'Dooi in Noordelijke IJszee gaat sneller dan verwacht'

Nieuws

'Dooi in Noordelijke IJszee gaat sneller dan verwacht'

Stephen Leahy

14 december 2008

Volgens sommige wetenschappers kan de Noordelijke IJszee binnen een paar jaar zijn beschermende ijslaag in de zomer kwijt zijn. Dat stelden ze tijdens de Internationale Arctic Change-conferentie in het Canadese Quebec.

Dat de Noordelijke IJszee in de zomers ijsvrij zou zijn, werd in het slechtste scenario van het Intergouvernementele Panel inzake Klimaatverandering (IPCC) pas voorspeld voor over vijftig tot zeventig jaar. “Het gaat veel sneller”, zegt David Barber, klimatoloog van de Universiteit van Manitoba. “Ik verwacht dat de zee ’s zomers ijsvrij is in 2015.” Een verandering die volgens hem voor de hele planeet gevolgen heeft.
Barber bracht het grootste deel van de laatste winter door op het Canadese onderzoeksschip Amundsen. Hij leidt een onderzoeksproject in de Noordelijke IJszee. De onderzoekers hadden verwacht dat de ijsbreker Amundsen enkele maanden vast zou vriezen tijdens de winter, een periode zonder zonlicht waarin de temperaturen dalen tot 50 graden onder nul. In plaats daarvan kon het schip blijven varen, omdat het ijs dat normaal gesproken ondoordringbaar is, zwak en dun was.
“De oceaan heeft veel warmte vastgehouden uit de zomer van 2007, toen de hoeveelheid ijs een nieuw minimum bereikte”, zegt Barber. Die extra warmte vertraagde de formatie van winterijs op sommige plaatsen met twee maanden, zegt hij. De warmte zorgde ook voor meer wind en sneeuw. Dat zijn nieuwe omstandigheden voor de regio. De sneeuw werkt isolerend, waardoor het zeeijs warmer blijft en de aangroei minder snel gaat.
Als het winterijs dun is, smelt het in de zomer sneller en over een groter oppervlak, waardoor meer water aan de zon wordt blootgesteld. Al die factoren versterken het opwarmingseffect. In mei van dit jaar was er al weken eerder dan normaal open water, waardoor het koude water vroeger dan ooit door de zon verwarmt werd, zegt Barber.

Nieuw leven

In de zomer van 2007 verloor de ijskap 30 tot 40 procent van zijn ijsoppervlak, een nieuw record. In 2008 werd het record van 2007 niet gebroken, maar nog steeds was er veel minder ijs dan normaal. Volgens de wetenschappers was het ijs dunner dan gebruikelijk, wat erop kan duiden dat in 2009 het ijsoppervlak in de zomer opnieuw flink zal afnemen.
Dat betekent dat plaatsen in de oceaan die een miljoen jaar met ijs bedekt waren, nu blootgesteld worden aan zonlicht, zegt Kevin Arrigo, zeebioloog aan Stanford University. Zonlicht betekent leven, en Arrigo en zijn collega’s constateerden in sommige delen van de oceaan dan ook een toename van fytoplankton met 300 procent. “Er is een grote verandering gaande in de koolstofcyclus, terwijl in het algemeen werd aangenomen dat het Noordpoolgebied daarvoor te weinig voedingsstoffen bevatte.”
Fytoplankton komt in de bovenste honderd tot tweehonderd meter van de oceaan voor en heeft voedingsstoffen nodig zoals fosfor, stikstof, ijzer en silicium. Het Noordpoolgebied lijkt slechts extra zonlicht nodig te hebben, om productiever te worden.
Fytoplankton verwijdert ook grote hoeveelheden koolstof uit de oceaan. Arrigo schat dat de extra plankton jaarlijks zo’n 14 gigaton koolstof uit het Noordpoolsysteem haalt. Dat heeft echter weinig invloed op het niveau in de atmosfeer, omdat het gaat om minder dan 1 procent van de jaarlijkse emissie als gevolg van het gebruik van fossiele brandstoffen.