Eerste staking tegen beleid Uribe
Yadira Ferrer
17 september 2002
Ambtenaren en boeren hebben gisteren (maandag)
in verscheidene Colombiaanse steden de eerste staking ingeluid tegen het
sociaal-economisch beleid van president Alvaro Uribe. De stakende werknemers
van de overheidsdiensten protesteren tegen aangekondigde hervormingen in de
arbeidswetgeving, terwijl de boeren onder meer een betere bescherming willen
tegen buitenlandse concurrenten. Maar de stakers nemen ook de
uitzonderingstoestand op de korrel die de president vijf dagen na zijn
aantreden op 7 augustus afkondigde en die onder meer de vrijheid van
meningsuiting en andere rechten beperkt. De ambtenarenstaking gaat ook
vandaag nog door. De actie die tien boerenorganisaties op touw hebben gezet,
is van onbepaalde duur.
Het grootste deel van de Colombiaanse gezondheidswerkers, het
onderwijspersoneel, luchtverkeersleiders en de functionarissen van het
gerechtelijk apparaat - samen 800.000 ambtenaren - lieten maandag hun werk
liggen om deel te nemen aan informatieve vergaderingen die gevolgd werden
door betogingen. Door de staking van de luchtverkeersleiders moesten bijna
700 binnenlandse en internationale vluchten worden uitgesteld of afgelast.
Het vliegverkeer op de grote luchthavens raakte pas weer van de grond nadat
de luchtmacht was ingeschakeld. In de openbare ziekenhuizen werden alleen
noodgevallen behandeld; de gerechtelijke instanties beperkten zich tot het
ophalen van lijken - moordzaken zijn dagelijkse kost in Colombia.
Samen met de ambtenarenstaking is ook een actie van de Nationale Boerenraad
begonnen om een einde af te dwingen van de ongeremde import van
levensmiddelen. De tien plattelandsorganisaties die in de raad samenwerken,
willen ook dat de regering een dialoog begint over de problemen waarmee
Colombiaanse boeren worden geconfronteerd, en eisen meer sociale
investeringen op het platteland. Ze protesteren tegen de fusie en de
stroomlijning van een aantal openbare instellingen die verantwoordelijk zijn
voor kredietverlening en technische assistentie aan landbouwers.
De regering reageerde gisteren met strenge veiligheidsmaatregelen op de
protesten. Voor het leger en de politie werd de alarmtoestand uitgeroepen.
Burgers mogen voorlopig geen wapens meer dragen, gasflessen transporteren of
met z’n tweeën op motorfietsen rondrijden. Gasflessen zijn in Colombia al
vaker bij bomaanslagen gebruikt, en politieke moorden worden bij voorkeur
gepleegd dor schutters die achterop zitten op snelle motorfietsen. De
Colombiaanse regering zegt te willen vermijden dat de guerrilla misbruik
maakt van het sociaal protest om zelf een nieuw offensief te beginnen.
De nieuwe arbeidswetgeving die minister van Arbeid Juan Londoño bij
hoogdringendheid door het parlement wil jagen, voorziet onder meer in de
afschaffing van premies voor overuren en nacht- en zondagswerk. De
opzegvergoedingen zouden verminderd worden en de werkdag verlengd. Zonder
die hervormingen zal de werkloosheid in Colombia volgens Londoño in vier
jaar tijd stijgen van 15 tot meer dan 25 procent. De goedkeuring van de
hervormingen zal volgens hem 160.000 nieuwe banen opleveren, als de economie
een beetje meewil. De regering heeft het parlement ook en wetsvoorstel
voorgelegd dat vanaf 2008 de pensioenleeftijd bij de vrouwen optrekt van 55
tot 58 jaar en bij de mannen va 60 naar 62 jaar. Bovendien worden de
bijdragen voor het officiële pensioensysteem verhoogd.
Volgens de vakbonden zijn dat recepten om de armoede in het land te
verhogen. De voorzitter van de eenheidsvakbond Central Unitaria de
Trabajadores de Colombia,
Manuel Caro, stelt dat de voorstellen deel uitmaken van een neoliberaal
ofensief dat is opgelegd door het Internationaal Muntfonds. Dat IMF heeft
Colombia een noodkrediet van 2,5 miljard dollar toegestaan.