Migranten twistappel in Italiaanse verkiezingcampagne
Sabina Zaccaro
10 april 2008
De meeste beloften van de belangrijkste opponenten bij de Italiaanse verkiezingen op 13 en 14 april, Berlusconi en Veltroni, lopen niet zo ver uiteen, maar inzake migratiebeleid staan ze lijnrecht tegenover elkaar.
Zowel Walter Veltroni, voormalig burgemeester van Rome en leider van de centrumlinkse Democratische Partij, als zijn belangrijkste tegenstander Silvio Berlusconi, de conservatieve centrumrechtse kandidaat, beloven de belasting te verlagen, de publieke uitgaven te verminderen en de staatsschuld te verkleinen. Alleen over de 3,7 miljoen migranten – 6,2 procent van de bevolking, in 2006 – verschillen ze hemelsbreed van mening.
Couscousland
Giulio Tremonti, die minister van financiën wil worden als Berlusconi wint, zei zondag in een tv-debat dat zijn groep tegen het “multi-etnische couscousland is dat de tegenstanders willen creëren”. Zijn coalitie is helder: migratie is een bedreiging. “Alle migranten zonder vaste verblijfplaats moeten het land verlaten”, zegt het verkiezingsmanifest.
De Democratische secretaris-generaal Veltroni benadrukt in zijn verkiezingsprogramma vooral integratie. “Immigratie is geen dreiging, maar een kans. Maar om het gevoel van gevaar te vermijden, moeten we ze wel in goede banen leiden, in plaats van ondergaan.” Veltroni wil betere wetten om religieuze vrijheid te beschermen en wil dat mensen na een vast verblijf van vijf jaar stemrecht krijgen. En hij wil het recht op asiel reguleren, want de huidige restrictieve wetgeving stimuleert de illegale immigratie alleen maar.
Strengere controles op immigratie zijn al lang het doel van Berlusconi. Tijdens zijn regeerperiode introduceerde hij de Bossi-Finiwet, die ook na een centrumlinkse regeerperiode nog steeds intact is. De wet stelt een jaarlijks quotum voor buitenlandse arbeiders en laat arbeiders alleen toe een verblijfsvergunning te krijgen als ze een contract hebben. De rest wordt vastgehouden in detentiecentra en teruggestuurd naar het land van herkomst.
Eén verwijdering per dag
Werk is niet genoeg. Immigranten die de hoge kosten van stabiel onderdak niet kunnen opbrengen, lopen tegen strenge maatregelen aan. Gedwongen verwijderingen zijn gebruikelijk in Rome, waar 250.000 immigranten wonen, en in Milaan, met meer dan 200.000. “Eén verwijdering per dag in 2007”, pocht het rechtse gemeentebestuur in Milaan.
Vaak is dat zelfs meer dan één. Zo moesten afgelopen week 800 Roma gedwongen het grootste vluchtelingenkamp in Noord-Italië verlaten, ook kinderen, zwangere vrouwen en arbeiders die tien uur per dag werken voor een maandsalaris van 800 euro. De gemeente bood geen alternatieve huisvesting.
Vakbonden vragen alle partijen nu om permanente oplossingen te beloven, zoals huisvesting, banen en onderwijs voor kinderen. “Electorale verwijderingen zonder oplossingen maken het alleen maar erger”, zegt Onorio Rosati, secretaris-generaal van de Milanese Arbeidskamer.
De detentiecentra zijn regelmatig bekritiseerd door mensenrechtenorganisaties. Een onafhankelijke VN-commissie klaagde over de afwezigheid van assistentie aan migranten. Een commissie van het Europese Parlement sprak van “voedsel van lage kwaliteit, slechte hygiëne en gebrek aan medische en juridische hulp”.
“De abnormale detentiecentra moeten worden vervangen door andere soorten ontvangstcentra, die migranten helpen tijdens de procedure”, vindt Anna Pizzo, onafhankelijke adviseur voor de regio Lazio.
Gianfranco Fini, ook uit het kamp-Berlusconi, trekt zich van de kritiek niets aan. Op een persconferentie maandag zei hij dat hij vooral gaat inzetten op een strenger uitzettingsbeleid: “Als we de verkiezingen winnen, zullen we nieuwe detentiecentra openen.”