Nieuwe hiv-epidemie dreigt in Roemenië

Nieuws

Nieuwe hiv-epidemie dreigt in Roemenië

Claudia Ciobanu

28 november 2012

Het aantal hiv-infecties onder Roemeense drugsgebruikers is exponentieel gegroeid in de afgelopen jaren. Tussen 2007 en 2009 ging het om 3 tot 5 gevallen per jaar, maar alleen al in de eerste helft van 2012 was er sprake van 98 besmettingen.

In 2011 waren er 129 nieuwe hiv-gevallen onder injecterende drugsgebruikers. In 2010 waren dat er twaalf. Na seksueel contact is het injecteren van drugs de meest voorkomende oorzaak van hiv-besmetting in Roemenië.

Hulpverleners verwachten dat opkomende epidemie zich in de komende jaren zal uitbreiden, ondanks het feit dat de oorzaken ervan relatief eenvoudig aan te pakken zijn.

Amfetaminen

De overgrote meerderheid van de injecterende drugsgebruikers woont in de hoofdstad Boekarest. In 2010 waren er meer dan 19.000 ‘probleemgebruikers’, mensen die geregeld drugs injecteren of opioïden, cocaïne of amfetaminen gebruiken. Boekarest telt ongeveer 2 miljoen inwoners.

Drugsgebruikers in Boekarest injecteerden vroeger heroïne, maar stapten recentelijk over naar amfetamine-achtige middelen zoals mephedrone. In 2009 zei 97 procent van de gebruikers heroïne te gebruiken, in 2011 injecteerde al 30 procent zich met synthetische amfetaminen.

De nieuwe drugs zijn vaak gemakkelijker verkrijgbaar, maar moeten dubbel zo vaak geïnjecteerd worden. Dat betekent dat gebruikers meer injectiespuiten nodig hebben en waarschijnlijk vaker naalden delen. Tegelijkertijd halveerde in 2009 en 2010 het aantal injectiespuiten dat via verspreidingsprogramma’s beschikbaar werd gesteld. Momenteel is dat aantal nog steeds laag. Om de verspreiding van hiv tegen te gaan, zegt het European Monitoring Centre on Drugs and Drug Addiction (EMCDDA), moeten meer schone naalden verspreid worden.

Donorhulp

Naaldenuitwisselingsprogramma’s in Roemenië werden opgezet en gefinancierd door internationale donoren, zoals de Verenigde Naties, het Wereldwijde Fonds tegen Aids, Tuberculose en Malaria en de Open Society Foundation. Maar op het moment dat Roemenië in de categorie landen viel die het goed deden, droogden de buitenlandse fondsen op. Het Wereldwijde Fonds stopte bijvoorbeeld in 2010 met de financiering, omdat Roemenië volgens de Wereldbank viel in de categorie landen met een “hoog middeninkomen.” De Roemeense autoriteiten verzuimden de financiering van de programma’s over te nemen.

Volgens Daniel Wolfe, directeur van het International Harm Reduction Development Programme van de Open Society Foundation, dreigen in andere Oost en Centraal-Europese landen dezelfde problemen als in Roemenië. Ook daar wordt de internationale steun minder, zonder garantie dat de nationale overheden het stokje overnemen.