Scherpe toename onveiligheid in Afghanistan

Nieuws

Scherpe toename onveiligheid in Afghanistan

Scherpe toename onveiligheid in Afghanistan
Scherpe toename onveiligheid in Afghanistan

De veiligheidssituatie in Afghanistan gaat van kwaad naar erger. Dat blijkt uit een VN rapport gedateerd op 21 september maar deze week bekend gemaakt: 39 procent meer veiligheidsincidenten, 15 procent meer burgerdoden, een sterke toename van het aantal slachtoffers bij luchtaanvallen en grondconflicten, en een groot aantal interne vluchtelingen.

De eerste acht maanden van dit jaar noteerden de VN 16.864 veiligheidsincidenten in Afghanistan, een stijging van 39 procent tegenover dezelfde periode in 2010. De meeste van deze incidenten waren gewapende treffens tussen internationale troepen of regeringstroepen en opstandelingen, of IEDs (bermbommen en ander zelfgemaakt springtuig).

Het rapport van de secretaris-generaal wijst ook op een sterke stijging (met 50 procent) van ‘complexe zelfmoordaanvallen’, zoals op het Intercontinental Hortel of de Amerikaanse ambassade in Kaboel. Een andere opvallende tendens ziet de secretaris-generaal in de aanslagen op hooggeplaatste vertegenwoordigers van de Afghaanse staat, zoals bijvoorbeeld de halfbroer van president Karzai en Jan Muhammed Khan, een van de belangrijkste adviseurs van president Karzai. Het rapport werd gefinaliseerd voor de moord op ex-president Rabbani, maar die aanslag past zeker in deze rij. Het rapport stelt het niet met zoveel woorden, maar voor waarnemers is het duidelijk dat de aanslagen op sleutelfiguren uit het huidige regime en op symbolisch belangrijke kantoren in Kaboel deel uitmaken van een aangepaste strategie van de opstandelingen sinds de Amerikaanse surge of toevoeging van zowat 60.000 troepen sinds het aantreden van president Obama.

De eerste zes maanden van 2011 noteerden de VN 1462 burgerdoden in het conflict. Dat is een stijging van 15 procent tegenover dezelfde periode vorig jaar. En van juni tot augustus telden de VN 971 burgerdoden en 1411 gewonden. Daarbij zien de VN dat de opstandelingen verantwoordelijk zijn voor een steeds toenemend aandeel van de burgerslachtoffers (80 procent in 2011), vooral als gevolg van hun gebruik van IEDs. De burgerdoden waarvoor pro-regeringstroepen verantwoordelijk zijn, vallen op de eerste plaats bij luchtaanvallen. In juli alleen al resulteerden die luchtaanvallen in 38 burgerslachtoffers. De verhoogde aanwezigheid van ISAF- en Afghaanse troepen op het terrein leidde ook tot meer grondgevechten en daarbij vielen liefst 84 procent meer burgerdoden dan vorig jaar. Ook de zoekacties in huizen –vaak bij nacht- zorgden in 2011 voor 15 procent meer dode burgers dan vorig jaar.

Door de vijandelijkheden in Afghanistan ontvluchtten naar schatting 130.000 Afghanen hun woonplaats tussen januari en eind juli –een stijging van 64 procent tegenover dezelfde perdiode vorig jaar.

Daar staat tegenover dat de internationale gemeenschap verder gaat met het ontmijnen van velden. Dit jaar werden al 26,8 vierkante kilometer landbouwgrond vrijgemaakt van mijnen.

Ook het vernietigen van papavervelden -3810 hectare in 2011- wordt opgevoerd. Dat zorgt natuurlijk ook voor meer gewapende confrontaties: de vrnietigingsteams werden dit jaar al 48 jeer aangevallen, tegenover 12 keer in 2010. De hoge opiumprijs –eind juni 2001 stond die 274 dollar per kilogram of 104 procent hoger dan eind juni 2010– zorgde voor een scherpe stijging van de teelt in zowel het noorden, noordoosten, zuiden als westen van het land.

De Verenigde Naties klinken voorzichtig optimistisch over de pogingen om tot vredesgesprekken te komen, al is van dat optimisme zelfs bij president Karzai niet veel meer te merken na de moord op Rabbani. Om de gesprekken meer kansen te geven, splitsten de VN in juni de sanctielijsten tegen de taliban en Al Qaeda, en tegen hun respectievelijke kopstukken en azanverwante organisaties. De VN schrapten ook 15 talibannamen van de zwarte lijst, om hen toe te laten deel te nemen aan mogelijke gesprekken.

In zijn slotbeschouwingen stelt het rapport van de secretaris-generaal dat ‘het belang van regionale samenwerking om de stabiliteit en welvaart van Afghanistan te versterken, niet overdreven kan worden.’ Hij roept alle staten dan ook op zich constructief op te stellen zodat de komende internationale conferenties in Istanbul en Bonn (respectievelijk op 2 november en 5 december) tot echte successen gemaakt kunnen worden.