Hamid wie? - ANALYSE

Nieuws

Hamid wie? - ANALYSE

Jim Lobe

06 maart 2003

De Afghaanse president Hamid Karzai heeft ondanks een tiendaags bezoek aan de Verenigde Staten nauwelijks bijkomende hulp in de wacht kunnen slepen voor zijn opnieuw in gewapende conflicten afglijdende land. Dat geeft een idee van de moeilijkheden waarin de heropbouw van Irak kan verzinken na een eventuele oorlog en de val van Saddam Hoessein.

Eén jaar geleden werd Karzai door Washington met beloften overladen; hij kreeg de verzekering dat de VS Afghanistan zouden blijven bijstaan, anders dan eind de jaren 80 toen de interesse van de VS voor het kapotgeschoten land snel verdween toen de Russische troepen er waren weggetrokken. President George W. Bush stelde vorig jaar zelfs een heus Marshall Plan in het vooruitzicht, dat Afghanistan niet enkel weer op de been zou helpen maar ook tot bloei zou brengen.

Maar amper één jaar later gaat alle aandacht in de VS uit naar Irak. Na tien dagen van vurige pleidooien om zijn land meer financiële hulp te verstrekken, vertrok Karzai dinsdag naar huis met één enkele toezegging: de kredietlijn die de openbare kredietverzekeraar Overseas Private Investment Corporation (OPIC) voor Afghanistan heeft geopend, wordt opgetrokken van 50 tot 100 miljoen dollar.

Als een perfecte gast onthield Karzai zich van kritiek, maar die kwam wel van andere betrokkenen. Wereldbankvoorzitter James Wolfensohn, die op maandag een onderhoud had met Karzai, waarschuwde dat de internationale gemeenschap niet mag vergeten dat Afghanistan een testcase is - in Afghanistan wordt momenteel uitgemaakt of de internationale gemeenschap consequent een wankel land kan blijven bijstaan dat aan een heropbouw bezig is na een gewapend conflict. De Verenigde Staten en andere donorlanden hebben begin 2002 op een donorconferentie in Tokio Afghanistan 4,5 miljard dollar aan hulp toegezegd voor vijf jaar. Maar dat geld blijkt maar langzaam overgemaakt te worden.

Ook sommige Democraten in de Amerikaanse Senaat hameren erop dat de VS hun beloften van vorig jaar moeten nakomen. Volgens senator Joseph Biden, één van de meest fervente voorstanders van een Marshal Plan voor Afghanistan, is er nog veel werk in Afghanistan en zijn de VS verplicht om hun schouders onder die inspanningen te zetten. Biden pleit ook voor de uitbreiding van het mandaat van de internationale vredesmacht ISAF over heel het land. De ISAF handhaaft nu alleen de orde in Kaboel, en kijkt lijdzaam toe hoe de autoriteit van de Afghaanse regering in andere delen van het land ondergraven wordt.

Vooral in het noorden en het zuiden van het land blijven rivaliserende groepen elkaar bestoken. In een uithoek van het land, dicht bij de grens met Pakistan, lijken zelfs de Taliban zich te hergroeperen, nu in een alliantie met de troepen van de Pathaanse nationalist Gulbuddin Hekmatyar. Hulporganisaties hebben op veel plaatsen op het platteland hun activiteiten opgeschort omdat ze bedreigd of lastiggevallen werden door plaatselijke legertjes of gewone misdadigers die profiteren van de toestand van wetteloosheid. Hulpverleners spreken van een algemene destabilisering.

Maar de Amerikaanse regering leek tot hiertoe best tevreden met het feit dat soldaten uit andere landen de jacht op overblijvende eenheden van de Taliban en Al-Qaeda niet in de war konden sturen. Het Pentagon stuurt Special Forces naar sommige brandhaarden en probeert krijgsheren en lokale machthebbers in de pas te doen lopen door te dreigen met luchtaanvallen. Maar die aanpak heeft tot hiertoe niet veel opgeleverd; de handigste krijgsheren zijn er zelfs nog machtiger door geworden.

Ook het plan om een nationaal leger uit te bouwen dat op termijn de beslissingen van de regering in Kaboel overal in het land kan doen respecteren, komt niet goed van de grond. Tot hiertoe hebben ongeveer 3.000 rekruten een opleiding gekregen, maar daarvan zou alweer de helft gedeserteerd zijn omdat ze weinig verdienen, slecht gehuisvest zijn en vanwege etnische wrijvingen.

Amerikaanse mensenrechtenorganisaties maken zich verder zorgen over de terugkeer van extreem conservatieve praktijken. Vooral in Pathaanse gebieden krijgen vrouwen en meisjes die zich westers kleden, zich met andere mannen dan verwanten laten zien of achter het stuur durven plaatsnemen, het weer zwaar te verduren. Sommige lokale machthebbers lijken de klok te hebben teruggedraaid tot het Taliban-tijdperk

De Amerikaanse regering wijst erop dat sinds de val de Taliban eind 2001 ongeveer twee miljoen Afghaanse vluchtelingen zijn teruggekeerd naar hun land. Ook Karzai zelf verklaarde dat de situatie in zijn land niet zo slecht is als de internationale media doen uitschijnen, en dat de regering de zaken beter onder controle heeft dan algemeen wordt aangenomen. Maar hij haastte zich daaraan toe te voegen dat zijn land nog niet uit de problemen is. Vergeet ons niet als de oorlog tegen Irak losbarst.