F16 bombardeert huis in Deir al-Balah

Nieuws

F16 bombardeert huis in Deir al-Balah

F16 bombardeert huis in Deir al-Balah
F16 bombardeert huis in Deir al-Balah

Inge Neefs en Tilde De Wandel

22 november 2010

Op vrijdag 19 november omstreeks 15u bombardeert een Israëlisch gevechtsvliegtuig een huis in Deir al-Balah, gelegen in het centrum van de Gazastrook. Het huis van de familie Dar Shorafa, dat op 400 meter van de grens met Israël ligt, is volledig gesloopt, enkel de tuin staat nog overeind. Rond een krater van 3 meter diep ligt het puin van de ruïne verspreid.

De familie Dar Shorafa was niet aanwezig op het moment van de aanslag, maar hun buren wel. De familie Abu Mustafa woont aan de overkant van de straat op 50 meter van het gebombardeerde huis. Toen de bom insloeg zat het gezin in de achtertuin, waar ze familie op bezoek hadden. De bom sloeg in met een milde knal en terwijl de familie dekking zocht, volgde een luide explosie waarop het puin door de lucht suisde. Vier leden van de familie werden verwond en het dak van hun huis werd op vijf plaatsen doorboord.

De 52-jarige Rokia Shaban werd getroffen in de buikstreek, aan haar bovenbeen en schouder. Ze verliet het ziekenhuis deze ochtend en herstelt nu in haar beschadigd huis. Wijdan Samir (29), Abdal Aziz (20) en de tweejarige Ibrahim Sulayman liepen lichte verwondingen op. Omdat de familie nabij de bufferzone woont, moesten ze meer dan een halfuur wachten op de ambulance. Palestijnse publieke diensten, zoals politiewagens of ambulances, kunnen niet in de nabijheid van de grens komen zonder coördinatie met de Israëlische autoriteiten. Indien ze dit gebod overtreden, is de kans reëel dat ze beschoten worden.

De bufferzone is een strook land van 300 meter langs de grens waar Israël het verantwoord acht om mensen neer te schieten. Volgens een recent rapport van Verenigde Naties reikt de gevaarszone echter tot 1500 meter. Sulaiman Ibrahim Abu Mustafa, het gezinshoofd, herhaalt tot drie keer toe dat er in dit gebied geen verzet plaatsvindt en spreekt daarmee de terroristische beschuldigingen van de woordvoerder van het Israëlisch leger tegen. “De Israëli’s liegen: hier vindt geen verzet plaats. Dit is louter en alleen een landbouwzone: wij telen olijven en aubergines. Zelfs tijdens de aanslagen van Cast Lead bleef dit gebied gespaard. Ik weet niet waarom we nu worden aangevallen; het komt totaal onverwacht: wij zijn normale burgers die pogen te leven van ons land.”

Normaal patrouilleert er dagelijks een tank langs de Palestijnse zijde van de barrière, maar vandaag blijft het Israëlisch leger onzichtbaar. “Ze zijn waarschijnlijk gaan slapen nadat ze ons gebombardeerd hebben”, lacht Sulaiman Ibrahim met zijn huilend tweejarig zoontje op de arm.

Ongeveer gelijktijdig met de aanslag in Deir al-Balah werden er twee andere plaatsen getroffen door Israëlische bombardementen. In het zuiden van Gaza, in Khan Younis werden een man en een kind verwond. De aanvallen maken deel uit van de recente uitwisselingen van aanslagen tussen Palestijnse verzetsgroepen en het Israëlisch leger die startten met de moord op de Palestijnse gebroeders Yassin in Gaza-stad drie dagen geleden.