Corrupte politici nekken laatste regenwoudparadijs
Emad Mekay
02 maart 2006
Net nu enkele weken geleden foto's van de pas ontdekte natuurpracht in Papoe-Nieuw-Guinea alle kranten sierden, bevestigt een rapport dat 's werelds derde grootste regenwoud schrikwekkend krimpt. Omgekochte politici staan te snel en bovendien illegaal nieuwe kapconcessies toe. Het hout komt via een omweg langs China ook in Europa terecht.
Corrupte politici in Papoea-Nieuw-Guinea laten toe dat er nieuwe kaplicenties worden uitgeschreven zonder de geijkte wettelijke procedure en zonder haalbaarheidstudies vooraf. De bedrijven staan boven de wet en worden vaak bevoordeeld, aldus het rapport ‘Logging, Legality and Livelihoods in Papua New Guinea van de ngo Forest Trends in Washington. De jaarlijks toegestane kaplimieten zijn te hoog ingesteld en bepaalde woudgebieden worden gewoonweg plat gekapt.
Forest Trends ontdekte dat de gemiddelde concessietijd om op een bepaalde plaats hout te kappen tussen 1993 en 2000 slechts 11 jaar was. Dat is een fractie van de 40-jarige kapcyclus die de wet voorschrijft. Dit betekent dat het woud veel sneller wordt gekapt dan het zich kan herstellen.
Dat gaat ten koste van de arme plattelandsbevolking. Het oerwoud levert hen vitale zaken als water, geneeskundige planten en bessen. Corruptie heeft een vernietigend effect op de levensstandaard in het gebied, zegt Kerstin Canby van Forest Trends.
Forest Trends stelde het rapport samen na een doorlichting van 14 kapprojecten die een grondgebied besloegen van 3,17 miljoen hectare. Op dat grondgebied leefden 83.000 mensen. Met alle 14 projecten bleken illegale praktijken gepaard te gaan, van een doordacht kapbeleid was geen sprake.
In 2004 produceerden deze projecten samen 1,3 miljoen kubieke meter hout, met een geschatte exportwaarde van 60 miljoen euro. De overheid van Papoe-Nieuw-Guinea blijkt de grootste begunstigde van deze woudindustrie. Jaarlijks int ze 25 miljoen euro. Lokale gemeenschappen zien weinig van dat geld.
De wouden van PNG zijn al langer onderwerp van exploitatie door de mondiale houtindustrie. Volgens Greenpeace krimpt de bosoppervlakte in de Aziatische regio rond de Stille Oceaan het snelst ter wereld.
Europese meubelen
De voornamelijk Maleisische bedrijven hebben nu al 70 procent van PNG’s bosoppervlakte veroverd. China, Japan en Korea zijn de grootste houtimporteurs in de regio. Het hout dat in China bewerkt wordt, dient vaak voor meubelen en vloeren, bestemd voor Europa en Noord-Amerika.
Forest Trends moedigt donoren en internationale organisaties als de Wereldbank aan om de dialoog met de overheid van Papoea aan te gaan. Die overheid moet strijd tegen corruptie opvoeren, en de relatie met de houtindustrie verstrengen. De regels moeten opnieuw rigoureus nageleefd worden. Een van de manieren waarop dat kan gebeuren is de landeigenaars informeren over hun rechten, en een steunfonds oprichten dat het hen financieel mogelijk maakt naar de rechter te stappen.
Papoea heeft wel degelijk een rechterlijke macht die onafhankelijk werkt van de politici. Wat meer is, de rechtbanken hebben in het verleden al meermaals bedrijven veroordeeld voor illegale houtkap. (JVP/ADR)