Ecuadoraans presidentskandidaat verbouwt 'bloedbananen'
David Bacon
21 juni 2002
Het merk Bonita heeft een vlag die de lading dekt: het is synoniem met vlekkeloze bananen uit Ecuador. Maar de omstandigheden waarin de arbeiders het fruit verbouwen, oogsten en verpakken is allerminst 'bonita'. Zo'n 1400 arbeiders op de plantages verenigden zich in april in een vakbond om respect voor een aantal essentiële sociale rechten af te dwingen. De voormannen van de staking werden ontslagen en er vielen gewonden toen de knokploegen van Bonita het vuur op de stakers openden. Bovendien, zo zeggen de Amerikaanse vakbonden die de kat de bel aanbinden, worden de arbeiders op de plantages gedwongen om toe te treden tot de politieke partij van de eigenaar van Bonita. Die stelt zich kandidaat voor de presidentsverkiezingen.
In april richten 1400 arbeiders op de zeven plantages in Hacienda Los Alamos een vakbond op. Ze eisten wat hen volgens de Ecuadoraanse arbeidswetgeving toekomt: een ziekteverzekering, een dagloon dat beantwoordt aan het minimum van 5,85 dollar en het recht om zich te verenigen. Slechts een fractie van de 150.000 plantage-arbeiders in Ecuador - dat het meeste aantal bananenarbeiders kent in Latijns-Amerika - is lid van een vakbond. Het gemiddelde loon bedraagt volgens Amnesty International 5,44 dollar, dat is 41 dollarcent onder het minimum.
Bonita reageerde snel en hard op de eisen: zo’n 124 arbeiders werden op staande voet ontslagen. Anderen, die slechts een tijdelijk contract hadden, kregen te horen dat ze niet meer terug hoefden te komen. De onderhandelingen met de directie leverden niets op en nadat nog eens drie vakbondsleden hun ontslag kregen, kwam het op 6 mei tot een staking.
Toen liep het pas goed fout. Op 15 mei arriveerden op één van de plantages, 400 gemaskerde en gewapende mannen in een truck van Bonita. Ze drongen binnen in de huizen van de stakers en namen de bezittingen van sommigen mee. Ze sloegen deuren in met de kolf van hun geweer en sleepten de arbeiders uit hun bed onder een regen van slagen en trappen, zegt Jan Nimmo, een Schotse waarnemers voor BananaLink, een internationale organisatie de die rechten van arbeiders in de bananensector verdedigt.
De arbeiders zouden te horen gekregen hebben dat ze gedood en in de rivier gedumpt zouden worden. Zover kwam het niet, maar de gemaskerde mannen openden wel het vuur op stakers die zich verzetten. De 26-jarige Mauro Romero verloor zijn been nadat een schotwonde noopte tot een amputatie.
De dag daarop vielen er nog meer gewonden toen de knokploeg het vuur opende op een groep stakers. Toen de politie een dag later ter plaatse kwam, gebeurde er weinig. De stakers die een huis hadden op de plantage werden uiteindelijk uit hun huis gezet en de directie voerde stakingsbrekers aan die werden ingezet om de productie te herstarten. Xavier Monge, de woordvoerder van het bedrijf Exportadora Bananera Noboa zegt dat de staking voorbij is, maar de Federacion Nacional de Campesinos Libres del Ecuador (FENACLE) spreekt dat tegen.
De arbeiders van de Los Alamos Hacienda getuigden dat de directie hen dreigt te ontslaan als ze niet toetreden tot PRIAN, de politieke partij van hun werkgever. Bonita is eigendom van Alfredo Noboa, de grootste bananenexporteur in Ecuador. Noboa wil Gustavo Noboa (geen verwantschap) opvolgen als president van Ecuador.
In de Verenigde Staten is het tumult niet onopgemerkt voorbijgegaan. Alfredo Noboa heeft zogenaamde ‘letters of concern’ gekregen van de Amerikaanse distributeur Costco, van John Sweeney, de voorzitter van de vakbond AFL-CIO (de belangrijkste vakbond in de VS) en Jim Spinosa, hoofd van de International Longshore and Warehousee Union. De Amerikaanse parlementsleden Jan Schakowsky en George Miller hebben vertegenwoordigers naar Hacienda Los Alamos gestuurd om de toestand er te volgen. Ook de Internationale Unie van Arbeiders in de Voedselsector en de Internationale Transportfederatie volgen de zaak van nabij.
De Amerikaanse consumenten hebben het laatste woord, stellen de vakbonden: één op vier Ecuadoraanse bananen wordt in de VS verorberd. Noboa is de grootste producent in Ecuador, gevolgd door het consortium La Favorita, het Amerikaanse merk Chiquita (United Brands), Dole en Del Monte. De grote spelers op de bananenmarkt hebben de afgelopen tien jaar hun productie verlegd naar Ecuador, dat nu de grootste bananenexporteur ter wereld is - vóór Colombia, Panama, Guatemala en Costa Rica. De afwezigheid van vakbonden en arbeidswetgeving is niet vreemd aan die ontwikkeling. In Colombia en Panama behoren 90 procent van de arbeiders tot een vakbond. In Guatemala is dat 40 procent. Enkel Costa Rica komt met zes procent in de buurt van Ecuador: daar heeft één procent van de arbeiders (welgeteld 1.650 leden) zich georganiseerd in een vakvereniging.
Ref: la lb hd