Overbevissing vernietigt eiwitten van de armen
Jim Lobe
01 november 2002
De meest gegeten vissoorten kunnen tegen
2020 vier tot 16 procent duurder worden, een gevolg van overbevissing en
van de bevolkingsgroei in de ontwikkelingslanden die de vraag zal doen
toenemen. Dat stellen het WorldFish Centre en het International Food Policy
Research Institute (IFPRI) in een gisteren (donderdag) gepubliceerd
rapport. Slechts nieuws voor ongeveer één miljard overwegend arme mensen
voor wie vis de enige betaalbare bron van dierlijke proteïnen vormt.
Volgens Meryl Williams, algemeen directeur van het WorldFish Centre in het
Maleisische Penang, komt driekwart van de 130 miljoen ton vis die in 2000
uit de zee werd gehaald, van bestanden die overbevist zijn of al maximaal
worden geëxploiteerd. Veel van die bestanden gaan nu al achteruit en zijn
zeker niet opgewassen tegen de toenemende druk die veroorzaakt wordt door
het feit dat er elk jaar 90 miljoen wereldburgers meer te voeden zijn.”
Toch is vis paradoxaal genoeg de snelst groeiende voedselbron voor de
ontwikkelingslanden. Dat is te danken aan de visteelt - ‘visboerderijen’
maken het terrein dat de vissersvloten verliezen meer dan goed. Maar de
vraag stijgt nog sneller - het WorldFish Centre en het Amerikaanse IFPRI
verwachten dat de totale oogst aan gevangen en geteelde vis de komende 20
jaar 0,4 procent per jaar zal achterblijven bij de verwachte aangroei van
de wereldbevolking.
Dat is het meest waarschijnlijke scenario. Het is ook mogelijk dat de
visbestanden in de oceanen nog sterker afnemen en dat de groei van de
visteelt stagneert. Dan zouden sommige vissoorten 70 procent duurder kunnen
worden. De gevolgen zouden dramatisch zijn voor de honderden miljoen armen
die vooral op vis rekenen om voldoende proteïnen binnen te krijgen. Vis is
nu al behoorlijk duur voor mensen in ontwikkelingslanden - het is geen
zeldzaamheid dat mensen een dag of twee moeten werken om een kilogram
tilapia of karper te kunnen betalen - twee vissoorten die ook veel worden
gekweekt.
Volgens het rapport ‘Fish as Food: Projections to 2020’ zal er de komende
18 jaar wereldwijd jaarlijks vermoedelijk 1,5 procent meer vis op de markt
komen. De aquacultuur zal voor tweederde van die aangroei zorgen. Eind de
jaren 90 kwam 31 procent van de vis die op aarde werd geconsumeerd uit
visvijvers; tegen 2020 zal dat aandeel verder stijgen tot 41 procent. De
sterkste groei zal plaatsvinden in de ontwikkelingslanden, die binnen twee
decennia 80 procent van de productie voor hun rekening zullen nemen. Vooral
China wordt een visgrootmacht; de productie in Europa, Japan en Rusland zal
daarentegen achteruitgaan.
Volgende week begint in Penang een Fish for All Summit. Beleidsmensen,
wetenschappers, vertegenwoordigers van de visserij-industrie en activisten
van niet-gouvernementele organisaties zullen er een vis voor
iedereen-initiatief opzetten dat de komende tien jaar de aandacht moet
vestigen op de sombere toekomst voor de viseters aller landen. Het
initiatief sluit aan bij het voornemen van de deelnemers aan de Wereldtop
over Duurzame Ontwikkeling in Johannesburg om er tegen 2015 voor te zorgen
dat overbeviste bestanden weer hersteld zijn. Ook de visteelt stelt
overigens grote ecologische problemen. Viskweek zorgt voor veel vervuiling
en ontsnapte kweekvissen en genetisch gewijzigde exemplaren kunnen het
ecologisch evenwicht in de zeeën in gevaar brengen. Ook de praktijk om
garnalen en roofvissen als zalm met vismeel groot te brengen, is
bedenkelijk. Op die manier wordt er veel meer vis als voer gebruikt dan er
uiteindelijk op de borden belandt. De soorten waarvan vismeel wordt
gemaakt, zouden perfect kunnen dienen om het gebrek aan eiwitten in het
menu van arme wereldburgers weg te werken.