Kinderen zijn steeds vaker oorlogsbuit

Nieuws

Kinderen zijn steeds vaker oorlogsbuit

Kinderen zijn steeds vaker oorlogsbuit
Kinderen zijn steeds vaker oorlogsbuit

Beatriz Ciordia (IPS)

15 juli 2015

Door de opkomst van terroristische groepen zoals IS en Boko Haram, zijn kinderen steeds vaker oorlogsbuit. Momenteel worden meer dan 300.000 kindsoldaten ingezet in oorlogsgebieden en 6 miljoen kinderen zijn ernstig gewond geraakt of gehandicapt door oorlog, volgens Unicef.

hdptcar (CC by-sa 2.0)

hdptcar (CC by-sa 2.0)

Naar schatting 20 miljoen kinderen leven als vluchtelingen in buurlanden of raakten ontheemd in eigen land als gevolg van mensenrechtenschendingen. En een recent rapport van de VN-secretaris-generaal laat zien dat de situatie voor kinderen eerder slechter dan beter wordt.

‘Er is nog steeds ruimte om de positie van kinderen te versterken’, zegt Dragica Mikavica van Watchlist, een netwerk van niet-gouvernementele organisaties. ‘Zo hebben we er onlangs nog bij het VN-departement voor Vredesmissies (DPKO) op aangedrongen landen die op een zwarte lijst staan, niet toe te staan troepen te leveren voor vredesmissies in andere landen’, zegt ze.

‘De VN kunnen meer doen om kinderen te beschermen tegen gewapende conflicten.’

Jo Becker, directeur Kinderrechten bij mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch (HRW), stelt ook dat de VN meer kunnen doen om kinderen te beschermen tegen gewapende conflicten. ‘Als regeringen of gewapende groepen weigeren mee te werken en doorgaan met hun wandaden, kan de VN-Veiligheidsraad veel agressiever optreden en doelgerichte sancties opleggen’, zegt ze. ‘Ik denk dan aan wapenembargo’s, reisverboden of het bevriezen van de bankrekeningen van de leiders van dergelijke groepen.’

De Veiligheidsraad kan volgens haar ook zaken doorverwijzen naar het Internationaal Strafhof voor onderzoek en mogelijke vervolging.

Dodelijkste jaar

Het afgelopen jaar was een van de meest dramatische jaren voor kinderen, vanwege een alarmerende stijging van het aantal ontvoeringen van kinderen (en volwassenen) in Nigeria, Irak, Syrië en Zuid-Soedan. Ook kwamen duizenden kinderen in verschillende delen van de wereld om bij gewapende conflicten.

In 2014 werden in Iran bijna 700 kinderen gedood en bijna 1300 kinderen ontvoerd.

In Irak was 2014 het dodelijkste jaar voor kinderen sinds de VN in 2008 begonnen met het systematisch documenteren van schendingen van de rechten van kinderen in. In 2014 werden bijna 700 kinderen gedood en bijna 1.300 kinderen ontvoerd. En dan gaat het alleen om gedocumenteerde gevallen.

In Palestina steeg het aantal kinderen dat werd gedood door het Israëlische leger tot 557, meer dan het aantal dat omkwam bij de twee laatste militaire operaties samen.

In een poging iets te doen aan dit geweld, nam de VN-Veiligheidsraad op 18 juni unaniem resolutie 2255 aan. Deze resolutie geeft de internationale gemeenschap meer mogelijkheden in actie te komen om kinderen in conflictgebieden bij te staan. Door de resolutie, ingediend door Maleisië en gesteund door 56 lidstaten, zijn ontvoeringen toegevoegd aan de lijst met acties die kunnen leiden tot een vermelding op de zwarte lijst (list of shame) van de VN.

Als regeringen of groepen eenmaal op de lijst staan, kunnen de VN hen betrekken bij onderhandelingen over het stoppen van de mensenrechtenschendingen.

Boko Haram en IS

‘De kinderen worden beroofd van hun kindertijd en de mogelijkheid een volwaardig en productief leven te leiden.’

De meeste ontvoeringen worden uitgevoerd door terroristische groepen zoals Boko Haram in Nigeria en IS, die massa-ontvoeringen zien als een symbool van succes. Plaatsvervangend directeur Yoka Brandt van Unicef zegt dat ontvoering vaak de eerste stap is in een reeks van mensenrechtenschendingen. Na de ontvoering volgen vaak seksuele intimidatie en verkrachting, indoctrinatie, rekrutering als kindsoldaat en moord.

‘Al die misdaden brengen kinderen ernstig schade toe. Ze worden beroofd van hun kindertijd en de mogelijkheid een volwaardig en productief leven te leiden’, zegt Brandt. Het is volgens haar van groot belang deze kinderen na hun bevrijding te helpen hun normale leven weer op te pakken. ‘Deze kinderen zijn slachtoffers en moeten ook zo behandeld worden. Ze dragen fysieke en psychische wonden met zich mee.’