FTAA-kandidaten voelen Amerikaanse verdeel-en-heerspolitiek - analyse

Nieuws

FTAA-kandidaten voelen Amerikaanse verdeel-en-heerspolitiek - analyse

Mario Osava

28 april 2003

De Verenigde Staten zijn verbolgen over
het gebrek aan steun van 'bondgenoten' als Mexico, Chili en Canada. De
zware kritiek van die landen op het Amerikaanse buitenlandse beleid is in
slechte aarde gevallen, en Amerikaanse verwijten en dreigementen zijn niet
van de lucht. Alleen Brazilië lijkt aan represailles te ontsnappen: het
land is economisch te belangrijk voor de VS en dient dus gepaaid te worden.

Brazilië heeft niet enkel kritiek gespuid op de Amerikaans-Britse invasie
in Irak, maar protesteert ook systematisch tegen het veertig jaar oude
VS-embargo tegen Cuba. Het Plan Colombia - een met Amerikaans geld
gefinancierde strategie om Colombiaanse opstandelingen en drugsnetwerken te
bestrijden - vindt evenmin genade in de ogen van Brasilia. En de
VS-subsidies aan katoenboeren vormen zelfs het voorwerp van een Brazilaanse
klacht bij de Wereldhandelsorganisatie. De nieuwe linkse regering van
president en voormalig vakbondsleider Luiz Inácio Lulada Silva vaart een
eigen koers: nog duidelijker dan de vorige regering werkt ze aan
Zuid-Amerikaanse integratie, zonder al te veel inmenging van de VS.

Ondanks die zelfbewuste Braziliaanse houding blijven de VS opvallend
vriendelijk voor Lula en zijn regering. Tijdens zijn bezoek aan Sao Paulo
vorige week loofde de Amerikaanse minister van Financiën John Snow de
relaties tussen beide landen. De linkse Braziliaanse regering werd geprezen
voor haar economisch beleid, dat op het goede spoor zit. Snow
beklemtoonde ook dat de VS bereid waren over alles te onderhandelen, van
een herziening van bepaalde Amerikaanse handelsbarrières tot de afschaffing
van subsidies die Brazilië schaden. Volgens Snow dient er gestreefd naar
win-winsituaties voor beide landen. Snow sprak ook in naam van de
Amerikaanse Handelsvertegenwoordiger Robert Zoellick, die in mei naar
Brazilië reist om over de Pan-Amerikaanse Vrijhandelszone (FTAA) te
onderhandelen - dat is een vrijhandelszone die vierendertig landen in beide
Amerika’s moet omspannen. Brazilië en de VS delen het voorzitterschap voor
de laatste fase van die FTAA-gesprekken.

De fluwelen aanpak van Brazilië staat in schril contrast met de houding van
de VS tegenover andere ‘afvallige’ bondgenoten. Naast Mexico en Canada
krijgt vooral Chili - niet-permanent lid van de VN-Veiligheidsraad - het
zwaar te verduren. In het Amerikaans parlement werd de goedkeuring van een
bilateraal vrijhandelsakkoord met Chili boudweg uitgesteld. Dat akkoord is
erg belangrijk voor de Chileense economie, maar van marginaal economisch
belang voor de VS: nadat Chili Washington niet onmiddellijk was
bijgesprongen tijdens in de Veiligheidsraad, ging de overeenkomst voor de
VS opeens vooral als wraakmiddel fungeren.

Volgens José Guillón Albuquerque, een expert internationale betrekkingen
aan de Universiteit van Sao Paulo, is de milde Amerikaanse houding
tegenover Brazilië zuiver opportunistisch: de VS willen volgens hem de hele
regio economisch integreren onder Amerikaanse leiding, en dat is moeilijk
als Brazilië gaat dwarsliggen. Door zijn economisch gewicht en onbetwiste
leidersrol in de regio kan Brazilië zich dus wat meer veroorloven.
Directeur van het Studiecentrum over de Amerika’s in Rio de Janeiro Clovis
Brigagao treedt die visie bij: politieke wrijvingen tussen Brazilië en de
VS kunnen de economische agenda niet fundamenteel beïnvloeden omdat er met
de FTAA voor beide landen zoveel op het spel staat.

Toch staan de politieke en commerciële belangen niet helemaal los van
elkaar: de Braziliaanse houding in de Iraakse kwestie heeft
protectionistische sectoren in de VS nieuwe argumenten in handen gespeeld
om de toegang tot de Amerikaanse markt via de FTAA te bemoeilijken. Volgens
Albuquerque is het bezoek van Snow dan ook een poging van de VS om verdere
besmetting van het commerciële door het politieke te voorkomen.

De Braziliaanse regering zelf reageert scherp op de zeemzoete en
diplomatische verklaringen van Snow. Minister van Buitenlandse Zaken Celso
Amorim noemt de Amerikaanse bereidheid tot open onderhandelingen
nietszeggend en weinig geloofwaardig. Volgens hem is de Amerikaanse
toekomstvisie voor de FTAA pover en discriminerend, omdat Argentinië,
Brazilië, Paraguay en Uruguay als landen van Mercosur - de Zuidelijke
Gemeenschappelijke Markt - beperktere toegang krijgen tot de Amerikaanse
markt en omdat de belangrijkste Braziliaanse producten uit de
onderhandelingen worden geweerd. Amorim dreigt ermee de FTAA-deadline van
eind 2005 te verschuiven als de voorwaarden voor Zuid-Amerika zo ongunstig
blijven.