Israëlische terugtrekking verergerde toestand in Gaza

Nieuws

Israëlische terugtrekking verergerde toestand in Gaza

Fawzia Sheikh

15 maart 2006

Buitenlandse hulporganisaties zijn gisteren (14 maart) vertrokken uit de Gazastrook wegens het oplaaiende geweld in het gebied. Dan kan zware gevolgen hebben voor de 1,4 miljoen Palestijnen in vluchtelingenkampen. Hun situatie verslechterde al door de Israëlische terugtrekking uit Gaza in augustus vorig jaar.

Israëlische militairen belegerden deze week een gevangenis in Jericho en arresteerde gisteren de Palestijnse militante leider Ahmed Saadat, die verantwoordelijk zou zijn voor de moord op de Israëlische minister Ze’evi in 2001. Het Israëlische leger is vandaag in verhoogde staat van paraatheid gebracht, uit angst voor Palestijnse vergeldingsacties.

De situatie van de 1,4 miljoen Palestijnen in kampen in de Gazastrook, een van de dichtstbevolkte gebieden ter wereld, verslechterde aanzienlijk na de evacuatie van joodse kolonisten in augustus, zeggen waarnemers. Gaza kreeg te maken met een samenspel van problemen: gebrek aan veiligheid, hoge werkloosheid, beperkte industriële ontwikkeling, het risico van infiltratie door terroristische organisaties zoals Al-Qaeda en Hezbollah en Israëlische vergeldingsacties voor Palestijnse aanvallen.

Het geweld in Gaza laaide eerder deze maand al op, nadat het Israëlische leger twee leiders van de Islamitische Jihad doodde. Zij zouden verantwoordelijk zijn voor raketaanval op de Israëlische stad Ashkelon. De Israëlische vergeldingsactie kostte ook drie kinderen het leven.

Sinds 2000 kwamen al 329 Palestijnen om bij gerichte aanvallen, blijkt uit statistieken van B’Tselem, een Israëlische mensenrechtenorganisatie in Jeruzalem die zich bezighoudt met de Palestijnse gebieden. Van die 329 mensen waren er 213 lid van terroristische groeperingen.

De onveilige situatie in Gaza is deels te wijten aan de Palestijnen zelf. Elena Qleibo, onderzoeker van het Palestijns Diaspora en Vluchtelingencentrum in Ramallah, zegt dat de kinderen van de intifadah, extremisten van de Fatah-partij en islamistische groeperingen de belangrijkste veroorzakers van het geweld in Gaza zijn. Het geweld speelt zich volgens haar echter vooral af tussen politieke facties en families. Het is niet willekeurig, zoals in de internationale gemeenschap wel eens wordt gedacht.

De misdaad waar Gaza vandaag de dag mee te maken heeft, is vooral te wijten aan werkloosheid en de Israëlische terugtrekking, zegt Qleibo. Instituten functioneren niet meer na dertig jaar Israëlische bezetting van de Gazastrook. Palestijnen kunnen alleen terugvallen op hun familie.

De kern van het oorspronkelijke Israëlische plan met de Gazastrook was om de Palestijnse macht uit te hollen, zegt ze. Dat betekende ook beperking van de invloed van organisaties zoals vakbonden. De Gazastrook heeft momenteel een uitgebreide dienstensector, goed wat landbouw en een traditie als leverancier voor de Israëlische textiel- en schoenenbranche. Verder is er nauwelijks sprake van structurele economische ontwikkeling. Gaza heeft nooit de kans gekregen om een eigen industrie op te bouwen, zegt Qleibo.

Volgens het Palestijns Centraal Bureau voor de Statistiek bedroeg het werkloosheidspercentage in Gaza 28 procent in 2005. Van alle huishoudens leeft 84 procent onder de armoedegrens. De Palestijnse Autoriteit (PA) heeft niet bijgedragen aan verbetering van de economische situatie volgens Qleibo. De PA voerde volgens haar een corrupt en autocratisch bewind dat de gewone Palestijnen demoraliseerde. De economische problemen van de Palestijnen verergerden nog doordat Israël de Karni-grensovergang afsloot. Via Karni werden veel goederen in- en uitgevoerd.

De voortdurende Israëlische controle over grensposten verkleint de kans dat de Palestijnse economie binnenkort opleeft. De prijzen van basislevensmiddelen stijgen juist en de toegang tot medische diensten neemt af, zegt Samir Zaqout, coördinator van het Al-Mezan Centrum voor Mensenrechten in Gaza.

Sinds het begin van dit jaar sloot Israël de grensovergang Karni meer dan zestig dagen, uit angst voor terroristische aanslagen. Het Palestijnse Handelscentrum schat dat Palestijnse exporteurs daardoor een verlies leden van een paar miljoen euro. De Palestijnse Autoriteit weigert andere routes open te stellen, omdat zij bang is dat die routes dan een permanent karakter krijgen terwijl ze het handelsverkeer eigenlijk niet aankunnen.

Het is vooral deze isolatie die problemen veroorzaakt. Negentig procent van de bevolking van Gaza leeft in vluchtelingenkampen. Hoewel internationale hulporganisaties niet altijd voldoende geld kunnen overmaken om iedereen te eten te geven, bieden de kampen wel bescherming, gratis onderwijs en gezondheidszorg, zegt Qleibo. Het leven in de kampen wordt volgens haar alleen ondraaglijk als grensovergangen worden afgesloten en ouders geen werk kunnen vinden en dus geen geld hebben om hun kinderen te verzorgen.

De militante Hamas-partij, die dit jaar de Palestijnse parlementsverkiezingen won, helpt de bevolking via een netwerk van liefdadigheidsinstellingen en gezondheidscentra, zegt Qleibo. Ik begrijp niet waarom mensen zo bang zijn voor Hamas. Zij proberen juist de redelijkheid terug te brengen in een situatie die echt onhoudbaar was. (JS/PD)