Spotprenten zijn zegen voor Pakistaanse fundamentalisten

Nieuws

Spotprenten zijn zegen voor Pakistaanse fundamentalisten

M B Naqvi

17 februari 2006

De autoriteiten in de havenstad Karachi slaakten een zucht van verlichting gisteren (16 februari), nadat een protestmars tegen de Deense karikaturen zonder noemenswaardig geweld voorbij trok. De massale opkomst - 20 tot 50.000 mensen – illustreert wel de macht van de fundamentalistische islam in het land.

Het was de meest vreedzame betoging tot nu toe in een rist protestmarsen tegen de Deense spotprenten in Pakistan. Afgezien van verbrande poppen van de premier van Denemarken, het land van de verketterde krant Jylland Posten, vielen er geen brokken. Dat was voor een groot deel te danken aan Pakistaanse soldaten die in grote aantallen posteerden voor vestigingen van McDonalds, KFC, Citibank en andere ondernemingen met een Amerikaans stigma. Het anti-Amerikanisme was te snijden.

Volgens de politie stapten er 20.000 mensen op in de betoging. De meeste waarnemers maakten een schatting van 50.000 of meer. Het was de vierde dag op rij dat inwoners van Karachi op straat kwamen om te protesteren tegen de spotprenten.

Het gaat hier niet om spontane volkswoede, want die zou al lang gaan liggen zijn. Deze betogingen zijn duidelijk georkestreerd, zegt Sultan Jilani, een bekend commentator in de Pakistaanse politiek. Volgens hem is er een politieke krachtmeting aan de gang tussen de pro-Amerikaanse president generaal Pervez Musharraf en religieus rechts.

De betoging werd onder meer georganiseerd door de islamistische beweging Jamaat-al-Sunnat. De organisatoren waarschuwden dat het protest de komende dagen nog zal toenemen.

Pakistan zou in maart de Amerikaanse president George W. Bush ontvangen. Het ongenoegen daarover is mogelijk nog groter dan dat over de Deense cartoons.
Ryan Crocker, de Amerikaanse ambassadeur in Pakistan, vertelde verschillende Pakistaanse media dat er plannen zijn om het bezoek af te zeggen.

Woensdag brak er massaal geweld uit bij betogingen in de steden Lahore en Peshawar. Amerikaanse gebouwen moesten het ontgelden. Dinsdag braken betogers in Islamabad door tot de goed beschermde diplomatieke enclave en richten daar veel schade aan. Tot dusver hebben de protesten vijf doden geëist in Pakistan.

De anti-Amerikaanse gevoelens laaien al sinds januari hoog op. Amerikaanse troepen vuurden toen raketten af vanuit buurland Afghanistan met de bedoeling om enkele Al-Qaedaleiders te doden. Maar het bombardement resulteerde in 18 burgerdoden, waaronder ook vrouwen en kinderen.

Fundamentalistische groepen zien hun kans schoon om hun ongenoegen te uiten tegen de door Musharraf gesteunde oorlog tegen de terreur. Ik kan me niet van de indruk ontdoen dat religieus rechts in de verschillende belangrijke moslimlanden zijn zinnen zet op politieke macht door agitatie, zegt Jilani. In landen als Indonesië en Pakistan heeft men het gevoel dat ze niet meer ver van de macht verwijderd zijn.

Pakistan is bijzonder kwetsbaar voor een fundamentalistische machtsovername want de religieuze partijen zijn hier zeer sterk georganiseerd, zegt Jilani. Er is een verbond gesloten met de Afghaanse Talibanstrijders en de fundamentalistische partij Jamaat-e-Islami heeft een ideologie die jongeren tot in Azië, Afrika en in het Westen aanspreekt en die nauw aansluit bij het gedachtegoed van de Moslimbroederschap van de Arabieren. Het islamitische extremisme is een politieke kracht om rekening mee te houden in Pakistan. (MM/PD)