Organisaties willen geweld tegen vrouwen op de politieke agenda
‘Maak van femicide een strafbaar misdrijf’
Arely Ramos
08 maart 2021
De term 'femicide', moord op vrouwen omdat ze vrouw zijn, staat nog niet in het Belgische strafwetboek. Organisaties voor vrouwenrechten vragen aan beleidsmakers om dat dringend te doen, omdat een sterk beleid op basis van onderzoek ontbreekt. Dit jaar werden in ons land alleen al zeven vrouwen vermoord.
CC0
Organisaties voor vrouwenrechten vragen aan beleidsmakers in België om de term femicide op te nemen in het strafwetboek. Want moord op vrouwen heeft nu nog geen duidelijke definitie in de strafwet, en daarom ontbreekt het ook aan een sterk beleid op basis van onderzoek.
De Internationale Vrouwendag, 8 maart, staat voor kenniscentrum Rosa vzw dit jaar in het teken van de strijd: tegen seksime, ongelijkheid en geweld tegen de vrouw.
De term femicide (ook feminicide), of moord op vrouwen omdat ze vrouw zijn, werd in 1976 geïntroduceerd door de Zuid-Afrikaanse feministe Diana Russell. Ze organiseerde op dat moment mee het Internationaal Tribunaal voor Misdaden tegen Vrouwen in Brussel.
In Europa en België vond de term ingang vanaf de jaren ‘90. Feministische organisaties als de blog Stop Femicide en het platform Mirabal brachten het fenomeen meer onder de aandacht. Want, zo zeggen vrouwenrechtenorganisaties in ons land, ook in België komt het voor.
‘Femicide als misdrijf beschouwen voorkomt de moord nog niet, maar het is wel een instrument voor bewustwording.’
In 2020 zetten de organisaties, waaronder de Vrouwenraad en kenniscentrum Rosa vzw, een voorstel op de agenda om femicide als apart misdrijf te beschouwen. Toch wordt er nog te weinig over gepraat door politici, zegt Herlindis Moestermans, stafmedewerkster bij de Vrouwenraad. Ze hoopt dat daar snel verandering in komt.
Femicide als apart misdrijf in het strafwetboek opnemen is nodig om aan correcte cijfers te raken, zegt ook Bieke Purnelle, codirecteur van Rosa vzw. ‘Anders weten we niet waarover we praten. Femicide als misdrijf beschouwen voorkomt de moord nog niet, maar het is wel een instrument voor bewustwording. Je kan het gebruiken om te sensibiliseren door statistische informatie te verzamelen. Dat kunnen we nu nog niet in België.’
Ook de term zelf heeft in België nog geen duidelijke, officiële definitie. ‘Er zijn wel een aantal internationale instanties die elk hun eigen definitie hebben’, verduidelijkt Moestermans. ‘Daarin wordt verwezen naar de nood aan een typologie (om het type moord van elkaar te onderscheiden, red.), want niet elke moord op een vrouw is femicide. Om aan de juiste cijfers te raken is dat nodig.’
Volgens Moestermans kunnen de bestaande internationale definities richtinggevend zijn. Zo maakt de Wereldgezondheidsorganisatie een onderscheid tussen: intieme femicide (zoals moord door de partner), niet-intieme femicide (moord door een wildvreemde), eergerelateerde moorden en bruidschatgerelateerde moorden. Als er dan officiële statistieken kunnen worden bijgehouden, maken die op hun beurt meer onderzoek en gerichter beleid mogelijk.
Al zeven femicides dit jaar
De vrouwenrechtenorganisaties willen het graag vandaag, maar liever gisteren, nog op de politieke agenda. Want terwijl ze wachten op een politiek debat, toont de realiteit dat femicide blijft gebeuren in ons land.
Zo noteerde de blog Stop Feminicide eind februari al het zevende slachtoffer van dit jaar: Cennet C. (41) uit Balen. De vrouw werd doodgeschoten door haar man, net als haar dertienjarige dochter Jasmien.
Omdat algemene cijfers moeilijk te vinden of onvolledig zijn, houdt Stop Femicide zelf een telling bij. Organisaties zoals de Vrouwenraad maken, bij gebrek aan officiële data, deels gebruik van die cijfers.
In 2020 telde Stop Feminicide 24 vrouwenmoorden die onder de noemer femicide kunnen vallen. In 2019 stond de teller ook op 24. En in 2018 en 2017 werden nog meer gevallen opgetekend: respectievelijk 37 en 43. Op basis van de gegevens van de blog stelde de Vrouwenraad in het dossier 2020 dus een daling vast van het aantal femicides.
78 procent van de vrouwen die vermoord werden van 2017 tot 2019 werd gedood door de ex-partner.
Maar de Vrouwenraad verwijst ook naar cijfers gepubliceerd door het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen. Tussen 2013 en 2018 waren er gemiddeld 141 gevallen van doodslag, moord en onvrijwillige doodslag per jaar in een context van partnergeweld. Dat komt neer op ruim 10 procent van ‘alle gevallen van doodslag, moord en onvrijwillige doodslag’ die werden doorverwezen naar de Belgische parketten.
Deze officiële cijfers geven wel niet weer hoeveel vrouwen en hoeveel mannen zich onder de slachtoffers bevinden. Ook over de straffen in ons land zijn er geen gegevens.
Uit de cijfers van de Stop Feminicide blijkt dat 78 procent van de 101 vrouwen die vermoord werden van 2017 tot 2019, gedood werd door de ex-partner. In de overige gevallen ging het om collega’s, buren en kennissen, of onbekenden.
Vrouwengeweld werd ook binnen de Raad van Europa op tafel gelegd. Het Verdrag van Istanbul trad in 2016 in werking en België is één van de 34 landen die dat ratificeerde.
Maar vrouwenorganisaties wijzen erop dat er nog veel werk aan de winkel is. Femicide staat nog niet in het Belgische strafwetboek. Spanje, Italië en Frankrijk, die het verdrag ook ondertekenden, deden dat al wel. Italië nam daarnaast nog een wet aan die specifiek werd ontworpen om femicide te bestrijden.
Mexico: elke dag tien vrouwen vermoord
In verschillende Latijns-Amerikaanse landen is femicide al langer in de strafwetgeving opgenomen.
In Mexico, bijvoorbeeld. In de stad Ciudad Juárez werden sinds 1993 honderden moorden op vrouwen gepleegd. Die gruwelijke realiteit gaf femicide wel nationale en internationale aandacht. 19 jaar lang streden familieleden en vrouwenrechtenactivisten ervoor dat femicide in het strafwetboek zou worden opgenomen, wat in in 2012 ook gebeurde.
Artikel 325 uit dat wetboek stelt nu: ‘Iedereen die een vrouw omwille van haar gender van haar leven berooft, pleegt een misdaad van femicide’.
‘Zo’n wet is een grote stap voorwaarts, maar het is niet omdat het als concept wordt behandeld, dat dergelijke misdrijven ook worden bestraft’, zegt Yarendi Sánchez, coördinator van het Nationaal Front Ni Una Menos, de vrouwenrechtenbeweging in Mexico.
Volgens het Mexicaanse Sistema Nacional de Seguridad Pública (SNSP), een federaal overheidsorgaan dat bevoegdheden voor de openbare veiligheid moet coördineren, werden in januari 2020 nog elke dag tien vrouwen vermoord.
‘Femicide is femicide ongeacht hoe het wordt gepleegd. Een moordenaar mag niet minder of onbestraft blijven ongeacht hoeveel de slachtoffers geleden hebben”, bendrukt Sánchez.
Op femicide staat in Mexico veertig tot zestig jaar gevangenisstraf. In 5 van de 31 lidstaten kan zelfs een levenslange gevangenisstraf uitgesproken worden.
In 2020 werden 942 vermeende slachtoffers van femicide in het hele land opgetekend. De SNSP meldde dat sinds 2015 het aantal misdaden van femicide verdubbelde:
‘De laatste vier jaar nam vrouwengeweld met 111 procent toe. Dat zorgde ook voor meer femicide. Door de pandemie zijn er meer slachtoffers. We moeten daarnaast nadenken over de gevallen die ongekend zijn’, aldus Sánchez.
Misdaad zonder straf
Eén van de duizenden slachtoffers in die laatste vier jaar was Marichuy (19). Ze werd van de vijfde verdieping gegooid, naar verluidt door één van haar professoren en een aantal klasgenoten. De dood werd in eerste instantie beschouwd als zelfmoord. Pas in september 2019 werd het geclassificeerd als femicide.
Yesenia Zamudio, de moeder van Marichuy, strijdt al die jaren om de waarheid te achterhalen. Vandaag wacht Yesenia nog op straf voor de schuldigen. Net zoals andere familieleden van slachtoffers weet ze dat niets haar dochter terug zou brengen, maar gerechtigheid is het minste waarop ze hoopt.
Hoewel de situatie van femicide in Europa, en specifiek in België, anders is dan in Mexico en Latijns-Amerika, kunnen Belgische beleidmakers er wel iets van leren, zeggen vrouwenrechtenorganisaties in ons land.
Costa Rica, Guatemala, Chili, Peru, El Salvador, Nicaragua en Mexico zijn de Latijns-Amerikaanse landen die femicide al als misdaad hebben erkend. Elk land heeft in haar wetgeving verschillende methoden om het misdrijf vast te stellen en een straf op te leggen.
Purnelle benadrukt dat België een goede aanpak kan ontwikkelen door de aanpak van andere landen te bestuderen. Volgens Moestermans is de erkenning als misdaad een begin voor degelijk onderzoek over de problematiek. ‘Dat femicide in het regeerakkoord staat en erover gediscussieerd zal worden, is al een grote stap vooruit.’