Maleisische oppositieleider veroordeeld voor homoseksualiteit
Hannes Cool
14 maart 2014
Anwar Ibrahim, de belangrijkste oppositieleider in Maleisië, is tot vijf jaar cel veroordeeld voor homoseksuele handelingen. Zelf noemt hij de beschuldigingen deel van een politieke lastercampagne door de regeringspartij. De veroordeling komt net voor de deelstaatverkiezingen in Selangor, waarin Ibrahim en zijn partij een ernstige kans maakten om de grootste te worden.
Volgens het nieuwsagentschap AP blijft Ibrahim op vrije voeten na het betalen van een borgsom. Hij is immers in beroep gegaan bij het hoogste gerechtshof van het land. In 2008 werd hij ervan beschuldigd seks te hebben gehad met een mannelijke minderjarige. Hij werd vrijgesproken wegens een gebrek aan bewijs, maar de overheid ging in beroep. Met succes, blijkt nu.
Homoseksualiteit is illegaal in Maleisië, waar de grote meerderheid van de bevolking moslim is. Niettemin wordt er slechts uiterst zelden iemand voor veroordeeld.
Dat sterkt het verhaal van Ibrahim die zegt dat het proces politiek geïnspireerd is. ‘Net zoals vijftien jaar geleden willen ze me het zwijgen opleggen. Daarom heeft de regering zo’n haast gemaakt met het proces.’
Straatprotesten
In 1999 werd hij al eens veroordeeld vanwege homoseksualiteit, corruptie en machtsmisbruik. Die veroordeling lokte hevige straatprotesten uit. In 2004 werd de veroordeling ongedaan gemaakt, en nam hij zijn rol als oppositieleider opnieuw op.
Ook Human Rights Watch heeft felle kritiek op de veroordeling. ‘Het is een zwarte dag voor de Maleisische justitie, omdat ze niet in staat blijkt het hoofd koel te houden wanneer nationale politieke belangen op het spel staan’, aldus Phil Robertson, de vicedirecteur van Human Rights Watch in Azië.
Anwar Ibrahim wordt algemeen gezien als de belangrijkste oppositieleider in het Zuidoost-Aziatische land. Hij leidde de oppositie twee verkiezingen op rij – in 2008 en 2013 -naar hun beste resultaat ooit. Bij de laatste verkiezingen haalde de regeringspartij, Barisan Nasional, 133 van de 222 parlementszetels binnen. Dat was hun slechtste resultaat sinds de onafhankelijkheid van Maleisië in 1957.
Dat resultaat leidde tot straatprotesten van aanhangers van de oppositie die claimden dat de uitslag vervalst was.
Sterke man
Ibrahim is zijn politieke carrière begonnen bij Barisan Nasional. Hij was viceminster-president onder premier Mahatir bin Mohamad, de sterke man van de Maleisische politiek sinds de jaren zestig. Ibrahim was zijn gedoodverfde opvolger. Toen het land in 1997 getroffen werd door een economische crisis, verschilden de twee van mening over de aanpak ervan.
Ibrahim pleitte voor een meer marktgerichte economie en een meer open politieke huishouding, Mahatir hield het op staatstussenkomst en politieke status-quo. De economische koers van Mahatir bleek succesvol en Ibrahim viel in ongenade. In 1998 kwamen de beschuldigingen van homoseksualiteit en corruptie, en eindigde zijn carrière bij Barisan Nasional.
In 2007 had MO* de kans Anwar Ibrahim te interviewen.