‘Poort tot het Amazonewoud’ organiseert VN-klimaattop in 2025

De Braziliaanse stad Belém - de zogenaamde ‘toegangspoort tot het Amazonewoud’  - zal de klimaattop in 2025 organiseren. Campagnevoerders zijn blij met de focus op het woud, maar er zijn ook zorgen over de capaciteit van de stad om zo’n evenement te hosten.

In een verklaring laat Brazilië weten dat de Verenigde Naties de noordelijke stad hebben bevestigd als locatie.

‘Als iedereen het over de Amazone heeft, waarom zou je de klimaattop dan niet in een Amazonestaat houden zodat ze meer over de regio te weten kunnen komen? Over zijn rivieren, zijn bossen, zijn fauna?’, zegt de Braziliaanse president Lula da Silva, die tijdens de COP30 de laatste paar maanden van zijn termijn zal uitdoen. Volgens Lula speelde het Amazonewoud ook tijdens eerdere klimaatbesprekingen in Kopenhagen, Parijs en Sharm-el-Sheikh een belangrijke rol.

Lula heeft beloofd de ontbossing in het Amazonewoud aan te pakken, die onder voormalig president Jair Bolsonaro het hoogste niveau in vijftien jaar bereikte. Hij benoemde Marina Silva, die een aanzienlijke daling van de ontbossing bereikte tijdens zijn eerste periode als president, tot zijn minister van Milieu.

Amazonetop

Belém is met 1,5 miljoen inwoners de hoofdstad van de deelstaat Pará en wint het van het grotere Manaus, dat 2,2 miljoen inwoners telt. 

Terwijl Belém aan de monding van de Amazone-rivier nabij de Atlantische kust ligt, ligt Manaus diep in het binnenland. Lonely Planet noemt Belém ‘de oostelijke toegangspoort tot het Amazonegebied’.

‘Brazilië is vandaag het meest ontbossende land ter wereld, en Pará is de staat die het meest ontbost wordt in het Amazonegebied. Het is essentieel om die situatie om te keren tegen COP30.’

Volgens de voormalige Braziliaanse minister van Leefmilieu Izabella Teixeira koos de regering voor Belém boven Manaus omdat Helder Barbalho, de gouverneur van Pará, ‘de essentiële politieke speler in de Amazone is.’

In een eerder interview zei Teixeira dat het ‘geweldig’ is om een klimaattop in het Amazonegebied te hebben. Maar hoewel dit een belangrijk symbolisch signaal is, ‘is het milieu niet gered met alleen mooie gebaren’, zegt Marcio Astrini, uitvoerend secretaris van de Braziliaanse ngo Climate Observatory. ‘Brazilië is vandaag het meest ontbossende land ter wereld, en Pará is de staat die het meest ontbost wordt in het Amazonegebied. Het is essentieel om die situatie om te keren tegen COP30.’

Logistieke uitdagingen

Teixeira zei eerder ook bezorgd te zijn ‘vanwege infrastructuur, kosten, digitale infrastructuur, hotels - alles wat je nodig hebt voor een klimaattop met 30.000 mensen.’

Ze merkte ook op dat vliegen naar het Amazonegebied bijzonder duur is. Retourvluchten van Sao Paulo naar Belém kosten momenteel drie maanden van tevoren ongeveer 250 dollar. De vraag van COP30-deelnemers zal die prijzen waarschijnlijk nog opdrijven.

Een Braziliaanse campagnevoerder, die niet bij naam genoemd wilde worden, zegt dat Belém ‘een mooie koloniale stad is, maar tussen “mooi” en “in staat om een COP te hosten” is er een enorme afstand.’

De stad heeft wel ervaring met grote evenementen. Elk jaar in oktober ontvangt ze meer dan een miljoen pelgrims die deelnemen aan een processie van het beeld van de Maagd van Nazaré.

Regionale rotatie

De gastheer van VN-klimaatbesprekingen roteert elk jaar tussen de VN-regio’s. In 2021 was Glasgow de gaststad voor de COP26. Groot-Brittannië maakt deel uit van de groep “West-Europa en andere”, waartoe ook Canada, Australië en Nieuw-Zeeland behoren, met de VS als waarnemer.

Vorig jaar was het de beurt aan de badplaats Sharm el-Sheikh in Egypte, dat tot de Afrikaanse groep behoort. En dit jaar zal de top plaatsvinden in de Verenigde Arabische Emiraten, in de regio Azië-Pacific. Ook Zuid-Korea had interesse getoond, maar trok zich terug.

Volgend jaar vindt de top plaats in Oost-Europa en de president van Bulgarije heeft al gezegd dat zijn land het wil organiseren. Voor de Bulgaarse aankondiging had ook de nieuwe Australische regering laten weten dat ze de top samen met een land in de Stille Oceaan wilde organiseren, maar dat zou betekenen dat de Oost-Europese groep zou moeten worden overgehaald om van beurt te wisselen.

In 2025 is het dan de beurt aan Latijns-Amerika en het Caribisch gebied. Geen ander land dan Brazilië heeft aangegeven bereid te zijn de gesprekken te organiseren.

Eerdere Latijns-Amerikaanse klimaattoppen werden al gehouden in het Argentijnse Buenos Aires, het Mexicaanse Cancún en het Peruaanse Lima. De poging van Chili om in 2019 gesprekken te organiseren werd geannuleerd na massale protesten in het land. De gesprekken werden in plaats daarvan in Madrid gehouden.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen bij IPS-partner Climate Home News.