Noodhulp voor Kachin komt eindelijk aan

Nieuws

Noodhulp voor Kachin komt eindelijk aan

Marwaan Macan-Markar

16 december 2011

De eerste internationale noodhulp voor de 30.000 ontheemden in het noorden van Birma is eindelijk aangekomen, zes maanden na het begin van de strijd tussen het regeringsleger en de separatisten van de Kachin, een etnische minderheid.

Twee VN-vrachtwagens arriveerden deze week met “essentiële huishoudelijke goederen” in Laiza, een stadje diep in de bergen, waar het Kachin Onafhankelijkheidsleger (KOL) de controle heeft. Ze reisden over een weg die door de strijdende partijen werd gerespecteerd als humanitaire corridor. “De VN hopen dat nog meer noodhulp zal worden toegestaan voor de meest kwetsbare groepen ontheemden in en rond Laiza”, zegt Zafrin Chowdhury, woordvoerder van Unicef in Rangoon.

Eindelijk

De meeste hulp aan de vluchtelingen in de winterse bossen, nabij de grens met China, wordt geboden door de politieke vleugel van het KOL, de Kachin Onafhankelijkheidsorganisatie. “We smachtten naar hulp, de afgelopen maanden”, zegt La Rip, directeur van de Kachin Ontwikkelingsgroep in een telefoongesprek. “Onze verzoeken om hulp sinds juni zijn eindelijk beantwoord.”

Een humanitaire crisis aan de grens dreigt, zei Lynn Yoshikawa van het Amerikaanse Refugees International vorige week tegen journalisten in Bangkok. “Het aantal ontheemden groeit en er is weinig hulp beschikbaar.” Westerse landen wilden de hulp liever niet direct aan de lokale groepen leveren, maar via de VN laten lopen. China wil het vooral low-profile houden, want de hulp loopt via Chinees grondgebied en het principe van nationale soevereiniteit ligt gevoelig.

Vernietigen

De gevechten van de laatste maanden ondermijnen het hervormingsimago van de Birmese president Thein Sein. Die kwam in maart aan de macht en voert een beleid om de dictatuur van vijftig jaar te beëindigen. Met drie andere etnische separatistische groepen heeft hij vrede gesloten, maar niet met de Kachin. “Ze willen ons met militair geweld vernietigen”, zegt kolonel James Lum Dau van het KOL. “Ook al hadden we sinds 1994 een wapenstilstand.”

De Birmese junta wilde de vier etnische legers inzetten voor de grensbewaking, onder de vlag van het leger. Nadat de KOL dat had geweigerd, verklaarde generaal Than Shwe, de voorganger van de huidige president, hen vogelvrij.

Het offensief dat deze zomer werd gelanceerd is uitgelopen op ernstige misstanden tegen burgers, zeggen mensenrechtenorganisaties. Birmese soldaten hebben geplunderd, willekeurige dorpen beschoten en burgers gebruikt als levende mijnenvegers, zegt de Amerikaanse organisatie Physicians for Human Rights. Volgens de Kachin Vrouwenorganisatie voert het leger bovendien een beleid van systematische verkrachtingen tegen vrouwen en meisjes.