Amazonevolk Shipibo-Conibo Peru investeert 6000 hectare land in natuurbehoudsprogramma
‘Eigendomsrechten zijn eerste stap naar duurzaam beheer van land en bos’
IPS - Tharanga Yakupitiyage
09 februari 2019
Duurzaam land- en bosbeheer wordt belangrijker dan ooit omdat de uitstoot van broeikasgassen, houtkap en waterschaarste blijven toenemen. Maar wat als je geen recht hebt om het land waarop je woont of werkt aan te kopen?
Shipibo gemeenschap in Peru
didemtali CC BY-NC 2.0
Duurzaam land- en bosbeheer wordt belangrijker dan ooit omdat de uitstoot van broeikasgassen, houtkap en waterschaarste blijven toenemen. Maar wat als je geen recht hebt om het land waarop je woont of werkt aan te kopen? Terwijl de invloed van de landbouw op land stilaan bekend is, lijkt de relatie tussen landdegradatie en landeigendom minder goed begrepen.
Het is zelfs zo dat onderzoek heeft uitgewezen dat onzekerheid over het verwerven van land als je eigendom, gelinkt is aan slechter gebruik van land. Niet-eigenaren hebben immers minder baat bij het investeren in lange-termijnmaatregelen die landdegradatie afremmen.
“Het is essentieel de eigendomsrechten voor inheemse bevolkingsgroepen te waarborgen”
“Het waarborgen van eigendomsrechten voor land en op de natuurlijke hulpbronnen op dat land is voor inheemse bevolkingsgroepen en lokale gemeenschappen een van de belangrijkste zaken die we kunnen doen om positieve resultaten te verkrijgen op vlak van natuurbehoud”, zegt Erin Myers Madeira, hoofd van het programma Natuurbehoud voor Inheemse en Lokale Gemeenschappen bij de organisatie Nature Conservancy.
Lokale bevolkingsgroepen gebruiken meer dan de helft van het beschikbare land ter wereld, maar hebben er amper tien procent wettelijk van in hun bezit.
Dit is een gevolg van een wereldwijd gebrek aan overheidsbeleid en de opkoopstrategie van bedrijven die de soms eeuwenoude aanspraak van gemeenschappen op bepaalde stukken land gewoon negeren.
Met hun leven bekopen
In 2006 verloren bijvoorbeeld tweehonderd families de toegang tot hun land in het district Sre Ambel in Cambodja om plaats te maken voor een suikerplantage.
In Liberia werden boeren geëvacueerd nadat de regering 350.000 hectare toewees aan de Maleisische multinational Sime Darby, wat tot onenigheid en conflict in de regio heeft geleid.
Volgens de VN-Conventie tegen de Verwoestijning (UNCCD) is 35 procent van de overgebleven landbouwgrond in Afrika in handen van grote bedrijven, waarvan 70 miljoen hectare toegewezen is voor de productie van biobrandstoffen. Velen zijn hiertegen in opstand gekomen maar moesten dat in sommige gevallen met hun leven bekopen.
Volgens Global Witness werd een record van 201 milieuactivisten in 2017 om het leven gebracht terwijl ze hun land wilden beschermen tegen mijnbouw of andere ingrijpende industrieën.
Ook Karina Kloos Yeatman, campagnedirecteur van de internationale plattelandsorganisatie Landesa, bevestigt het belang van eigendomsrechten voor lokale bewoners. “Als we niet meer rekening houden met het recht van mensen om land in eigendom te krijgen en daar duurzaam mee om te gaan, zullen we als gevolg een nog grotere stroom zien van klimaatvluchtelingen en mensen die elders op zoek gaan naar kansen”, zegt ze.
Ze wijst op de succesvolle verwezenlijkingen van haar organisatie waarbij het verwerven van land als eigendom heeft geleid tot meer duurzaam bos- en landbeheer en -gebruik. Zo bleken bijvoorbeeld kleine boeren in Ethiopië die land hadden kunnen verwerven, 60 procent vaker te investeren in de preventie van bodemerosie.
Recht op betrokkenheid
In bossen waar de rechten van inheemsen werden erkend, zag men de ontbossing aanzienlijk afnemen.
In Bolivia is de houtkap 2,8 keer minder op grondgebied met inheemse eigenaren.
Zowel Yeatman als Madeira zijn het erover eens dat landrechten alleen niet zullen volstaan om duurzaam beheer van land te promoten. Ook het recht op de natuurlijke hulpbronnen en het stimuleren van lokaal beleid en leiderschap zijn nodig, naast de samenwerking van meerdere stakeholders om erop toe te zien dat de lokale gemeenschappen gehoord worden en op hoog niveau betrokken zijn op vlak van besluitvorming.
De Shipibo gemeenschap ontvangt 3 dollar per jaar voor elke hectare land die ze aan natuurbehoud toevertrouwt, wat hen in dit geval minstens 18.000 dollar per jaar oplevert.
Tenslotte is het nodig dat duurzame economische ontwikkeling mogelijk wordt gemaakt, in lijn met de culturele waarden van de betrokkenen.
In een poging om houtkap en ontbossing af te remmen, heeft het inheemse Amazonevolk Shipibo-Conibo in Peru 6000 hectare land –80 procent van hun territorium- ingeschreven in het natuurbehoudsprogramma van het land.
Binnen het Nationale Programma voor Bosbeheer, ontvangt de gemeenschap 3 dollar per jaar voor elke hectare land die ze aan natuurbehoud toevertrouwt, wat hen in dit geval minstens 18.000 dollar per jaar oplevert. Om dat bedrag te ontvangen, moeten ze zich engageren om het bos te beschermen.
Een aanzienlijk deel van het geld dat ze ontvangen wordt met andere woorden opnieuw geïnvesteerd in het bos en de gemeenschappen die er leven. Zij engageren zich ook tot activiteiten zoals ecotoerisme en het duurzaam onttrekken van de hulpmiddelen uit het bos.
Rol van de consument
Landeigendom kan er afhankelijk van de context heel anders uitzien, zegt Madeira. Daarom benadrukt ze het belang voor overheden en bedrijven om de landrechten te beschermen en de inclusie van de inheemse bevolking te garanderen op elk niveau.
“Veel van de beslissingen over ontwikkeling worden ver weg van de betrokkenen genomen, in vergaderzalen. Als mensen niet betrokken zijn bij wat er over hen wordt beslist, dan krijg je dit soort magere resultaten”, zegt ze.
Ook de consument heeft een rol te spelen, vervolgt Yeatman. “Zij kunnen zich beter informeren over de producten die ze aanschaffen en de bedrijven waar ze hun aankopen doen.”
Zo is er bijvoorbeeld de campagne van Oxfam, Behind the Brands waar een score wordt gegeven aan voeding- en drankproducenten rond een aantal indicatoren zoals steun voor vrouwelijke boeren, inspanningen rond de reductie van broeikasgassen en het respect voor duurzaam landgebruik.
De Franse multinational Danone en het Amerikaanse General Mills scoren hier bijvoorbeeld laag op de land-indicator door de afwezigheid van echt engagement op dit vlak.
Maleisië
Maar er zijn ook positieve evoluties te melden. Recent veroordeelde Maleisië de lokale overheid van de staat Kelantan voor het niet respecteren van de landrechten van de inheemse Orang Asli.
“Commerciële ontwikkeling en het nastreven van winst kan niet gebeuren als deze bevolkingsgroep daardoor nadeel ondervindt”
“Snelle ontbossing en commerciële ontwikkeling hebben het territorium van de Orang Asli aangetast”, zei procureur-generaal Tommy Thomas in een verklaring.
“Commerciële ontwikkeling en het nastreven van winst kan niet gebeuren als deze bevolkingsgroep daardoor nadeel ondervindt. Hun rechten als onderdanen van dit land en op de hulpbronnen waarover ze traditioneel altijd konden beschikken, mogen niet in het gedrang komen”.
Nog een lichtpuntje: Myanmar, waar de ontbossing aan een van de snelste tempo’s in Azië plaatsvindt, wil 918.000 hectare bosland tegen 2030 een ander statuut geven en zo illegale houtkap tegengaan en de bosbewoners de kans geven om over te schakelen op duurzame bosbouw.