Kaspische steur aan de beterhand
Gustavo Capdevila
08 september 2003
De maatregelen die de steur in de Kaspische Zee moeten beschermen, werpen vruchten af. Daarom mag er dit jaar 146.760 kilogram kaviaar uit de regio worden geëxporteerd, ongeveer 4.500 kilogram meer dan vorig jaar. Dat heeft het Cites-secretariaat in Genève vrijdag bekend gemaakt. De Cites is een internationale conventie over de handel in bedreigde dier- en plantensoorten.
Kaviaar is de gezouten kuit van de steur, een grote vis die in rivieren en binnenzeeën leeft. De grootste steurbestanden - en de soorten die de beste kaviaar produceren - komen voor in de Kaspische Zee. In de jaren 90 gingen de aantallen van die soorten dramatisch achteruit als gevolg van overbevissing, stroperij, milieuvervuiling en het uiteenvallen van de Sovjet-Unie, waardoor de controle op de vangsten en de export veel moeilijker werd. Maar volgens de Cites is die negatieve trend nu omgekeerd.
Jim Armstrong, adjunct-secretaris-general van de Cites, verheugt zich vooral over het voorzichtige herstel van de belugasteur (Huso huso), de grootste steursoort die de beste kwaliteit van kaviaar levert. Van die intussen vrij zeldzame soort beginnen weer meer vrouwtjes eieren te leggen, terwijl ook een groter aandeel van de vissen die gevangen worden, verhuizen naar kweekinstallaties. Steuren planten zich niet goed voort in gevangenschap, maar door het verdwijnen van natuurlijke paaiplaatsen en de grote vangstdruk is dat de enige manier om de soort in stand te houden.
De Cites is tevreden dat de oeverstaten van de Kaspische Zee - Rusland, Turkmenistan, Azerbeidzjan, Kazachstan en Iran - het erover eens zijn geworden om de vangst- en exportquota voor belugasteur dit jaar licht te verminderen. Daardoor krijgen meer vissen de tijd zich voort te planten. De tot 10 meter lange belugasteur kan 100 jaar oude worden, maar de vrouwtjes beginnen pas na 11 tot 17 jaar eitjes te produceren.
Het Cites-secretariaat slaagde er in 2001 in alle oeverstaten op Iran na een akkoord te doen ondertekenen over maatregelen ter bescherming van de steurbestanden. De vier landen wisselen sindsdien gegevens uit over de evolutie bestanden en hun bedreigingen, spreken vangst- en exportquota af en treden harder op tegen stroperij en milieuvervuiling. Iran doet niet mee, maar heeft wel vergelijkbare maatregelen getroffen.
Maar critici stellen dat de oeverstaten de bestanden zwaar overschatten en dat er nog altijd te veel steur wordt gevangen. Ook Armstrong vindt dat met name de Belugasteur best nog een hele tijd niet meer commercieel geëxploiteerd wordt. In de VS, de vierde importeur van kaviaar ter wereld, lobbyen milieugroepen ervoor om de belugasteur op de Amerikaanse lijst van bedreigde diersoorten te doen opnemen. Daardoor zou de verkoop in heel de VS verboden worden.
Een dergelijk initiatief kan de oeverstaten misschien helpen een betere afweging te maken tussen onmiddellijk gewin en duurzame exploitatie. Een kilogram belugakaviaar ging vorig jaar voor ongeveer 4500 euro van de hand. Maar de vangst van steur in de Kaspische Zee is de afgelopen twintig jaar met ongeveer 90 procent verminderd.