Ethiopië vecht tegen genitale verminking
Johan Denis
17 september 2008
Steeds minder Ethiopische ouders passen genitale verminking bij meisjes (FGM) toe, volgens een ngo die actie voert om de praktijk uit te roeien. In sommige streken is de verbetering echter gering.
“Meer mensen weten tegenwoordig dat FGM schadelijk is,” zegt Abate Gudunfa, hoofd van het Ethiopische Nationale Comité voor Traditionele Gebruiken (EGLDAM), “en kinderen die vandaag geboren worden zijn veiliger [voor de praktijk].”
Een netwerk van veertig ngo’s, waaronder EGLDAM, de regering en internationale organisaties zijn allemaal betrokken bij anti-FGM campagnes in Ethiopië. In tegenstelling tot vroeger worden mensen die FGM uitvoeren, ook gestraft.
Grote weerstand tegen verandering
Een onderzoek, uitgevoerd door EGLDAM in 2007, bracht aan het licht dat in 1997 nog 61 procent van de meisjes FGM onderging, maar dat dit cijfer nu teruggelopen is tot 46 procent .
Negen regio’s en de twee onafhankelijk bestuurde steden, Addis Abeba en Dire Dawa, tonen de meeste verbetering. In andere regio’s is de verbetering minimaal. “Er is bijna geen vermindering in de regio’s Afar en Somali, de bolwerken van de ergste vorm van FGM,” valt te lezen in het rapport van het onderzoek. Er zijn ook grote verschillen tussen diverse etnische groepen.
Cijfers van Unicef laten dezelfde tendens zien. Het aandeel vrouwen tussen 15 en 49 jaar die FGM hebben ondergaan, bedraagt 74 procent. Dit percentage ligt iets lager in de stedelijke gebieden (69 procent) dan op het platteland (76 procent). Het aandeel vrouwen tussen 15 en 49 die minstens een dochter hebben, die FGM heeft ondergaan, is ‘slechts’ 38 procent.
Nul tot veertien jaar
Vrouwelijke besnijdenis gaat dikwijls gepaard met de verwijdering van de clitoris, of een deel ervan, en het verwijderen van kleine en/ of grote schaamlippen. In sommige gevallen worden de binnenste schaamlippen dichtgenaaid, waarbij een kleine opening gelaten wordt waardoor urine en bloed kan passeren. Gecombineerd met het wegsnijden van genitaliën is dit, volgens experts, de meest extreme vorm van FGM.
In sommige gemeenschappen worden meisjes zelfs een maand afgezonderd, met hun benen samengebonden, zodat ze niet kunnen bewegen. Op die manier stopt het bloeden en kan er littekenweefsel gevormd worden.
Genitale verminking wordt uitgevoerd bij meisjes vanaf minder dan drie maanden oud tot meisjes van veertien jaar. Elk jaar lopen wereldwijd een geschatte drie miljoen meisjes het risico genitale verminking te ondergaan.
Volgens het Inter-Afrikaans Comité (IAC) houdt de praktijk een groot gezondheidsrisico voor vrouwen in. Sommige besnijders gebruiken hetzelfde mes of scheermesje voor al hun slachtoffers. Daardoor kunnen HIV en andere infecties verspreid worden en de praktijk is ook (mee) verantwoordelijk voor de hoge sterftecijfers bij vrouwen in Afrika.
Tot de complicaties op lange termijn behoren verwikkelingen bij het kinderen baren, menstruatieproblemen, pijnlijke seksuele betrekkingen, psychologische trauma’s en HIV/ AIDS.
Redenen die aangehaald worden om met FGM door te gaan variëren naargelang de sociaal-culturele context. Tot de meest aangehaalde redenen behoren morele en religieuze waarden, het behoud van maagdelijkheid en de eer voor de familie, esthetische beoordelingen, hygiëne en het tegengaan van kindersterfte.