Sri Lanka worstelt met onderzoek naar oorlogsmisdaden
Amantha Perera (IPS)
07 april 2015
Het aantreden van een nieuwe regering stemt de Sri Lankanen (voorzichtig) optimistisch, maar zolang er geen grondig onderzoek gedaan wordt naar de mensenrechtenschendingen in de laatste dagen van de burgeroorlog, kunnen de oude wonden niet helen.
‘We sloegen op de vlucht voor kogels en bombardementen.’
‘Ik wil naar de universiteit gaan en een goede baan vinden’, vertelt de 23-jarige Jessi Joygeswaran.
Dat klinkt banaal, maar is het allerminst als je weet dat ze als lid van een Tamilgemeenschap opgroeide in Vanni, een uitgestrekt stuk land in de Sri Lankaanse Noordelijke Provincie waar decennialang een burgeroorlog heeft gewoed.
Op veertienjarige leeftijd moest Joygeswaran haar ouderlijke huis in Andankulam ontvluchten, toen er gevechten uitbraken tussen regeringstroepen en de Tamiltijgers. ‘We sloegen op de vlucht voor kogels en bombardementen’, herinnert ze zich. Pas in april 2009 kwam er na 26 jaar een eind aan de oorlog.
Voor de inwoners van Vanni duurde de ellende voort. Een kwart miljoen mensen die gevlucht waren, werden tot ver in 2010 vastgehouden in opvangkampen. Honderdduizenden die terugkeerden, troffen er niets dan verwoesting aan, en moesten er de dood of verdwijning van duizenden familieleden verwerken.
Nieuwe wind
Sinds januari heeft Sri Lanka een nieuwe president, Maithripala Sirisena, en waait er een nieuwe wind over het eiland. Joygeswaran ging voor de eerste maal in haar leven naar de stembus. Ondanks de discriminatie tegen haar gemeenschap in het verleden, heeft ze haar hoop gevestigd op de nieuwe nationale regering.
‘We kozen voor gerechtigheid en vrede voor iedereen’, verklaart ze. Deze verzuchting deelt ze met een meerderheid van de twintig miljoen Sri Lankanen. Het conflict heeft tussen de 80.000 en 100.000 doden geëist, en velen twijfelden eraan dat de toestand op het eiland ooit nog zou normaliseren.
De eerste zestig dagen van de nieuwe regering waren geen onverdeeld succes, zeker niet voor de Tamils in het noorden. Reisbeperkingen en de verstikkende militaire aanwezigheid zijn afgenomen, maar in delicatere kwesties, zoals een uitvoerig onderzoek naar oorlogsmisdaden, is er amper vooruitgang geboekt.
In de laatste dagen van de burgeroorlog zouden er tot 40.000 burgerslachtoffers gevallen zijn, aldus een adviesraad die de VN-secretaris-generaal in het leven heeft geroepen. De vorige regering betwistte dat cijfer fel. Zowel regeringstroepen als de Tamiltijgers zijn beschuldigd van mensenrechtenschendingen bij het slotoffensief.
Sinds januari heeft Sri Lanka een nieuwe president, Maithripala Sirisena, en waait er een nieuwe wind over het eiland.
President Sri Lanka (CC BY-NC-SA 2.0)
Verzoeningscommissie
De regering van de vorige president Rajapaksa wilde geen buitenlandse inmenging in iets wat ze een puur binnenlandse aangelegenheid noemde.
Binnen de VN-Mensenrechtenraad zijn er drie resoluties opgesteld voor internationaal onderzoek naar deze feiten. De regering van de vorige president Rajapaksa wilde geen buitenlandse inmenging in iets wat ze een puur binnenlandse aangelegenheid noemde. Ze richtte zelf een verzoeningscommissie op, maar haar aanbevelingen zijn grotendeels een dode letter gebleven.
De regering-Sirisena heeft nu een nieuw onderzoek beloofd, met internationale input. De nieuwe minister van Buitenlandse Zaken, Mangala Samaraweera, dringt er bij de internationale gemeenschap op aan op Sri Lanka wat ademruimte te geven voor een geloofwaardig verzoeningsproces.
Dat lijkt te werken. De VS, het Verenigd Koninkrijk en andere westerse landen stemden ermee mee in om een rapport van de Mensenrechtenraad over de schendingen in oorlogstijd uit te stellen. De publicatie was gepland voor maart, maar wordt nu over de zomer getild, tot in september.
Toch maken Sri Lankaanse regeringsfunctionarissen duidelijk dat het kader om de oorlogsmisdaden te onderzoeken een nationaal initiatief moet zijn. Het zal nog wel wat voeten in de aarde hebben om de internationale gemeenschap te overtuigen dat Sri Lanka in staat is om de theorie in praktijk om te zetten met een geslaagd onderzoek.
Internationale expertise
‘We kunnen pas verder met ons leven als we ons gedeelde, verschrikkelijke verleden aanvaarden.’
Amnesty International en andere organisaties hebben er bij de Sri Lankaanse autoriteiten op aangedrongen dat ze samenwerken met de VN en gebruik maken van internationale expertise. Amnesty en anderen pleiten ook voor een bijzonder tribunaal om alle mensenrechtenschenders te berechten, in een eerlijk proces.
Er hebben al wat positieve veranderingen plaatsgevonden onder de nieuwe regering, meent Ruki Fernando, onderzoeker bij de ngo Inform in Colombo.
De aanstelling van een civiele gouverneur in Jaffna om de voormalige militaire officier te vervangen bijvoorbeeld, of het feit dat de regering land dat het leger in beslag had genomen, weer vrij geeft.
‘Ik ben voorzichtig optimistisch, maar het is nog een lange weg te gaan’, aldus Fernando. Of zoals Joygeswaran het verwoordt: ‘We kunnen pas verder met ons leven als we ons gedeelde, verschrikkelijke verleden aanvaarden.’