Oezbeeks smokkelparadijs vaart wel bij illegale handel

Nieuws

Oezbeeks smokkelparadijs vaart wel bij illegale handel

23 augustus 2012

Overdag, als Oezbeekse grenswachten in de straten patrouilleren, is Mingdon een slaperig stadje met tienduizend inwoners in de Ferghana-vallei. 's Nachts verandert de stad bij de grens met Kirgizië echter in een smokkelparadijs.

Kleding, kratten met huishoudelijke apparaten en eetwaren uit China worden vanuit Kirgizië de grens over gesmokkeld. En vanuit Oezbekistan gaat vers fruit en groente met truckladingen naar Kirgizië.

De smokkelaars omzeilen het meest restrictieve regime in Centraal-Azië. De invoertarieven in Oezbekistan beschermen binnenlandse producenten – die gelieerd zijn aan de staat – tegen concurrentie. Over de meeste consumentengoederen, inclusief eten, kleding, elektrische apparaten en motorvoertuigen, wordt 40 tot 100 procent belasting geheven.

Om de smokkel tegen te gaan, heeft Tasjkent in de afgelopen jaren kilometers grens afgezet met prikkeldraad en geulen gegraven. Bewakers schieten vaak op smokkelaars. Vorige maand beschoten grenswachten uit Oezbekistan en Kirgizië elkaar. Bij die schietpartij viel aan beide zijden een dode.

Geheime paden

Volgens de Oezbeekse staatsmedia zijn de acties tegen smokkelaars succesvol. In 2011 heeft de Oezbeekse douane 29.000 schendingen van de douanewet geconstateerd, meldde de staatstelevisie in juli. Ook werden bijna 900 strafzaken aangespannen tegen smokkelaars en werd voor 48 miljoen euro aan goederen in beslag genomen.

Toch wekken kleine steden zoals Mingdon de indruk dat de grensbewaking faalt. Mingdon ligt op een plaats waar de grens moeilijke te controleren is. Smokkelaars vertrouwen op verborgen paden rondom de stad, waarvan sommige door particuliere tuinen lopen.

“Het is praktisch onmogelijk voor de autoriteiten om de illegale handel onder controle te krijgen. De grens is een zeef”, zegt een ambtenaar uit Mingdon, die bekent zelf ‘s nachts kleding en elektrische apparaten over de grens te smokkelen.

70 miljoen euro per jaar

Betrouwbare cijfers over het volume van de smokkelwaar zijn niet beschikbaar. In juni zei Muradil Mademinov, een Kirgizische parlementariër, tegenover plaatselijke media dat hij de waarde van uit Oezbekistan gesmokkeld groente en fruit schat op ruim 70 miljoen euro per jaar.

Het Centraal-Aziatische Instituut voor de Vrije Markt uit Bisjkek publiceerde in 2011 een studie waaruit blijkt dat goederen die naar Oezbekistan gesmokkeld worden, vooral uit China afkomstig zijn. Het gaat met name om schoenen en kleding (68 procent), keukengerei (19 procent) en elektronische apparaten (13 procent). Volgens de plaatselijke bevolking worden er elk jaar meer etenswaren gesmokkeld.

Stijgende huizenprijzen

Zarif, een kleine ondernemer uit Mingdon, zegt dat de hoge winsten de handel aanjagen. “Gemiddeld verdient een smokkelaar 240 euro per dag. Dat is meer dan het maandsalaris van sommige ambtenaren”, zegt hij. Volgens Zarif verdient de helft van de inwoners van Mingdon geld met smokkelwaar.

Maffia-achtige syndicaten die werk verschaffen aan honderden mensen, houden zich bezig met de smokkel, zegt een boer uit Marhamat, een stad met 60.000 inwoners net over de grens met Kirgizië. Ook hij doet illegale zaken en wil daarom anoniem blijven. “Oezbeekse douanebeambten worden rijk van het smeergeld van de smokkelaars”, zegt de boer. “Voor de juiste prijs helpen ze de smokkelaars hun goederen over de grens te krijgen.”

Steden zoals Mingdon en Marhamat hadden jarenlang te maken met een kwakkelende economie, zeggen verschillende inwoners. Dankzij de illegale handel, bloeit de economie weer. “De prijzen van vastgoed stijgen. Huizen dichtbij de grens zijn het duurst, omdat die vaak als opslagruimte worden gebruikt”, zegt een docent aan een middelbare school in Mingdon. “We hoeven onze kinderen nu niet meer naar Rusland te sturen om geld te verdienen als seizoenarbeider.”

Laksheid

Functionarissen in Tasjkent weten dat de plaatselijke overheid laks optreedt tegen smokkelaars, zegt een landbouwjournalist van een staatskrant in Tasjkent. “De veiligheidsdienst, voorheen de KGB, doet regelmatig invallen in grensregio’s. Maar de ambtenaren en smokkelaars die daarbij gearresteerd worden, kopen zichzelf weer vrij. Niemand, ook de veiligheidsdienst, heeft schone handen.”

Alleen een drastische beleidswijziging – liberalisering van de handel en het delegeren van meer verantwoordelijkheden aan de plaatselijke overheid – kan volgens sommige economen iets veranderen aan de smokkelpraktijken. Maar de trend lijkt juist meer centralisering te zijn.

“De veiligheidsdiensten en grenswachten hebben opdracht te schieten op iedereen die betrokken is bij de smokkel”, zegt de ambtenaar uit Mingdon die zelf aan illegale handel doet. “Maar dat schrikt niet voldoende af.”