Er is nog leven na 40 jaar handelsvoordelen

Nieuws

Er is nog leven na 40 jaar handelsvoordelen

Nasseem Ackbarally

13 maart 2008

De tijd van de handelsvoordelen is voorbij, ook voor Mauritius. Nu de akkoorden met Europa wegvallen, moet het kleine eiland in de Indische Oceaan zien te overleven in een geglobaliseerde wereld.

Tot enkele jaren geleden boerde Mauritius nog goed. De suiker-, textiel- en kledingindustrie gaven werk aan veel laag- en ongeschoolden en Aziatische migranten. Door het suikerprotocol had het kleine eiland jarenlang een bevoorrechte toegang tot de EU-markt. Door die zekerheid van inkomsten bleven de Mauritianen hun voedingsproducten uit het buitenland importeren.
Maar toen begon men de markten te liberaliseren. De Europese Unie verlaagde de suikerprijzen met een derde en maakte in 2005 ook nog eens een eind aan het multivezelakkoord. Duizenden jobs gingen verloren in Mauritius de voorbije drie jaar: 40.000 jobs in de textiel- en kledingindustrie, in de suikersector meer dan 10.000 en dit jaar nog eens duizenden.

Midscheeps

Op de koop toe gingen de olieprijzen stijgen en werden de voedingsproducten almaar duurder. Het eiland werd midscheeps geraakt, vooral omdat het ver van de belangrijkste wereldmarkten ligt. De Mauritiaan kan met zijn karige loon steeds minder eten kopen.
De regering besloot enkele jaren geleden al het roer om te gooien. ‘‘Nu het afgelopen is met de handelsvoordelen en de olie- en invoerkosten de pan uitswingen, kunnen we maar één ding doen: werken, werken, en nog eens werken”, zei premier Navin Ramgoolam.
De suikersector kwam het eerst aan de beurt, deels met financiële EU-steun. De suikerrietindustrie werd gediversifieerd: vier ‘flexifabrieken’ produceren nu zowel ruwe suiker, geraffineerde witte suiker en speciale suikers, als ethanol uit melasse, elektriciteit uit bagasse en industriële rum. “Als we onze mentaliteit veranderen, kunnen we zonder de handelsvoordelen, want er zijn veel kansen in de wereld, zelfs voor een klein eiland als het onze”, zegt Salil Roy, een suikerboer.
De textiel- en kledingindustrie had bijna de hoop opgegeven na een negatieve groei van -12,5 procent in 2006, maar door zich op het duurdere marktsegment te richten wist ze in 2007 het tij al te keren, met een positieve groei van 8 procent. De plaatselijke arbeidsmarkt kan de vraag zelfs niet meer aan. Het eiland haalt nu massaal arbeiders uit India, China en Bangladesh.
“2008 wordt zonder enige twijfel een goed jaar, onze orderboeken zijn vol. We moeten zelfs al bestellingen voor de komende maanden weigeren”, zegt Ali Parkar, directeur van het bedrijf Star Knitwear. De vraag is zo sterk dat grote bedrijven hun producten al in Europa en Zuid-Afrika stockeren en hun bestellingen rechtstreeks vandaar versturen.

China

De sector wil ook nieuwe markten in India en Pakistan veroveren, twee landen waarmee het handelsakkoorden heeft. Ondertussen tonen de buitenlandse textielbedrijven veel interesse in Mauritius. Het Chinese Tianli investeerde bijvoorbeeld 600 miljoen dollar (387 miljoen euro) in een nieuw industriepark vlakbij de hoofdstad, dat volgens de regering 42.000 mensen kan tewerkstellen tegen 2014.
De toeristische industrie, een andere pijler van de plaatselijke economie, heeft eveneens de wind in de zeilen. Men is volop hotels en vakantiewoningen aan het bouwen, het aantal vluchten uit Europa is verdrievoudigd, vorig jaar naderde het eiland de kaap van 1 miljoen toeristen, tegen 2015 wil het aan 2 miljoen zitten.
Ook andere sectoren, zoals de visindustrie, doen het goed. De werkloosheid is onder 9 procent gezakt. ‘‘We zitten nu in een situatie dat de mensen niet meer op zoek gaan naar een job maar dat de jobs naar hen toe komen”, zegt premier Ramgoolam.