Het Australische immigratiebeleid tussen winst en wanhoop
Terwijl Australië’s gesloten centra voor immigranten zonder papieren de laatste jaren steeds meer rellen en zelfmoordpogingen kennen, boeken de bedrijven verantwoordelijk voor het beheer ervan elk jaar hogere winstcijfers. Zowel bij de vakbonden als de overheid klinken stemmen die aandringen op maatregelen.
Hoewel er in 2008 een aantal hervormingen doorgevoerd werden die het Australische immigratiebeleid een menselijker gezicht moesten geven, blijft voor vele illegale immigranten de regel van verplichte opsluiting gelden. Hiervoor heeft Australië overeenkomsten met enkele buurlanden, waaronder Indonesië en Maleisië, en daarnaast bevinden er zich ook gesloten centra op Australisch grondgebied. De organisatie en leiding van deze laatste wordt sinds 1998 uitbesteed aan privé-bedrijven. In 2009 haalde Serco, een multinational die zijn zetel in Groot-Brittannië heeft, het vijfjarige contract binnen.
Serco is gespecialiseerd in publieke dienstverlening, van spoorwegbeheer tot elektronische bewaking, en is in Australië ook verantwoordelijk voor het beheer van een aantal gevangenissen. Het bedrijf werd ingehuurd nadat onder het vorige contract, dat van de firma G4S, een gevangene om het leven kwam. Serco wil zich daar tegen afzetten; bij hen komen normen en waarden op de eerste plaats – als daar dan ook winst bij komt kijken, is dat mooi meegenomen, zo zegt CEO Christopher Hyman in een interview). Zoeken hoe concurrentie op het vlak van publieke dienstverlening een economische meerwaarde voor de belastingbetaler kan betekenen, daar wil het bedrijf voor gaan.
De realiteit is iets minder fraai, blijkt uit een rapport van het Australische overheidsagentschap Comcare, dat een onderzoek voerde naar aanleiding van de zelfmoord van een geïnterneerde. Comcare stelt vast dat de centra ernstig overbevolkt waren en dat er een tekort was aan zowel personeel als opleiding van dat personeel. Het zijn deze omstandigheden die leidden tot de golf van rellen en zelfmoordpogingen dit jaar.
Ook Kaye Bernard, vakbondsafgevaardigde van de werknemers van de gesloten instellingen op Kersteiland, stelt dat de privatisering de problemen in de centra enkel verergerd heeft, en de fysieke en mentale gezondheid van zowel personeel als immigranten in het gedrang brengt. Ze eist de beëindiging van het contract met Serco en vraagt dat het beheer van de instellingen opnieuw een overheidsaangelegenheid wordt.
De gesloten centra op zich worden evenwel nog niet in vraag gesteld. De verplichte opsluiting van illegale immigranten blijft, naar de woorden van minister voor Immigratie en Staatsburgerschap Chris Bowen, noodzakelijk voor een strikte grenscontrole.