Midden-Oosten dopt eigen boontjes

Nieuws

Midden-Oosten dopt eigen boontjes

Khody Akhavi en Jim Lobe

22 mei 2008

De recente ontwikkelingen in het Midden-Oosten wijzen erop dat de Amerikaanse aanpak zijn tijd gehad heeft. De regio lijkt vastberaden om zelf de problemen en conflicten op te lossen, en dit keer met behulp van diplomatie.

Ondanks de stoere woorden van de Amerikaanse president George Bush in de Israëlische Knesset vorige week – hij riep op om de “terroristen en radicalen” te isoleren en te verslaan – doen de Arabische bondgenoten van de VS in het Midden-Oosten precies het omgekeerde. Er wordt nu gepraat in Libanon, in de Gazastrook, in Irak en tussen twee landen die al meer dan veertig jaar op het randje van een oorlog staan, Israël en Syrië.
“Het is niet zo dat anti-Amerikaanse krachten het Midden-Oosten overnemen”, zegt Helena Cobban, Midden-Oostenspecialist bij de lobbygroep Friends Committee on National Legislation. “Wat we wel zien, is dat Washington er lange tijd in geslaagd is om complete controle uit te oefenen op het vredesproces in de regio, maar die controle nu verliest.”
Kolonel-op-rust Lawrence B. Wilkerson, stafchef van de voormalige Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Colin Powell, is het daarmee eens: “Wat nu gebeurt, is een gevolg van de vrees voor ons gebrek aan leiderschap in een wespennest dat we zelf opgepord hebben.”
Na een uitbraak van geweld die Libanon in een tweede burgeroorlog dreigde te werpen, bereikte de oppositie er onder leiding van de islamitische militie Hezbollah een akkoord met de door de VS gesteunde regering. Daarmee kwam een einde aan een conflict dat al meer dan achttien maanden aansleept. De regering-Bush deed haar best om het akkoord in een positief daglicht te stellen. Hoewel de overeenkomst de Hezbollah, een organisatie die door de VS als terroristisch bestempeld wordt, meer invloed en macht geeft, zei minister van Buitenlandse Zaken Condoleezza Rice dat het een “positieve stap” is.
Oude vijanden praten weer
Woensdag kondigden Israël en Syrië aan dat ze opnieuw onderhandelen over een omvangrijk vredesakkoord, met Turkije als bemiddelaar. Dat is voor het eerst in acht jaar. De reactie van de regering Bush op die gespreken was echter nog minder enthousiast. “We hopen dat op dit forum de verschillende bezorgdheden aan bod komen die we allemaal delen over Syrië”, zei Dana Perino, de woordvoerdster van het Witte Huis. Ze refereerde daarmee naar de steun van Syrië voor organisaties als Hamas en Hezbollah. “We zijn van mening dat de gesprekken Iran verder kunnen isoleren”.
Maar alles wijst erop dat Iran niet geïsoleerd raakt, wel integendeel. Zo kon het Iraakse leger zonder tegenstand binnentrekken in Sadr City in Bagdad, een teken dat er een geheim akkoord is tussen de Iraakse president Jalal Talabani en de man die Washington beschuldigt van de dood van honderden Amerikaanse soldaten in Irak, de Iraanse brigadegeneraal Qassem Soleimani. Het akkoord stipuleert dat er geen Amerikaanse troepen in het gebied mogen komen.
Na een ontmoeting met Soleimani zei Talabani dat de brigadegeneraal een “klein team” wilde zenden om “eender welk thema” te bespreken met de VS. Daarmee lijkt Iran ervan uit te gaan dat het vanuit een machtspositie met de VS kan onderhandelen.
Hamas
Intussen groeien de geruchten dat er een staakt-het-vuren zit aan te komen tussen Israël en een andere door Iran gesteunde groep, Hamas. Sinds de overname van de Gazastrook door Hamas in juni 2007 is het gebied in een humanitaire crisis gesukkeld. Palestijnse raketaanvallen en schermutselingen tussen Palestijnen en Israëlische troepen leidden tot een economische blokkade en toenemend isolement.
De Amerikaans-Israëlische strategie om Hamas zoveel mogelijk te isoleren, kreeg een knauw toen Frankrijk eerder deze week bevestigde dat het in contact stond met de leiders van Hamas.
Nieuwe aanpak
Het lijkt er dan ook meer en meer op dat de regio genoeg heeft van de Amerikaanse strategie, en dat lokale organisaties en Amerikaanse bondgenoten met elkaar beginnen praten om een overeenkomst te vinden, tegen de wensen van het Witte Huis in.
“Het Libanonakkoord, de gesprekken tussen Syrië en Israël, de Egyptische bemiddeling in een mogelijk staakt-het-vuren… Ofwel hebben al die initiatieven een groen licht gekregen van Washington, en dat zou een enorme ommekeer betekenen, ofwel hebben ze die toestemming niet gekregen, en dan is het een eerder een slag in het gezicht”, zegt Daniel Levy een voormalige Israëlische vredesonderhandelaar van de New America Foundation in Washington. “Ik denk dat we hierin eerder een teken van de Amerikaanse zwakte moeten zien dan een flinke bocht in de Amerikaanse aanpak.”
Andere analisten geven de regering-Bush meer krediet. “Misschien is het echte goed nieuws wel dat de VS een positieve rol gespeeld hebben. Het is duidelijk dat ze geen spaken in de wielen hebben willen steken”, zegt Gary Sick, Iranexpert aan de Columbia University en voormalig medewerker van de Amerikaanse presidenten Jimmy Carter en Ronald Reagan.