'Politie VS gaat te veel op het leger lijken'

Nieuws

'Politie VS gaat te veel op het leger lijken'

'Politie VS gaat te veel op het leger lijken'
'Politie VS gaat te veel op het leger lijken'

IPS

19 augustus 2014

Na de dood van een ongewapende zwarte tiener in het zuiden van de Verenigde Staten door een politiekogel, zette de Amerikaanse politie militair materieel in om de onrust te kop in te drukken. Inmiddels is een discussie losgebarsten de inzet van militaire wapens tegen burgers.

‘We moeten de situatie demilitariseren.’

De 18-jarige Michael Brown werd op 9 augustus – naar verluidt na een handgemeen – door een blanke politieman doodgeschoten in Ferguson (Missouri). In pogingen protesten na het incident de kop in te drukken, zette de politie in Ferguson krachtige wapens, traangas, kogelvrije vesten en zelfs pantservoertuigen in van het type dat door het Amerikaanse leger wordt gebruikt in oorlogssituaties.

Die situatie heeft geleid tot steun van zowel liberale als conservatieve leden van het Amerikaanse Congres voor een mogelijke wetswijziging. Sinds 1990 krijgt de Amerikaanse politie overtollig militair materieel. Dat programma van het ministerie van Defensie was oorspronkelijk bedoeld om wetshandhavers te steunen in de strijd tegen drugsbendes.

‘We moeten de situatie demilitariseren’, zegt Claire McCaskill, een senator uit Missouri. ‘Dit soort antwoorden van de politie zijn een probleem geworden in plaats van een oplossing.’ In zijn artikel We Must Demilitarize the Police’zegt de conservatieve senator Rand Paul ‘dat er een verschil moet zijn tussen een politiereactie en een militaire actie’ bij het handhaven van de wet.

‘Het Congres heeft dit programma opgezet omdat er zorgen bestonden dat drugsbendes beter bewapend waren dan de politie’, zegt Carl Levin, voorzitter van het invloedrijke Senate Armed Services Committee. ‘We zullen dit programma opnieuw moeten bekijken om te zien of materieel van Defensie gebruikt wordt volgens de bedoeling.’

Drugs en terrorisme

Ondanks een ongebruikelijk overeenstemming tussen Republikeinen en Democraten over het demilitariseren van de politie, lijken de plannen zich echter te beperken tot het binnenland. Over de groeiende Amerikaanse steun voor een gemilitariseerde politie in andere landen, wordt niet gesproken.

Hoewel een wet uit 2011 jaarlijkse rapportages vereist over Amerikaanse steun aan politie in het buitenland, zijn die gegevens nog niet beschikbaar. In 2009, het meest recente jaar waarvan gegevens beschikbaar zijn, gaf Washington meer dan 3,5 miljard dollar steun aan politiemachten in met name Afghanistan, Colombia, Irak, Mexico, Pakistan en de Palestijnse Gebieden.

Volgens een officieel rapport uit 2011, hebben de VS ‘de nadruk op training en toerusting van buitenlandse politiemachten versterkt om een breed scala aan buitenlandse beleidsdoelen te steunen’, vooral op het gebied van terrorisme en drugsbestrijding.

In de strijd tegen het terrorisme zijn Afrikaanse landen wellicht de grootste ontvangers van de Amerikaanse veiligheidssteun. Mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch (HRW) wijst in een gisteren gepubliceerd rapport op de gevaren van deze benadering, in dit geval met betrekking tot de door de VS gesteunde Antiterrorisme Politie Eenheid (APTU) in Kenia.

Het maandag verschenen rapport onderzoekt eerdere beschuldigingen tegen de APTU over willekeurige arrestaties, verdwijningen en standrechtelijke executies. Noch de Keniaanse autoriteiten, noch de belangrijkste donoren van de APTU – de VS en Groot-Brittannië – hebben deze beschuldigingen ooit serieus onderzocht, stelt HRW.

‘Het probleem hier is dat de steun juist lijkt uit te monden in het ondermijnen van de wet omdat de APTU het heft in eigen handen neemt. Wij roepen donoren dus op beter te kijken naar het verstrekken van dit soort steun’, zegt Jehanne Henry, onderzoeker bij HRW.

Colombia

‘De financiering van de politie en het leger in Latijns-Amerika is opgeklommen tot niveaus van de jaren tachtig.’

Mexico en Latijns-Amerika kregen in de afgelopen jaren steeds meer Amerikaanse steun in de strijd tegen de drugshandel. Volgens Alexander Main van het Centre for Economic and Policy Research (CEPR), een denktank, zette de groei van de Amerikaanse steun in tijdens de laatste jaren van de voormalige president George W. Bush.

‘De financiering van de politie en het leger in die regio is langzaam opgeklommen tot niveaus die niet zo hoog geweest zijn sinds de door de VS gesteunde “smerige oorlogen” van de jaren tachtig’, schrijft Main. Een sleutelmodel is de bilaterale steun aan Colombia. Sinds 1999 heeft een programma dat goed was voor 8 miljard dollar, in dat land ‘geleid tot massale inzet van militairen en de gemilitariseerde politie om zowel illegale drugshandel als linkse guerrillagroepen te bestrijden.’

Vorig jaar waarschuwde een coalitie van 150 niet-gouvernementele organisaties dat Amerikaans beleid van dit type ‘militarisering stimuleert om de georganiseerde misdaad te bestrijden.’ Volgens de groepen heeft een dergelijke benadering geleid tot ‘een dramatische toename van geweldsmisdrijven, vaak begaan door de veiligheidstroepen zelf.’