Illegale kap bedreigt laatste berggorilla's
Ann De Ron
07 juli 2004
De afgelopen maanden is een deel van het natuurpark van de beroemde berggorilla's in de Democratische Republiek Congo ontbost. Het overleven van de dieren, waarvan er in heel de wereld nog maar 700 overblijven, is hiermee opnieuw heel acuut in gevaar, zeggen diverse natuurorganisaties waaronder het WWF.
In mei en juni van dit jaar zijn volgens de milieuorganisaties zo’n 6000 mensen - vooral Rwandezen - illegaal in het Virunga Nationaal Park op de grens met Rwanda en Uganda gaan wonen. Met de steun van lokale machthebbers zouden ze er zo’n tien vierkante kilometer hebben gekapt om er aan landbouw te doen. Intussen lijkt de kap gestopt en heeft een deel van de mensen het park weer verlaten, maar als er geen duidelijke orders komen van het hoogste regeringsniveau in Rwanda en de DRC, zal de vernietiging herbeginnen en grotere gebieden treffen, waarschuwt Peter Stephenson van het WWF.
Het Congolese reservaat herbergt meer dan de helft van de nog levende berggorilla’s. De diersoort werd beroemd door het onderzoek van Diane Fossey dat door Hollywood werd verfilmd als ‘Gorilla’s in de Mist’. Berggorilla’s zijn een van de meest bedreigde diersoorten op aarde. Milieuorganisaties noemen de recente ontbossing een ramp, omdat het gedeelte van het park waarin de dieren wonen niet meer dan 260 vierkante kilometer bestrijkt. Ze vragen internationale hulp om parkwachters te betalen, de illegale landbouwers op een menslievende manier te verhuizen en het vernielde gebied te herstellen. Vorige maand werden nog drie parkwachters vermoord.
Er staat meer op het spel dan de berggorilla alleen. Het reservaat is erkend als Werelderfgoed en wordt beschouwd als een van de belangrijkste natuurgebieden in Afrika. Er leven meer dan 700 soorten vogels en 200 soorten zoogdieren, waaronder de ook al uiterst zeldzame stompneusaap. De illegale houtkap bedreigt ook de lokale gemeenschappen, onder meer omdat vele inwoners een centje verdienen aan de toeristen die de gorilla’s willen zien en de drie Afrikaanse landen jaarlijks zo’n 1,6 miljoen euro in het laatje brengen.
Eerder al had het habitat van de gorilla’s erg te lijden onder de conflicten in Congo en Rwanda. Vluchtelingen van de Rwandese genocide van 1994 zochten hun toevlucht in grote kampen aan de rand van het park, en ook de Congolese burgeroorlog van 1997 tot 2002 bracht strijdende partijen, illegale landbouwers en vluchtelingen in het gebied. Rebellen gebruikten het reservaat als schuilplaats. Momenteel is meer dan de helft van de grensgebieden van het reservaat dichtbevolkt.
Eerder dit jaar juichten parkwachters en natuurbeschermers nog, toen bleek dat de populatie berggorilla’s in Virunga Park met 17 procent was toegenomen, tot een totaal van 380 dieren. (AD/PD)