Emiraten zoeken onzichtbare werklozen
Meena S Janardhan
24 juni 2005
Meer dan negen op tien van alle werknemers in de Emiraten komen uit het buitenland. De overheid wil alles in het werk stellen om de eigen werklozen beter aan de bak te laten komen. Maar dan moet ze die eerst vinden. Officieel tellen de Emiraten maar 11.000 werklozen, maar 40.000 lijkt een realistischer schatting. De meesten zijn te beschaamd om zich te laten registreren.
De schatting van 37.000 tot 40.000 inheemse werklozen komt van Abdul Razaq Al Faris, het hoofd van de afdeling Arbeidsmarktstudies van de Tanmia, de overheidsdienst voor Arbeid. De Emiraten vrezen dat het cijfer nog zal oplopen. De bevolking van de Emiraten groeit nu eenmaal, en bedrijven lijken niet happig op plaatselijke werknemers.
Door de snelle groei van de olie-industrie wonen er in de woestijnstaat al 3,4 miljoen vreemdelingen, tegenover amper 900.000 staatsburgers. In private ondernemingen in de Emiraten maken plaatselijke werknemers nu amper één procent van het personeelsbestand uit. Er is een wet die bedrijven met meer dan 100 werknemers voorschrijft een bepaald aandeel van hun banen voor te behouden voor plaatselijke werknemers, maar de Tanmia probeert engagementen los te weken van bedrijfstakken om nog beter te doen. De banksector heeft al een hoger quotum ingevoerd.
De Verenigde Arabische Emiraten willen alle werkloze burgers optrommelen om het personeelsbestand van privé-bedrijven te emiratiseren. De Emiraten willen meer investeren in opleidingen om plaatselijke werkzoekenden de nodige kennis en vaardigheden mee te geven. Begaafde studenten kunnen rekenen op studiebeurzen. De overheid wil ook potentiële werknemers samenbrengen met de bedrijven die interesse zouden kunnen hebben voor hun profiel. Een jobbeurs die alleen voor plaatselijke werkzoekenden is bedoeld en een nieuwe databank moeten daarbij helpen.
Bedrijven doen er goed aan zich niet te verzetten tegen de ‘emiratisering’. Het ministerie van Arbeid en Sociale Zaken heeft ondernemingen gewaarschuwd dat ze geen werkvergunningen voor buitenlanders meer zullen krijgen als ze niet meer plaatselijke mensen aanwerven. Vooral banen die aansluiten bij de vaardigheden en de jobwensen van burgers van de Emiraten, moeten worden opengesteld.
De meeste privé-ondernemingen in de Emiraten hanteren drie loonschalen: werknemers uit het Westen verdienen het meest, dan volgen de Arabische werkkrachten en helemaal onderaan de loonladder komen de Aziatische migranten. Veel werknemers uit de Emiraten vallen tussen twee stoelen: ze zijn niet goed opgeleid maar toch niet goedkoop. Als bedrijven toch plaatselijke krachten inzetten, is dat om te beantwoorden aan het wettelijk quotum of omdat sommige kandidaten over nieuwe kwaliteiten beschikken.
Experts verwachten niet al te veel van de emiratisering. Als we de komende vijf jaar aan vijf procent komen, zou dat al een grote nationale overwinning zijn, oordeelde de invloedrijke academicus Abdulkhaleq Abdullah in de Engelstalige krant ‘Gulf News’. Maar zelfs dat bescheiden cijfer halen we niet - daarvoor zijn de onevenwichten op de arbeidsmarkt te groot. Zonder overheidstussenkomst en druk van de samenleving zullen we blijven hangen op het huidige gemiddelde van 0,5 tot 1 procent, als we al niet verder zakken. (PD/ADR)