Jong en werkloos in Zuid-Afrika

Nieuws

Jong en werkloos in Zuid-Afrika

Jong en werkloos in Zuid-Afrika
Jong en werkloos in Zuid-Afrika

Teun van den Neste

23 juli 2013

Meer dan de helft van de jongeren tussen de 18 en 25 jaar in Zuid-Afrika zit zonder werk. De Zuid-Afrikaanse regering steekt tijd en geld in programma’s om de jeugd te scholen en aan het werk te zetten, maar niet alle jongeren grijpen die kans aan. Duwayne Van der Westhuizen (25) uit Paarl, een dorp op een uur rijden van Kaapstad, heeft daar zo zijn eigen verklaring voor.

Een stapel papieren

Vorig jaar zat Duwayne nog werkloos thuis. Daarvoor deed hij fabriekswerk en reed hij wijnflessen rond voor een handelaar in Paarl, maar dat seizoenswerk droogde al snel op. Een jaar zonder job ging voorbij, tot zijn moeder op een dag thuis kwam met een stapel papieren.

‘Mijn moeder doet vrijwilligerswerk in Paarl en kreeg via de stichting waarvoor ze werkt formulieren mee. Ze wist zelf niet waarvoor de documenten dienden, aangezien ze geen Engels begrijpt. Het bleek een aanmeldingsformulier te zijn van een programma van de Zuid-Afrikaanse overheid om jeugd buiten de stad aan een opleiding te helpen. Ik heb me toen ingeschreven en na een maand mocht ik op gesprek komen. Daarna kreeg ik het nieuws dat ik kon starten’, zegt Duwayne.

Duwayne vulde een applicatie in voor de studie Automonteur aan de College of Capetown. Samen met het departement Rural Development & Land Reform van de Zuid-Afrikaanse regering werkt de school in Kaapstad samen om jeugd een goede opleiding aan te reiken en de uitzichten op een baan sterker te maken.

Tijdens het programma krijgen studenten zes maanden theoretische en praktische begeleiding. Vervolgens worden ze zes maanden bij een bedrijf geplaatst om ervaring in het werkveld op te doen.

Kritiek

Duwayne ziet zijn studie als een grote kans die hij met twee handen aanpakt, maar dat is niet voor alle studenten het geval.

‘Sommige studenten vinden het hier maar niks. Het lijkt wel of ze totaal geen interesse hebben in de opleiding. Ik vraag me dan ook af hoe ze hier terecht zijn gekomen. Ik heb navraag gedaan bij de placement officer, maar een duidelijk antwoord over de manier van plaatsing kreeg ik niet’, legt Duwayne uit.

Duwayne lijkt kritiek te hebben op de manier van plaatsing, maar meer nog ergert hij zich aan de instelling van zijn medestudenten.

‘Ik heb het gevoel dat sommige studenten niet thuis horen in deze groep. Studenten slapen in de les of komen gewoon niet opdagen. Als ze een job willen nadat ze klaar zijn met hun studie dan moeten ze hun houding veranderen’, zegt Duwayne.

Vechten voor een job

Hij schetst een beeld van een land waar de jeugdwerkloosheid de politieke agenda flink bezig houdt, maar waar jongeren niet altijd staan te springen om werk. Duwayne zit nu op kot in Kaapstad. Bijna elk weekend stapt hij op de trein naar Paarl om daar zijn familie en vrienden te bezoeken. Ook daar ziet hij jongeren zonder job en zonder enthousiasme.

‘In Paarl heb ik vrienden die hele dagen thuis zitten en niks uitvoeren. Het enige wat je daar kan doen om geld te verdienen is werken bij een boer. Als je dat niet bevalt dan zijn er weinig andere mogelijkheden’, aldus Duwayne.

Over zijn toekomst is hij kort. ‘Zonder deze studie zie ik weinig kansen op een fatsoenlijke job, ik zal er dan ook alles aan doe om er een vast te krijgen. Als ik in Kaapstad werk kan krijgen, dan blijf ik hier. Anders ga ik terug naar Paarl om daar werk te zoeken.’

Duwayne wil vechten voor een plaats op de arbeidsmarkt. Iets wat hij bij zijn medestudenten niet altijd terug ziet. Er valt teleurstelling af te lezen van zijn gezicht als hij vertelt over zijn vrienden die thuis zonder werk zitten. Maar hij weet ook dat hij nu aan zichzelf moet denken als hij een job wil.

‘Er zijn maar weinig jonge mensen die de kans krijgen om gebruik te maken van een programma als dit. Ik ben een van de gelukkigen die de kans ook grijpt.’

Deze productie is gemaakt in het kader van het journalistieke trainingsprogramma Beyond Your World. Beyond Your World wordt financieel mede mogelijk gemaakt door het Nederlandse Ministerie van Buitenlandse Zaken en de Europese Commissie.