Staatsvijand na publicatie legerdocumenten

Nieuws

Staatsvijand na publicatie legerdocumenten

Kirsten Behets

09 april 2010

De Israëlische journalist Uri Blau is al maanden niet meer welkom in Israël. In een brief schrijft hij over de inbreuken op de persvrijheid in zijn land. ‘Israëlische journalisten worden staatsvijand na gevoelige publicaties.'

De problemen voor Blau beginnen na zijn ontmoeting met Anat Kam. Kam is een 23-jarige Israëli die, net als vele vrouwen in Israël, haar legerdienst deed. Ze werkte op het kantoor van de Israëlische commandant, Yair Naveh, op de Westelijke Jordaanoever.
Daar zou ze geheime legerdocumenten gekopieerd hebben. Na haar legerdienst zou ze de informatie “gelekt” hebben aan Blau, die werkt voor de onafhankelijke krant Haaretz.

“Gelekte” informatie

De documenten bevatten informatie over de handelswijze van het Israëlische leger. Volgens Haaretz geven de documenten inlichtingen over hoe troepen ingezet worden, maar ook veiligheidsinformatie en strategieën voor oorlogsvoering op de Westelijke Jordaanoever.
Blau gebruikte deze informatie voor enkele artikels in 2008. Zo schreef hij hoe het Israëlische leger doelgericht Palestijnse militanten doodde in plaats van arresteerde. Een daad die verboden wordt door het Hooggerechtshof.
In december 2009 arresteerde de nationale veiligheidsdienst (Shin Bet) Anat Kam en sindsdien staat ze al vijf maanden onder huisarrest. Op 12 april komt haar zaak voor, maar het ziet er niet goed uit. Ze wordt aangeklaagd voor spionage en voor het schaden van de nationale veiligheid. Hiervoor kan ze twintig jaar achter de tralies vliegen. Blau vluchtte in december naar Azië en daarna naar Groot-Brittannië. Terugkeren naar Israël is quasi onmogelijk aangezien hij daar beschouwd wordt als een staatsvijand.

Publicatieverbod

De Israëlische politie verbood de media om te berichten over de arrestatie van Kam. Pas op 8 april werd het publicatieverbod opgeheven. Hoogstwaarschijnlijk zagen ze in dat een publicatieverbod weinig nut had, aangezien buitenlandse artikels over de arrestatie ongehinderd via internet te lezen waren.
Mensenrechtenadvocaten volgen de zaak op de voet en vele buitenlandse media stellen zich vragen bij de persvrijheid in Israël. Ook Reporters Zonder Grenzen heeft zijn bedenkingen: ‘Het verdedigen van de nationale veiligheid is een legitiem doeleinde. Maar censuur mag niet gebruikt worden om het Israëlische leger te beschermen. Dit is een zaak voor het algemene belang en zou het onderwerp moeten zijn voor een degelijk debat’.

Collegiale steun

Hanoch Marmari, redacteur van Haaretz, liet ook duidelijk zijn ongenoegen blijken. ‘Ik kan niet geloven dat Kam gearresteerd en beschuldigd kon worden onder onze neus, zonder dat iemand er iets van wist. Rechtszaken gaan niet door in donkere kelders noch achter glas of kippendraad. Er is geen twijfel mogelijk: dergelijke scenario’s kunnen geen plaats hebben in een gesofisticeerde democratie als de onze’, zegt Marmari.
Maar niet enkel Israëlische journalisten verdedigen Blau en Kam. Van over de hele wereld komen er reacties op het publicatieverbod en de arrestatie. De Amerikaanse krant The Independent merkt op dat de mediacensuur een ongebruikelijke zet is van Israël, een land waar persvrijheid normaal gezien hoog in het vaandel wordt gedragen.

Staatsvijand

Op 9 april verscheen er op de website van Haaretz een brief van Uri Blau vanuit Londen. Blau vertelt hoe hij gewaarschuwd werd dat zijn doen en laten al enkele jaren gecontroleerd wordt door de Israëlische politie. ‘Als ze mij zo controleren, moet er daar hogerop iemand zitten die niet echt begrijpt waar een democratie om draait.’
‘Toen ik hoorde dat ik bij mijn terugkeer naar Israël gearresteerd zou worden op basis van spionage, besloot ik om te vechten. Ik weet dat het heel cliché klinkt, maar het is niet enkel een gevecht voor mijn persoonlijke vrijheid, maar vooral voor het imago van Israël’, zo schrijft Blau.
‘Ik besef dat mijn artikels niet altijd leuk zijn om te lezen, maar dat doet er niet toe, want dat is niet de taak van een journalist. Ik moet mensen laten begrijpen wat er rond hen allemaal gaande is. Iedere journalist weet dat je niets kan publiceren zonder bewijs, maar geen enkele Israëlische journalist wist, tot nu toe, dat hij als staatsvijand bestempeld kan worden na de publicatie van zo een artikel.’