Machtsspel en traditie bepalen lot Indiase tempelslavinnen
IPS
25 juni 2014
De Indiase deelstaat Telangana telt officieel zo'n 30.000 tempelslavinnen of 'joginis', meestal afkomstig uit de laagste kaste, die van de dalits. In Velpur, een plaats in de regio Nizamabad in Telangana, proberen voormalige jogini's de praktijk uit te bannen.
Nalluri Poshani ziet er op haar 32ste uit als een oude vrouw. Ze zit gehurkt op de vloer tussen stapels tabak en boomblaadjes waarvan ze geroutineerd sigaretten draait. “Ik voel me duizelig”, zegt ze. “Van de tabak word ik misselijk en ik krijg er hoofdpijn van.”
Voor het rollen van duizend sigaretten, krijgt ze 1,47 euro. Per maand verdient ze ongeveer 26,50 euro. “Ik wilde dat ik ander werk kon doen”, verzucht ze. Maar ander werk is er voor haar niet in Velpur. Poshani is dan ook geen gewone vrouw. Ze is een voormalige jogini, wat vrij vertaald ‘tempelslaaf’ betekent. Net als vele andere jonge dalitvrouwen, is ze op jonge leeftijd opgedragen aan de dorpsgodin Yellamma. Dorpsbewoners geloven dat de aanwezigheid van deze meisjes in een tempel boze geesten verjaagt en welvaart brengt.
Vijf jaar oud
Poshani zegt dat ze nog maar vijf jaar oud was, toen ze het inwijdingsritueel meemaakte. Ze werd gebaad en aangekleed als een bruid en naar de tempel gebracht. Daar hing een priester een heilige draad om haar hals, die het huwelijk moest symboliseren. Daarna werd ze naar buiten gebracht, waar een menigte dorpsbewoners haar tot nieuwe jogini uitriep.
Een aantal jaren woonde en werkte ze eenvoudigweg in de tempel. Maar toen ze de puberteit bereikte, kwamen er ‘s nachts mannen uit het dorp - meestal van een hogere kaste die dalits normaal gesproken als ‘onaanraakbaar’ beschouwt – langs om seks te hebben.
Poshani zegt dat ze nooit een prostituee in de gebruikelijke zin van het woord is geweest, want ze kreeg niet betaald voor haar ‘diensten’. Ze hoorde bij de tempel, op grond van haar rituele inwijding en het geloof van de dorpsbewoners in haar bovennatuurlijke krachten. Alleen tijdens religieuze feesten, als ze een ‘trancedans’ uitvoerde en optrad als medium waardoor de godin sprak, werd ze gezien als meer dan een prostituee.
Het grootste deel van de bijna dertig jaar die ze in de tempel doorbracht, was er echter sprake van geweld en respectloosheid.
Hoewel dankzij sterke campagne in Velpur de eeuwenoude praktijk mogelijk wettelijk verboden wordt, valt er voor vrouwen als Poshani weinig te vieren. Hoewel ze nu vrij is van seksueel misbruik, heeft ze moeite om te overleven zonder eigen huis, land en met een schuld van 2.400 euro. Het geld leende ze bij een plaatselijke geldschieter.
Zichtbaar ondervoed, is Poshani’s toestand representatief voor die van veel oudere jogini’s: seksueel uitgebuit, gevangen in armoede, ziek en eenzaam.
Misbruik of traditie?
Volgens de officiële cijfers telt Telangana 30.000 jogini’s (ook wel devdasis of matammas genoemd). Het naburige Andhra Pradesh telt er 20.000. In beide staten is 90 procent van de tempelprostituees afkomstig uit de kaste van de onaanraakbaren.
Tempelprostitutie is bij wet verboden in Andhra Pradesh sinds 1988. Op het initiëren van een meisje staat twee tot drie jaar cel en een boete van maximaal 25 euro. Dat is te weinig voor zo’n afschuwelijke misdaad, zegt Grace Nirmala, vrouwenrechtenactivist uit Hyderabad, de hoofdstad van Andhra Pradesh. Haar organisatie Ashray (Schuilplaats), zet zich al langer dan twintig jaar in voor jogini’s.
“Een jogini is weggehaald bij haar familie en heeft geen rechten”, zegt Nirmala. “Haar leven is compleet geruïneerd. De straf daarvoor is een paar jaar cel en een paar tientjes boete. Hoe kan dat gerechtvaardigd worden?” Ze wijst erop dat de meeste politiemensen in de deelstaat niet weten dat de wet bestaat, wat het moeilijk maakt de praktijk volledig uit te bannen.
Bovennatuurlijke kracht
Bijgeloof speelt ook een belangrijke rol bij het in stand houden van de traditie. Veel dorpelingen geloven dat jogini’s goddelijke kracht bezitten. “Naar bed gaan met een jogini is een manier om die bovennatuurlijke kracht in te roepen en de godin te eren”, legt Nirmala uit. “Als er een probleem is in een gezin, komt het vaak voor dat de vrouw aan haar man vraagt seks te hebben met de dorpsjogini, zodat het probleem zal verdwijnen.”
Anderen geloven dat het diepgewortelde kastensysteem verantwoordelijk is voor het systematische misbruik van zoveel vrouwen. Jyoti Neelaiah, een dalitleider uit Hyderabad, noemt het joginisysteem een schending van de vrouwen- en mensenrechten. “Want het zijn altijd dalitvrouwen die jogini moeten zijn, en de mannen die bij hen komen zijn altijd van een dominante kaste.”
Het hele systeem is in feite een machtsspel, zegt ze, waarin dominante sociale groepen de zwakkere, meer gemarginaliseerde leden van de samenleving onderdrukken. In Telangana zijn enkele van de grootste aanhangers van het joginisysteem volgens haar te vinden in de Reddi-kaste, een kaste van landeigenaren, en onder brahmanen.
Kolamaddi Parijatam, een activiste die vrouwen mobiliseert tegen het joginisysteem, is het met die analyse eens. Ze verwerpt het idee dat zelfs sommige geleerden aanhangen, dat de traditie diepe wortels heeft en daarom bewaard moet blijven.
Velpur, waar zo’n dertig jogini’s wonen, is volgens haar een goede plaats om de schending van de rechten aan de orde te stellen. Zeventien procent van de bevolking van de nieuwe deelstaat Telangana (tot voor kort een regio van Andhra Pradesh), is dalit. “Vrouwen hier zien het joginisysteem nu als schending van de mensenrechten van de dalits”, zegt Parijatam. “Zodra iemand zegt dat het joginisysteem een belangrijk cultureel gebruik is, zeggen ze: “En waarom zouden we dan niet een niet-dalit jogini maken?”
Politie
Omdat de overheid weinig actie onderneemt, hebben vrouwen in Velpur zelf het heft in handen genomen. Ze houden in de gaten of er inwijdingsceremonies worden gehouden. “Meestal zijn die tussen februari en mei, als in de ze regio het feest van de godin Yellamma wordt gevierd”, zegt Subbiriyala Sharada, hoofd van een groep voor jogini’s uit Velpur. “Zodra we weten dat er een meisje ingewijd wordt, bellen we de politie.”
Hoewel de politie jarenlang de nood van de jogini’s negeerde, begint daar door druk van activisten langzaam verandering in te komen. Als een meisje eenmaal is ingewijd, zal ze echter kwetsbaar blijven voor seksueel misbruik, tenzij ze goed wordt gerehabiliteerd, zegt Sharada.