Proces tegen Thomas Lubanga vandaag begonnen

Nieuws

Proces tegen Thomas Lubanga vandaag begonnen

26 januari 2009

Het Internationaal Strafhof in Den Haag begint vandaag haar allereerste proces voor oorlogsmisdaden met de zaak van de Congolese militieleider Thomas Lubanga.

Hij wordt beschuldigd van het ronselen en inzetten van kindsoldaten voor het doden van leden van een etnische minderheid.
Thomas Lubanga, stichter en leider van de Unie van Congolese Patriotten (UPC), in de oostelijke Ituri regio in Congo, ontkent dat hij kinderen jonger dan 15 recruteerde om etnische Lendu’s te vermoorden in een oorlog die woedde van 1998 tot 2003 in de Democratische Republiek Congo (DRC).
Aanklagers van het Internationaal Strafhof beweren dat kindsoldaten, gerecruteerd door het UPC, betrokken waren bij vijandelijkheden tussen oktober 2002 en juni 2003, en dat sommigen onder hen gedwongen werden te doden en dat anderen het leven lieten tijdens de gevechten. Lubanga wordt er eveneens van beschuldigd kindsoldaten als lijfwachten te hebben ingezet.

30.000 kinderen gerecruteerd

Volgens Bukeni Waruzi, Afrika- en Midden-Oosten-coördinator voor de mensenrechtengroep Witness, werden tijdens het conflict meer dan 30.000 kinderen gerecruteerd. Velen onder hen gebruikten marijuana en werd verteld dat ze door hekserij zouden worden beschermd.
De drie rechters van het Hof moeten de achtenveertigjarige Lubanga de kans geven om zijn verdediging te hervatten wanneer de zaak wordt geopend in ’s werelds eerste rechtbank voor oorlogsmisdaden. Aanvankelijk werd verwacht dat Lubanga’s proces van start zou gaan in juni 2008, maar omwille van het bezwaar dat Lubanga een eerlijk proces zou worden ontkend, doordat de verdediging het bewijsmateriaal niet kon inzien, werd het door de rechters opgeschort.
Dit probleem werd in november opgelost toen de aanklagers de gevraagde documenten vrijgaven ter inzage door de verdediging. Op voorwaarde van strikte vertrouwelijkheid ter bescherming van bronnen in de oorlogszones, konden de stukken worden ingekeken.

93 slachtoffers geven bewijzen

De rechters laten 93 slachtoffers toe aan de zaak deel te nemen om bewijsstukken te geven. Ze worden vertegenwoordigd door acht juridische vertegenwoordigers. Onder de 34 getuigen die hoofdaanklager Luis Moreno-Ocampo zal oproepen tijdens het proces, zijn er vier slachtoffers. Hoeveel getuigen de verdediging zal oproepen is nog niet duidelijk. Het proces zal wellicht tegen het einde van het jaar afgerond zijn.
Het etnisch geweld tussen de Hema en de Lendu in de Ituri-regio, en de schermutselingen tussen rivaliserende militiegroepen voor de controle over de mijnen en de belastingen, hebben sinds 1999 aan zo’n 60.000 mensen het leven gekost.
Lubanga werd in 2006 aan het Hof uitgeleverd, nadat de Congolese overheid de zaak had doorverwezen naar de aanklager aan het Internationaal Strafhof in maart 2004. Het Internationaal Strafhof onderzoekt zaken in Congo, de Centraal-Afrikaanse Republiek, in Darfur in westelijk Soedan, en Oeganda. Al vier verdachten werden gearresteerd.
Het Internationaal Strafhof wordt erkend door 108 naties. Maar volgens experten stellen zich nog vele uitdagingen die moeten worden aangepakt, waaronder het winnen van de steun van grootmachten als de Verenigde Staten en China, en de kritiek op haar efficiëntie.