Egypte en Oekraïne geschrapt van zwarte lijst met 'witwassers'
Julio Godoy
29 februari 2004
Het aantal landen dat op de zwarte lijst met 'witwassers' van de Financial Action Task Force (FATF) staat, is afgenomen van negen naar zeven. Egypte en Oekraïne werden afgelopen week geschrapt van de lijst. Dat heeft Claes Norgren, voorzitter van de FATF vrijdag bekendgemaakt in Parijs.
Op de lijst staan nu nog de Cook Eilanden, Guatemala, Indonesië, Myanmar (voorheen Birma), Nauru (een land met een oppervlakte van 21 vierkante kilometer in de zuidelijke Pacific), Nigeria en de Filipijnen.
Norgren riep de landen die deel uitmaken van de FATF op om extra alert te zijn bij transacties met bedrijven en financiële instellingen in deze landen. Hij prees Guatemala om zijn pogingen de witwaspraktijken aan te pakken. Guatemala heeft recent een controlesysteem geïmplementeerd bij Guatemalteekse banken in het buitenland. Dat was echter niet voldoende om van de lijst geschrapt te worden.
De FATF werd in 1989 opgericht door de zeven rijkste industrielanden (VS, Canada, Japan, Groot-Brittannië, Frankrijk, Duitsland en Italië) om het witwassen van geld uit criminele activiteiten tegen te gaan. De organisatie opereert vanuit het OESO-kantoor in Parijs en telt 31 lidstaten. Sinds de aanslagen van 11 september speelt de FATF ook een prominente rol in het ontrafelen van financiële netwerken van terroristen. Volgens critici is de FATF-lijst arbitrair, omdat nooit een uitgebreid onderzoek is gedaan naar de financiële systemen in alle landen. De FATF-lijst bevat geen namen van eigen leden, terwijl toch geregeld vraagtekens worden gezet bij bankrekeningen in Zwitserland, Luxemburg en in belastingparadijzen die onder Britse jurisdictie vallen. De FATF heeft ook landen als Pakistan en Saudi-Arabië nooit doorgelicht, terwijl zij verdacht worden van het ‘recyclen’ van geld dat gebruikt wordt voor terroristische activiteiten.
Directeur Patrick Moulette van de FATF kondigde vrijdag aan dat zijn organisatie binnenkort in Saudi-Arabië wel gaat doorlichten. Pakistan staat vooralsnog niet op het programma. Hij kon ook geen informatie geven over het Palestijnse financiële systeem, van waaruit volgens Israël terroristische activiteiten worden gefinancierd. In 2000 stond Israël zelf overigens nog op de FATF-lijst, maar het land nam snel maatregelen om zijn naam te zuiveren.
De FATF sprak afgelopen week met vertegenwoordigers van de lidstaten over de aanpak van witwaspraktijken, in het bijzonder in relatie tot terrorisme. Een probleem daarbij zijn de ondergrondse circuits. In het Midden-Oosten en Zuid-Azië bestaan veel informele banken die functioneren zonder papier of elektronische sporen achter te laten. Transacties vinden vaak plaats in goed vertrouwen. De banken gaan veelal schuil achter liefdadigheidsorganisaties, winkels of reisbureaus.
In een document dat vorige week werd uitgegeven, noemt de FATF twee van dit soort informele netwerken, Al Barakaat en Dahabshiil. Zij zijn ontstaan tijdens de meer dan tien jaar durende burgeroorlog in Somalië en bedienden de ongeveer 750.000 migranten en vluchtelingen, aldus de FATF. Al Barakaat en Dahabshiil waren een belangrijke financiële schakel voor mensen die te gemarginaliseerd waren om toegang te krijgen tot het reguliere banksysteem. Maar sinds de aanslagen van 11 september zijn de twee netwerken bij de Verenigde Staten in beeld als financiers van terroristische activiteiten van Al Qaeda.
Na de aanslagen van 11 september stelde de FATF acht aanbevelingen op om het financieren van terrorisme tegen te gaan, in aanvulling op de al eerder gepubliceerde veertig aanbevelingen om het witwassen van geld te bestrijden. In deze speciale aanbevelingen wordt onder meer gepleit voor bevriezing van tegoeden van terroristische organisaties, snellere melding van verdachte transacties en het tegengaan van misbruik van non-profit organisaties. De FATF stelde op grond van de aanbevelingen een checklist op waarmee landen hun eigen positie kunnen bepalen. Op grond van de vragenlijst kan de FATF beoordelen welke landen wel of niet meewerken aan het indammen van witwaspraktijken.