Iraakse premier sleept Amerika mee in strijd tegen soennieten
Gareth Porter
02 april 2009
Afgelopen weekend moesten Amerikaanse troepen en helikopters het Iraakse leger te hulp schieten om een soennitische opstand in Bagdad neer te slaan. Het was een voorbode van een nieuw conflict waar de Amerikanen in meegesleept dreigen te worden.
De Iraakse premier en het Amerikaanse commando noemden het een antiterrorismemaatregel. In werkelijkheid was de aanval een onderdeel van het conflict tussen de sjiitische regering en de soennieten, die zich buitengesloten voelen. De actie was gericht tegen een soennitische militie in de wijk Fadhil, die in opstand was gekomen nadat de Iraakse regering hun populaire leider gevangen had genomen.
Kanker
De “Zonen van Irak” zijn veiligheidsmilities die betaald worden door de VS om soennitische ex-verzetsstrijders te incorporeren in Irak en ze het gevoel te geven dat ze niet worden buitengesloten. Het is echter geen geheim dat premier Al-Maliki ze als gevaar ziet en ze al een jaar lang probeert te onderdrukken. “Deze mensen zijn als kanker, we moeten ze verwijderen”, liet een Iraakse generaal zich afgelopen zomer nog ontvallen.
Ondanks de duidelijke repressie van de Iraakse regering droegen de VS in oktober de controle over de 90.000 militieleden over aan de Iraakse regering. Ze hebben nu al een maand geen loon meer gekregen.
Andere milities hebben inmiddels aangekondigd de gewapende strijd tegen de regering weer op te pakken. Dat zou betekenen dat ook de Amerikanen, met de huidige definitie van de missie in Irak, meegesleept zullen worden, zeggen verschillende deskundigen.
Vijanden neutraliseren
Het is “slechts de openingsronde” van een nieuwe fase, zegt John McCreary, een gepensioneerde legerdeskundige. Al-Maliki wil de milities geëlimineerd hebben voordat de Amerikanen in 2011 uit Irak vertrekken. “Hij wil zijn vijanden neutraliseren zolang hij de Amerikanen nog heeft om hem aan de macht te houden.”
Het Amerikaanse commando is daar niet gelukkig mee, maar steunde de arrestatie van de soennitische leider omdat hij terroristische activiteiten zou hebben uitgevoerd. Bovendien proberen de Amerikanen militair en politiek één lijn te trekken met de Iraakse regering.
De VS “steunt geen zuivering”, zegt McCreary, maar zijn wel “gedwongen om de man te helpen die we aan de macht hebben geholpen.” Dat is onvermijdelijk als we “een stabiele regering willen achterlaten”. Dat betekent dat neutraliteit in de Iraakse stammenstrijd niet meer mogelijk is en dat het leger “betrokken wordt in operaties die het afkeurt. Maar zo werkt het.”
Als de regering-Obama geen nieuw beleid ontwikkelt om dit te voorkomen, zullen de VS volgens McCreary meegesleept worden in de strijd van al-Maliki tegen de soennieten.