Toerisme aan het einde van de wereld wordt duurzamer

Nieuws

Toerisme aan het einde van de wereld wordt duurzamer

Marcela Valente

10 januari 2012

Het toerisme in het Beaglekanaal, de zeestraat in het uiterste zuiden van Zuid-Amerika, is sinds kort een stuk duurzamer. Bijna de helft van de boten houdt er zich voortaan aan strenge afspraken, die de unieke diersoorten beter moeten beschermen.

Jaarlijks varen 170.000 toeristen door het Beaglekanaal, de zeestraat tussen de Atlantische en Stille Oceaan vlakbij de stad Ushuaia, het “einde van de wereld”. De zeestraat loopt tussen de eilanden van de Vuurlandarchipel, die bekend staan om hun bijzonder grote biodiversiteit.

Zo roemt BirdLife International de grote rijkdom aan vogelsoorten op de eilanden. Onder meer de keizersaalscholver (Phalacrocorax atriceps), de Magelhaenpinguïn (Spheniscus magellanicus) en de kelpmeeuw (Larus dominicanus) hebben er hun broedplaats. Bij de zoogdieren springen de kolonies Patagonische zeeleeuwen (Otaria flavescens) in het oog.

Geen geluidsversterking

Sinds december verlopen deze bootexcursies een stuk duurzamer. De kapiteins spreken voortaan af wanneer ze een eiland benaderen, de andere schepen wachten op een redelijke afstand of bezoeken andere eilanden. Bij het naderen van een eiland varen de schepen traag, wordt de geluidversterking van de gidsen uitgedraaid en worden de dieren niet gevoederd. De passagiers krijgen het verzoek hun drinkbekers te hergebruiken en geen sigarettenpeuken of ander afval in het water te gooien.

Op sommige plaatsen kunnen toeristen aan land gaan. Ze krijgen de raad de bewegwijzerde paden niet te verlaten en geen planten of stenen mee te nemen.

Te veel boten tegelijk

Het waren de organisatoren van de toeristische excursies zelf die een en ander wilden reguleren, zegt milieuactivist Nicolás Pincol van de Fundación Patagonia Natural (FPN). Wanneer te veel boten tegelijk een eiland naderen, schrikken de vogels en gaan ze ervandoor, waarbij ze niet zelden hun jongen achterlaten.

De organisatoren sloten daarom in 2005 een akkoord, het Compromiso Onashaga. De overheid sloot zich daarbij aan, en ook de FPN en andere organisaties die technische steun verlenen voor de certificatie. Een opvolgingscomité organiseert nu opleidingen voor bedrijven, gidsen en kustwacht.

Van de twintig boten die elk seizoen door het Beaglekanaal varen, hebben er ondertussen tien het kwaliteitslabel aangevraagd. Acht boten voldeden aan voldoende criteria om het label te mogen dragen. De rest moet extra inspanningen doen.