Rechtsstrijd met oliebedrijf inzet van Ecuadoraanse verkiezingen

Nieuws

Rechtsstrijd met oliebedrijf inzet van Ecuadoraanse verkiezingen

Milagros Aguirre

26 mei 2006

Moet Ecuador de ruzie met Occidental Petroleum en de VS weer bijleggen? Of moet het land een nog eigenzinniger economische politiek gaan voeren, naar het voorbeeld van Bolivia en Venezuela? Met een hevige discussie over die alternatieven is de campagne voor de Ecuadoraanse verkiezingen in oktober nu al van start gegaan.

Na een lang aanslepende rechtsstrijd trok Ecuador op 15 mei de concessie in van Occidental Petroleum. De Amerikaanse oliemaatschappij haalde in Ecuador 7 procent van zijn wereldwijde olieproductie boven. Het staatsbedrijf PetroEcuador nam de installaties van Occidental Petroleum over.

De oliemaatschappij begon prompt een gerechtelijke procedure tegen de Ecuadoraanse overheid met een schadeclaim van één miljard dollar. De Amerikaanse regering reageerde door de onderhandelingen over een vrijhandelsverdrag met Ecuador op te schorten.

Het conflict splijt de Ecuadoraanse politiek. Centrumlinkse presidentskandidaten als León Roldós en Rafael Correa noemen het buitenzetten van Occidental Petroleum een “overwinning op misbruik door multinationale oliemaatschappijen”. Occidental verkocht in 2000 40 procent van de aandelen in zijn Ecuadoraanse dochteronderneming aan het Canadese EnCana (nu AndesPetroleum) zonder de nodige toestemming van de Ecuadoraanse regering. De onderneming kwam ook haar investeringsbeloften niet na, respecteerde de officiële productiequota niet en lichtte de overheid niet in over nieuwe boringen.

Maar rechtse kandidaten en zakenmensen zijn “verontwaardigd” over de “barbaarse maatregelen” die volgens hen buitenlandse investeerders wegjagen.

De machtige Indianenkoepel CONAIE gooit nog olie op het vuur. Voorzitter Luis Macas liet weten dat Ecuador ook in de vrijhandelsonderhandelingen met de VS van koers moet veranderen. “We moeten ermee ophouden ons door de VS te laten vernederen”, zegt hij.

In het parlement gaan ook radicale stemmen op. Volgens de linkse volksvertegenwoordiger Ricardo Ulcuango van de inheemse Pachakutikbeweging “moet dit het signaal worden van de nationalisering van onze energievoorraden.”

De vraag is hoe andere oliemaatschappijen op de ontwikkelingen reageren. Naast Occidental Petroleum en EnCana zijn ook het Chinese Sipec, het Brits-Franse Perenco, Petrosud uit Argentinië en het Braziliaanse Petrobras actief in Ecuador.

De regering van president Alfredo Palacio neemt in elk geval het zekere voor het onzekere. Palacio stuurde twee ministers naar Venezuela om nieuwe investeerders aan te trekken en na te gaan of Ecuadoraanse olie in Venezuela geraffineerd kan worden. Venezuela, de grootste aardolie-exporteur in Latijns-Amerika, is blij elk land te kunnen helpen dat zich verzet tegen de VS.

Andere mogelijke investeerders die de rol van Occidental in Ecuador zouden kunnen overnemen zijn Mexico, het Chileense ENAP, het Colombiaanse Ecopetrol of Petrobras.

De Ecuadoraanse buitenlandminister Francisco Carrión heeft ook aangekondigd dat er in Quito een vergadering komt van de Andesgemeenschap om de mogelijkheid van een handelsakkoord met de Europese Unie te bestuderen. Waarnemers zien dat als een initiatief van Bolivia, dat momenteel het handelsblok voorzit, om Ecuador te steunen in het verzet tegen de VS. Peru en Colombia, twee andere leden van de Andesgemeenschap, hebben vrijhandelsakkoorden met de VS ondertekend, terwijl Venezuela en Bolivia niets van dergelijke overeenkomsten willen weten. Omwille van het grote koersverschil met Peru en Colombia heeft Venezuela aangekondigd dat het de Andesgemeenschap wil verlaten.

Ecuador verdient elk jaar vier miljard dollar (3,1 miljard euro) aan de export van olie. Dat is goed voor 35 tot 40 procent van de overheidsbegroting. (PD/JS)