Lessen Mandarijn lokken beste Kirgizische studenten naar China

Nieuws

Lessen Mandarijn lokken beste Kirgizische studenten naar China

Chris Rickleton

09 januari 2012

Veel inwoners van het Centraal-Aziatische land Kirgizië lopen niet hoog op met China, maar geduldig probeert het grote buurland daar verandering in te brengen. Steeds meer Kirgiezen krijgen de kans Mandarijn te leren. Vaak is dat het begin van een carrière in China of in bedrijven die handel drijven met de grootmacht.

In alle voormalige Sovjetstaten in Centraal-Azië leeft er meer angst dan sympathie voor China, en dat is niet anders in Kirgizië. Het land is sterk afhankelijk van de import en investeringen uit China, maar de voorbije jaren zijn er verscheidene aanvallen geweest tegen Chinese grootwarenhuizen en mijnen die door Chinese bedrijven worden uitgebaat. Ook commentaarschrijvers in de plaatselijke kranten trekken vaak van leer tegen het oppermachtige buurland.

Culturele diplomatie

China investeert vooral in culturele diplomatie om verandering te brengen in die negatieve houding. De hoeksteen van dat beleid vormen het in 2007 opgerichte Confucius-instituut aan de Universiteit voor Humane Wetenschappen in Bisjkek en een tweede Confucius-instituut dat een jaar later ontstond aan de Kirgizische Nationale Universiteit. Aan beide universiteiten is de Chinese invloed onmiskenbaar. China financiert lesgevers en handboeken die een drieduizendtal Kirgizische studenten helpen de finesses van het Mandarijn onder de knie te krijgen.

Volgens Wang Zhe, directeur van het Confucius-instituut aan de Nationale Universiteit, geven er nu al 38 Chinese docenten les aan verschillende onderwijsinstellingen in het hele land.

Steeds meer studenten trekken nadat ze hun diploma hebben behaald naar China om hun Mandarijn te vervolmaken of om verder te studeren. Vladimir Lu, de decaan van de Kirgizisch-Chinese Faculteit aan de Universiteit voor Humane Wetenschappen, ziet elk jaar een honderdtal van zijn studenten naar China vertrekken. “Ze blijven er, leggen contacten en vinden werk in internationale bedrijven. In Beijing, Sjanghai of Guangzhou kunnen ze tien keer meer verdienen dan ik hier.”

Banen in het buitenland

Volgens Wang van het Confucius-instituut aan de Nationale Universiteit kunnen Kirgiezen die goed Chinees spreken ook in andere landen terecht. Ilyas Sabirov, vorig jaar zijn beste student, werkt nu voor een staalbedrijf in Kazachstan dat handel drijft met China en Rusland. “Hij beheerste meer dan vierduizend karakters. Ik ken er zelf maar zesduizend, dus dat is behoorlijk goed”, zegt Wang, die zelf uit het West-Chinese Urumchi afkomstig is.

Andere studenten van Wang kwamen terecht in de Verenigde Arabische Emiraten, waar Chinese bedrijven steeds meer zaken doen.

Er werken nog altijd veel meer Kirgiezen in Rusland dan in China, maar volgens Lu is China vooral uit op kwaliteit. Met twee beursprogramma’s trekt China elk jaar vijftig van de meest getalenteerde Kirgizische studenten aan. Die kleine groep wordt aangevuld met ambitieuze jonge Kirgiezen uit rijke gezinnen die in hun eigen onderhoud kunnen voorzien.

Angst voor China neemt af

Kirgizische studenten die na hun verblijf in China weer naar huis willen terugkeren, worden daar met open armen ontvangen door de overheid. Jyldyz Satieva studeerde in 2006 af aan de Universiteit voor Humane Wetenschappen en behaalde daarna een masterdiploma aan de Jilin-universiteit in het Noord-Chinese Changchun. Nu werkt ze als adviseur voor internationale aangelegenheden in de staf van de Kirgizische president.

Kirgizië blijft nauwer aanleunen bij Rusland, geeft Satieva toe, maar de vijandige gevoelens tegenover China ebben volgens haar langzaam weg. “De houding van de Kirgiezen zal veranderen naarmate meer mensen Chinees beginnen te leren en er meer informatie verspreid raakt over de Chinese cultuur. Er vestigen zich steeds meer Chinese bedrijven en er zijn banen voor mensen die het land begrijpen en de taal spreken.”