren met Iran over het Iraanse nucleaire programma. Die onderhandelingen zitten volgens veel waarnemers op een dood spoor.

De nieuwe Iraanse regering onder leiding van president Mahmoud Ahmedinejad hervatte vorige maand tegen de zin van het Atoomagenschap nucleaire activiteiten in een nucleair complex in Isfahan. Dat nucleaire werk zou materiaal voor kernwapens kunnen opleveren.

Europa heeft Teheran herhaaldelijk gewaarschuwd dat zo’n stap Europa ertoe zou dwingen om de VS te steunen bij plannen om de schending van het non-proliferatieverdrag aan te kaarten bij de Veiligheidsraad. Dat zou kunnen uitmonden in economische en diplomatieke sancties.

Iran ontkent steevast dat het van plan is kernwapens te produceren en zegt dat het volledig in overeenstemming met de voorwaarden van het non-proliferatieverdrag handelt. Desondanks heeft Teheran aangeboden om de besprekingen met de Europese drie te hervatten, wellicht binnen een grotere groep landen waaronder ook Rusland en China.

Die laatste twee hebben al aangegeven dat ze de kwestie niet aan de Veiligheidsraad willen voorleggen. Mocht het toch zo ver komen, dan zullen ze volgens sommige analisten hun vetorecht gebruiken om sancties tegen Iran te voorkomen. China heeft grote investeringen gedaan in de Iraanse olie- en gassector, terwijl Iran voor Rusland een grote afzetmarkt voor wapens is. Rusland heeft ook geholpen bij de bouw van de nucleaire complex Bushehr in Iran.

Daarnaast bestaat bij een aantal belangrijke ontwikkelingslanden binnen het bestuur van het Atoomagentschap, dat normaal gesproken besluiten met consensus neemt, sympathie voor Iran. India, Brazilië, Maleisië en Zuid-Afrika vinden dat er geen concreet bewijs is voor het bestaan van een wapenprogramma en dat Iran afdoende uitleg heeft gegeven over onduidelijkheden over het nucleaire programma.

Door het gebrek aan consensus binnen het Atoomagentschap en de onzekere positie die de Veiligheidsraad in deze kwestie heeft, is het niet aannemelijk dat op 19 september knopen worden doorgehakt over Iran. Ik maak me niet zoveel zorgen over de gang van zaken, zei minister van Buitenlandse Zaken Condoleezza Rice woensdag op Fox News, omdat ik denk dat deze kwestie niet zo dringend is dat er op 19 september een oplossing moet zijn.

In de diverse verklaringen die deze week werden uitgeven, klinkt echter wel een dringende toon, zelfs onder de critici van president Bush. Als Iran kernwapens in bezit heeft, dan zou dat gevaarlijk en destabiliserend zijn, volgens de verklaring die de buitenlandexperts uitgaven. Het kan een fatale klap zijn voor het non-proliferatieverdrag. (JS/ADR)