India overweegt harde doelstelling voor Kopenhagen (*)
Peter Dhondt
01 december 2009
India overweegt op de Klimaatconferentie in Kopenhagen een vrijwillige reductie van 15 tot 20 procent van de koolstofintensiteit van zijn economie aan te kondigen. Dat lijkt op een ommezwaai. Tot hiertoe stond India altijd huiverachtig tegenover harde doelstellingen.
De koolstofintensiteit geeft de hoeveelheid CO2 weer die een land uitstoot in verhouding met zijn bruto binnenlands product. Landen die hun koolstofintensiteit verlagen, gaan minder vervuilen zonder daarvoor per se hun groei aan banden te moeten leggen. Dat is vooral handig voor ontwikkelingslanden: die moeten snel blijven groeien om meer mensen uit de armoede te halen. Zuiniger produceren of meer schone energie gebruiken zijn dan de enige manieren om de uitstoot van broeikasgassen in te perken.
China heeft al aangekondigd dat het zijn koolstofintensiteit tegen 2020 op vrijwillige basis met 40 tot 45 procent wil beperken in vergelijking met 2005. Dat wil dus niet zeggen dat de Chinese uitstoot van C02 zal verminderen: als China snel blijft groeien, kan de uitstoot nog altijd toenemen. Brazilië, een andere opkomende economie waarmee India in Kopenhagen zal worden vergeleken, gaat veel verder. Het land heeft zichzelf verplicht tegen 2020 meer dan 36 procent minder broeikasgassen uit te stoten – onder meer door de ontbossing terug te dringen.
Draagkracht
Het Braziliaanse voorstel is voor India een brug te ver, maar het land kan wel perfect het Chinese voorbeeld volgen, verklaarde een hooggeplaatste bron binnen de regering in New Delhi tegenover de Indiase nieuwssite DNA. De Indiase regering zou een vrijwillige verlaging van zijn koolstofintensiteit met 15 tot 20 procent overwegen. De Indiase milieuminister Jairam Ramesh had dit weekend in op een vergadering met Brazilië, China en Zuid-Afrika laten al vallen dat zijn land klaar was om een vermindering van de koolstofintensiteit met 20 tot 25 procent aan te kondigen. Maar Ramesh werd teruggefloten door New Delhi.
Het officiële Indiase standpunt is nog altijd dat het alleen harde reductiedoelstellingen zal aanvaarden als die rekening houden met de draagkracht en het ontwikkelingsniveau van alle landen en als de geïndustrialiseerde wereld met genoeg steun over de brug komt om de ontwikkelingslanden te helpen hun doelstellingen waar te maken.
India is beducht doelstellingen vast te leggen die zich later als een concurrentienadeel kunnen ontpoppen tegenover andere landen. Maar de hooggeplaatste bron van DNA zegt dat een verlaging van de koolstofintensiteit “haalbaar is, op voorwaarde dat we de nodige omzichtigheid aan de dag leggen en onze berekeningen juist maken”. Door ook met een duidelijke doelstelling uit te pakken, zou India op de conferentie in Kopenhagen een goede beurt kunnen maken.
(*) Dit artikel maakt deel uit van een reeks bijdragen van IPS naar aanleiding van de klimaatconferentie in Kopenhagen. ‘Planeet Kopenhagen’ startte op 23 november en loopt tot het einde van de conferentie op 18 december.