Hondurese president werkt aan internationale erkenning
Thelma Mejía
09 mei 2010
In zijn eerste honderd dagen als president van Honduras, heeft Porfirio Lobo hard gewerkt om internationale erkenning van zijn regering te verwerven. Daarmee wil hij het land uit het isolement halen waarin het verkeert sinds de coup van juni vorig jaar, waarbij Manuel Zelaya werd afgezet.
Sinds het aantreden van Lobo op 27 januari, herstelde Hondureas de diplomatieke banden met 51 landen, volgens het ministerie van Buitenlandse Zaken. Maar de terugkeer van het land in subregionale en regionale organen, zoals het Centraal Amerikaanse Integratiesysteem (SICA) en de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS), blijft onzeker.
De betrekkingen met de Verenigde Staten werden genormaliseerd. De nieuwe ambassadeur in de VS is Lizzie Flores van Liberale Partij, de dochter van de voormalige president Carlos Flores (1998-2001). Lobo vertegenwoordigt de rechtse Nationale Partij, terwijl Zelaya behoorde tot de andere traditionele Hondurese partij, de centrumrechtse Liberale Partij.
Maar nadat hij president werd, vervreemdde Zelaya zijn eigen partij en de rest van de conservatieve elite toen hij naar links zwenkte. Zijn poging om een referendum te organiseren om een grondwetgevende vergadering op te kunnen zetten om de grondwet te hervormen, leidde tot de coup. Die werd gevolg door een politieke crisis die het land zwaar verdeelde.
Waarheidscommissie
Er wachtte Lobo geen goed nieuws, toen hij afgelopen week zijn honderdste dag als president inging. OAS-secretaris-generaal José Miguel Insulza liet het Hondurese dagblad Tiempo weten dat het regionale orgaan niet voor december zal spreken over de toelating van Honduras. De president en zijn adviseur hadden gehoopt dat dat moment al in juni zou komen.
Insulza, die dinsdag deelnam aan een procedure om een waarheidscommissie te lanceren die de gebeurtenissen rond de coup moet onderzoeken, zei dat Honduras naast de oprichting van die commissie ook aan andere voorwaarden moet voldoen. Hij wees bijvoorbeeld op de noodzaak van een onderzoek naar mensenrechtenschendingen en garanties dat Zelaya, die een rechtszaak wacht in Honduras, kan terugkeren naar het land.
Politiek analist Ernesto Paz zegt dat de OAS wil wachten tot december omdat dan de conclusies van de waarheidscommissie op tafel liggen. Paz zegt dat de president zich tijdens zijn eerste maanden “getoond heeft als een centristische leider die overeenkomsten is aangegaan om tot een minimumniveau van bestuur te komen, om vervolgens een atmosfeer van kalmte en onderhandeling op te bouwen.”
Zelaya’s terugkeer uit Dominicaanse Republiek, waar hij momenteel verblijft, is belangrijk voor de normalisering van de internationale betrekkingen van het land, zegt hij.
Zelaya, die in september vorig jaar terugkeerde naar Honduras en vier maanden in de Braziliaanse ambassade verbleef, kreeg toestemming naar de Dominicaanse Republiek te vliegen op de dag dat Lobo werd ingezworen.