"EU moet bio-economie promoten", zegt Europese Commissie
Lisa Labath
16 februari 2012
Wanneer de Europese Unie in de toekomst nieuwe uitgaven doet op het vlak van landbouw, energie en research, moet de EU daarbij de bio-economie promoten. Vooral het gebruik van biobrandstoffen in plaats van fossiele brandstoffen en chemicaliën is daarbij prioritair. Dit zijn de stellingen die de Europese Commissie presenteert in een nieuwe strategiedocument, gepubliceerd op maandag 13 februari.
Bio-economie
In het nieuwe document van de Europese Commissie wordt bio-economie omschreven als een sector die “moet bijdragen aan een meer efficiënte samenleving, waarin voedselveiligheid overeenstemt met het duurzaam gebruik van hernieuwbare bronnen voor industrieel gebruik, en de bescherming van het milieu.” Agrarisch afval gebruiken als brandstof voor energiecentrales en het produceren van plastic op basis van organische bestanddelen , zijn maar enkele van de voorbeelden die de Europese Commissie omschrijft als bijdragen aan de bio-economie.
Volgens een schatting van de Commissie creëert de bio-economie nu al een jaarlijkse omzet van €2 miljard, en een tewerkstelling van 22 miljoen mensen. Maar met een meer geïntegreerd kader van fondsen en regularisatie zou dit nog 400.000 extra jobs creëren.
Nuances
Bart Staes, Europees Parlementslid voor Groen, is een groot voorstander van de bio-economie. Al nuanceert hij dit onmiddellijk. “De ontwikkeling van een nieuwe verfijnde industrietak kan naast de vermindering van de CO2-uitstoot ook een opleving van de werkgelegenheid betekenen. Er moeten echter cruciale, bindende voorwaarden aan worden verbonden om de duurzaamheid te garanderen. Er zijn nog te veel voorbeelden van hoe het niet moet.”
Prof. Dr. Willy Verstraete is coördinator van het project Ghent Bio-economy aan Universiteit Gent. “We moeten evolueren naar een bio-economie, maar dit moet op een passende wijze gebeuren. Ze moet volledig duurzaam zijn” zegt hij. Zo moeten de afvalstromen in de biobrandstoffenindustrie beter worden beheerd. Verder vindt hij dat “de plant niet louter mag worden gedegradeerd tot iets wat ons mobiliteit verschaft. Zo kunnen verschillende bestanddelen nog andere functies vervullen.”. Tot slot vestigt hij de aandacht op biogas, als alternatief voor biodiesel en bio-ethanol. De productie van deze laatste twee vereist energie, terwijl biogas tot stand komt door een natuurlijk proces. Verstraete hoopt dat biogas “zal evolueren van het lelijke eendje tot de mooie zwaan van de bio-economie.”
Kritiek
Groene ngo’s bekritiseren het feit dat in het document geen duidelijke positie wordt ingenomen in verband met genetisch gemodificeerde landbouw. Greenpeace voegt daaraan toe dat de EU voornamelijk biotechnologie die niet riskant of gevaarlijk is, moet voorop stellen in haar prioriteiten.
Saar van Hauwermeiren (Oxfam Solidariteit) vindt het initiatief van de Europese Commissie geen goede zaak. “Dit initiatief promoot de biobrandstoffenindustrie. Grootschalige productie van biobrandstoffen is sociaal en ecologisch niet duurzaam”. Ook bij de invloed van dit initiatief op de rest van de wereld stelt ze zich vragen. “De Europese Commissie vergeet duidelijk te kijken naar de ecologische en sociale gevolgen die ze met deze strategie afwentelt op de rest van de wereld. Er wordt sterk uitgegaan van het economische groeipotentieel van de bio-economie, zonder dit af te toetsen aan een mondiaal duurzaamheidskader .”