McCain schaart zich achter Midden-Oostenpolitiek Bush
Jim Lobe
03 juni 2008
In een toespraak heeft de Republikeinse presidentskandidaat John McCain zich achter de harde lijn van de regering-Bush inzake Iran geschaard. Hij staat ook erg sceptisch tegenover de huidige Palestijnse regering.
McCain sprak op de openingszitting van de jaarlijkse beleidsconferentie van het American Israel Public Affairs Committee (AIPAC), de machtige Joodse lobby in de VS. Hij pleitte voor hardere internationale sancties tegen Iran, waaronder een limiet op de import van brandstof, en een beleid dat investeringen in het land ontmoedigt. McCain had het in zijn speech vooral over Iran, maar liet ook niet na om zijn twijfels te benadrukken over de Palestijnse regering. Hij verwierp het engagement van Hamas en zei dat “een vredesproces dat vertrouwen geeft aan terroristen nooit in vrede kan eindigen.”
Naïeve Obama
Hij stak tegelijk de draak met zijn Democratische rivaal Barack Obama, die onvoorwaardelijke gesprekken wil voeren met de Iraanse regering over een aantal thema’s. “We horen spreken over een ontmoeting met de Iraanse leiders, alsof dat een plotse inspiratie is, een moedig nieuw idee waar nog niemand aan gedacht had”, zei McCain. “Maar ik zie niet in wat zo’n top met president Ahmadinejad zou opleveren, afgezien van een aantal antisemitische tirades en een wereldwijd publiek voor een man die de holocaust ontkent en pleit voor een nieuwe ronde.”
Hij wees erop dat een dergelijk spektakel de gematigde Iraniërs zou schaden, omdat het de positie van de hardliners zou versterken en ze een aura van respect zou geven.
McCain en Obama kibbelen al enkele weken over het thema. Obama’s voorstel om onvoorwaardelijk te praten met Iran weerspiegelt de mening van een groot deel van de Amerikaanse diplomatie en ook van zijn politieke adviseurs Henry Kissinger en de neoconservatief Robert Kagan. Zij pleiten voor rechtstreekse gesprekken met Teheran, al is het maar om de internationale publieke opinie achter de VS te scharen mocht het later tot een confrontatie komen.
In zijn toespraak tot het AIPAC liet McCain er echter geen twijfel over bestaan dat hij de bezorgdheid van Israël en de Israëlisch-Amerikaanse lobby deelt dat een nucleair Iran onaanvaardbaar is. Hij herhaalde weliswaar de woorden van Bush niet dat “alle opties, inclusief een militaire aanval, op tafel blijven”, maar suggereerde wel een dergelijke aanval toen hij nadruk legde op de belofte “nooit meer opnieuw” die na de holocaust gedaan werd.
“Als we zeggen ‘nooit meer’, dan is dat geen wens of een vraag, of een pleidooi voor de vijanden van Israël”, zei hij. “Het is een belofte die de VS en Israël gestand zullen doen, tegen elke vijand die ons wil testen”, zei hij, gevolgd door een enthousiast applaus.
Steeds meer steun voor gesprekken
Het AIPAC telt onder haar leden wel enkele organisaties die vinden dat er rechtstreeks of onrechtstreeks onderhandelingen moeten plaatsvinden met vijanden van Israël, waaronder Hamas, Hezbollah, Syrië en zelfs Iran. Maar de neoconservatieve leiding van de lobby blijft voor het grootste gedeelte sterk gekant tegen zo’n scenario. Het is daarmee rechtlijniger dan de Israëlische regering zelf, want die is gesprekken begonnen met Hamas, Hezbollah en Damascus.
De harde lijn op de conferentie staat ook in sterk contrast met een onderzoek dat maandag gepubliceerd werd door het enquêtebureau Gallup. Daaruit blijkt dat twee derde van de duizend ondervraagde Amerikanen voorstander is van een presidentiële ontmoeting met “leiders van landen die als vijanden van de VS beschouwd worden.” Van de Democratische respondenten was 79 procent voorstander van die stelling, van de onafhankelijke respondenten 70 procent, en van de Republikeinse bevraagden verrassend ook bijna de helft: 48 procent. Wat Iran betreft, vond 59 procent van de ondervraagden dat de Amerikaanse president met dat land moet gaan praten.