Ngo brengt burgerleed in kaart
Peyman Pejman
30 juni 2003
Hoeveel burgerslachtoffers heeft de oorlog in Irak gemaakt? Het Petagon wil niet aan een nauwkeurig onderzoek van die vraag beginnen, maar binnenkort levert de Amerikaanse ngo CIVIC (Campaign for Innocent Victims in Conflict) het antwoord.
De directeur van CIVIC, de 26-jairge Marla Ruzicka, heeft een team van 150 Iraakse vrijwilligers rond zich geschaard die nu allemaal ijverig informatie verzamelen over de ‘collateral damage’ die het Amerikaanse offensief in Irak heeft aangericht. Ze interviewen verwanten van slachtoffers, artsen en het personeel van ziekenhuizen om van alle vermeende slachtoffers de precieze doodsoorzaak en de omstandigheden van het overlijden aan de weet te komen.
CIVIC heeft al in verscheidene steden in het zuiden en het centrum van het land kantoren geopend, en plant binnenkort ook in het noorden aan de slag te gaan. Resultaten zullen pas bekend worden gemaakt als het onderzoek helemaal is afgerond. Inofficiële schattingen variëren van 5.000 tot 10.000 burgerslachtoffers. Daarnaast zou de oorlog het leven gekost hebben 75.000 Iraakse soldaten.
CIVIC werkt niet in het ijle – de Amerikaanse regering is wettelijk verplicht zich om de nabestaanden van de burgerslachtoffers te bekommeren. De wet waarmee het Amerikaanse parlement in april 78,5 miljard dollar opzijzette voor de bezetting en de heropbouw van Irak, verplicht de Amerikaanse regering “gepaste hulp” te verlenen aan de Iraakse burgers die de schade hebben geleden door de oorlog. Ruzicka is een voormalige medewerkster van de Democratische senator Patrick Leahy die ervoor zorgde dat die passage in de tekst kwam. De regering heeft nog niet beslist hoeveel geld er zal worden uitgetrokken voor compensatiebetalingen en hoe dat geld zal worden besteed.
Ruzicka, die voorlopig genegeerd wordt door de Amerikaanse bestuurders in Irak, zegt dat geen baar geld verwacht voor de families van de slachtoffers, maar eerder een tussenkomst bij ziekenhuisfacturen en andere kosten die kunnen bewezen worden. Daarnaast kan ook de heropbouw van verwoeste scholen en andere openbare gebouwen als een compensatie gelden.
De CIVIC-directeur maakt zich sterk dat er geen dode militairen in haar tabellen zullen sluipen - “daar is gewoon wat onderzoek voor nodig. De ziekenhuizen maakten een onderscheid tussen soldaten en burgers, en de artsen deden dat ook.” De CIVIC-medewerkers bezoeken ook de familieleden en de buren van de slachtoffers. “Het is niet zo moeilijk,” zegt Ruzicka, “eigenlijk zou het Pentagon dit werk ook moeten opknappen.”
Het werk van CIVIC in Irak wordt voor de komende drie maanden gefinancierd door USAID, de officiële Amerikaanse ontwikkelingssamenwerking. USAID wordt ook verantwoordelijk voor de besteding van eventuele compensatiebedragen. Hoeveel geld daarvoor uiteindelijk zal worden vrijgemaakt, valt nog af te wachten. Het Congres verplichtte de regering ook al voor de oorlog in Afghanistan een compensatieregeling uit te werken voor burgerslachtoffers, maar volgens Ruzicka is daar bijzonder weinig geld ter beschikking gesteld.