OESO moet eerst voor eigen deur vegen, meent Caricom
Peter Richards
26 februari 2003
De Caribische landen steunen de beslissing van Antigua en Barbuda om geen fiscale informatie meer over te maken aan de OESO tot de club van rijke landen iets doet aan de voorkeursbehandeling van haar eigen leden. De rel draait rond het zogenaamde 'harmful tax competition initiative', een initiatief dat gericht is tegen belastingparadijzen. De Caribische landen nemen het niet dat zij hun belastingsstelsel moeten hervormen terwijl de landen van de Europese Unie hun potjes gedekt mogen houden.
Sinds 1996 werkt de OESO aan maatregelen om schadelijke belastingconcurrentie wereldwijd te bestrijden. De organisatie publiceert zwarte lijsten met namen van landen die geen of heel weinig belasting heffen en die een manifeste onwil tonen om daar iets aan te veranderen. Volgens de OESO zetten de fiscale paradijzen de stelsels van correcte landen onder druk.
De Caribische landen namen de afgelopen jaren maatregelen om het brandmerk van belastingparadijs kwijt te raken. De Caribische ‘zondaars’ zagen hun namen verdwijnen van de zwarte lijst van de OESO. Die telde oorspronkelijk 41 belastingparadijzen, en nu nog slechts zeven: Nauru, Vanuatu, de Marshalleilanden, Liberia, Monaco, Andorra en Liechtenstein. De 34 andere landen beloofden om zich tegen de 2005 naar de OESO-norm te schikken.
De Caricom vreest dat de Europese landen hun beloftes niet zullen waar maken. De Ministers van Financiën van de Europese Unie beslisten onlangs immers dat Oostenrijk, België en Luxemburg geen informatie dienen uit te wisselen over hun belastingen. Ook Zwitserland zou voordeel halen uit die beslissing. Een gelijkaardige regeling zou getroffen worden voor Liechtenstein, Monaco, Andorra en San Marino. De Europese landen en jurisdicties zouden op die manier de dans ontspringen en de fiscale minimumregels van de OESO aan hun laars kunnen lappen.
Alle jurisdicties die niet tot de OESO behoren, komen (door de Europese beslissing) in een slechte concurrentiepositie terecht met betrekking tot internationale financiële dienstverlening, zegt Ronald Sanders, die namens Antigua en Barbuda onderhandelt. Op een vergadering van de Caribische Gemeenschap (Caricom) schaarden de Caribische leiders zich achter het verzet van het tweelinglandje om nog langer financiële informatie over te maken aan de Parijse organisatie.
De OESO geeft toe dat er een probleem is met de nieuwe Europese regelgeving. De recente ontwikkelingen binnen de EU doen vragen rijzen over de efficiënte uitwisseling van belastinginformatie. We erkennen dat er nood is aan een discussie.
Het secretariaat van het Gemenebest schat dat er in 2000 zes biljoen dollar op buitenlandse rekeningen geparkeerd stond. Een derde daarvan was voor rekening van de offshore banken in de Cariben.