Keniaanse mannen helpen hiv-besmetting bij ongeboren kinderen voorkomen
Isaiah Esipisu
19 oktober 2010
In Kenia krijgen mannen die hun vrouw vergezellen naar pre- of postnatale klinieken een voorkeursbehandeling. Traditioneel is dat een puur vrouwelijke aangelegenheid, maar honderden mannen zijn vastberaden om daar verandering in te brengen. Zo helpen ze bij de preventie van hiv-besmetting van ongeboren kinderen.
Joseph Muhembeli en zijn vrouw Beatrice staan met hun dochter van zes maanden oud in de rij van het Vihiga-gezondheidscentrum voor de preventie van hiv-overdracht van moeder op kind (PMTCT). Al snel mogen ze helemaal naar voren doorschuiven, omdat Muhembeli zijn vrouw vergezelt bij de behandeling.
Het stel bleek vier jaar geleden hiv-positief. Maar door Muhembeli’s betrokkenheid bij het PMCTC-programma testten hun twee dochters hiv-negatief.
Mannenkliniek
“Al twee jaar moedigen we de betrokkenheid van mannen aan bij de preventie van hiv-overdracht van moeder op kind. Daarom krijgen alle mannen die hun vrouw vergezellen naar pre- of postnatale klinieken een voorkeursbehandeling”, vertelt Martha Opisa, hoofdverpleegster in het gezondheidscentrum. Vihiga telde veertig cliënten per maand voor PMTCT, toen mannen nog niet actief betrokken werden. “Nu krijgen we tussen zeventig en zeventig cliënten, bijna een verdubbeling.”
De “mannenklinieken” zijn onderdeel van het Zingatia Maisha-programma (‘positieve actie’ in het Swahili) dat werd gesticht door GlaxoSmithKline in samenwerking met de Keniaanse overheid. Het programma versterkt ook de banden tussen hulpgroepen voor hiv-ondersteuning en gezondheidscentra.
Het initiatief ging van start in 2008. Het succes van de mannenklinieken, waar mannen informatie krijgen over tal van gezondheidszaken, leidde tot een verschuiving in de culturele opvattingen van de Keniaanse man. Deze klinieken hebben een impact in het gebied waar Muhembeli woont: hier vonden de mannen traditioneel dat pre- en postnatale klinieken volledig de verantwoordelijkheid van hun vrouw waren. Nu is Muhembeli een van de honderden mannen die vastberaden deze overtuiging willen veranderen.
Via zo’n een mannenkliniek hebben Muhembeli en zijn vrouw ontdekt dat ze drager zijn van het aidsvirus. “Door lessen in de kliniek, ondersteuning uit groepen en van andere experts konden we twee hiv-negatieve kinderen hebben”, zegt hij.
Mannen overhalen
“In de mannenklinieken geven we advies en testen we gratis op hiv voor wie dat wil. We onderzoeken ook andere seksueel overdraagbare aandoeningen, waaronder tuberculose, en bieden behandeling aan voor elke ziekte waaraan de cliënt lijdt”, zegt Opisa. Wie hiv-positief blijkt, wordt doorverwezen naar een hulpgroep. Diegenen die negatief testten, hebben een eigen hulpgroep die ze gebruiken om te communiceren over het belang van de mannenklinieken voor de gemeenschap.
Muhembeli raakte pas betrokken toen zijn vrouw hem overhaalde om naar de mannenkliniek te gaan. “Het was geen eenvoudige beslissing. Maar mijn vrouw bleef aandringen”, verklaart Muhembeli. Niet alle mannen luisteren naar hun vrouwen en daarom waren deze klinieken zo belangrijk, voegt hij eraan toe. Via het Zingatia Maisha-programma overtuigden mannen andere mannen om met hun vrouw mee te gaan naar pre- en postnatale klinieken. Dat lukte, meent Muhembeli, omdat mannen eerder naar andere mannen luisteren dan naar hun vrouw of vrouwen.
Het programma heeft 15.000 mensen die met hiv leven in de Keniaanse Westelijke en Oostelijke Provincies in contact gebracht met hulpgroepen. Zonder interventie geeft 40 procent van de hiv-besmette vrouwen het virus door aan hun kinderen, stelt dokter Lucy Matu. “Maar met een enkele dosis Nevirapine bedraagt de overdracht op baby’s al de helft minder.”